Nutzliche Tipps Bei Stórungen - Singer Confidence 7465 Gebrauchsanleitung

5. PROBLEEMOPLOSSINGEN
5. NUTZLICHE TIPPS BEI
STORUNGEN
A LGEME EN ALLGEM EINE STÓRUNGE N
MACHI NE NAA IT NIE T Maschine n àht nicht.
* Schakelaar staat uit. Schakel de stroom in. * Der Hauptschalter ist nicht eingeschaltet.
- Hauptschalter
* Knoopsgat hendel staat niet in de bovenste stand bij het
einschalten.
naaien van steekpatronen. - Doe de knoopsgat hendel
* Knopflochhebel befindet sich beim Nàhen von Stichmustern
omhoog. nicht in der oberen Position. - Bringen Sie den
* Knoopsgat hendel staat niet in de onderste stand bij het
Knopflochhebel in die obere Position.
naaien van een knoopsgat. - Doe de knoopsgat hendel
* Knopflochhebel ist beim Nàhen von Knopflóchern nicht
omlaag.
gesenkt. - Senken Sie den Knopflochhebel.
MACHINE DRAAIT ZWAAR
Maschine blockiert/klopft.
* Draad in spoelbaan gedraaid. Schoonmaken * Faden im Greifer verfangen.
- Greiferraum reinigen (siehe S.
zie pag. 72 - 73. 72 - 73).
* Naald is beschadigd. Vervang de naald zie pag. 24 - 25. * Die Nadel ist beschàdigt. -
Nadel auswechseln
STOF TRANSPORTEERT NIET
(siehe S. 24 - 25).
* Voetje staat omhoog. Voetje omlaag zetten.
Maschine transportiert nicht.
GEWENSTE PATRONEN KUNNEN NIET GESELECTEERD
* Der NàhfuB ist hochgestellt.
- NàhfuB absenken.
WORDEN.
GewUnschte Muster kónnen nicht angewàhlt werden.
* De knop voor het gebruik van de tweeling naald is ingedrukt * Zwillingsnadeltaste wurde gedrUckt und leuchtet rot.
en licht rood op. - Druk de knop uit. - Schalten Sie die Zwillingsnadeltaste aus.
STIC HPROBLEME
Stichauslassen
STEEK'ROBLEMEN
" Die Nadel ist nicht ganz in den Nadelhalter eingeschoben.
- Si ehe S.24 - 25.
STEKEN OVERSLAAN
* Die Nadel ist stumpf oder verbogen.
- Nadel auswechseln
* Naald niet hoog genoeg in de klem. Zie pag.24 - 25.
(siehe S. 24 - 25).
* Naald verbogen of bot. Vervang de naald zie pag.24 - 25. . Die Maschine ist nicht richtig
eingefádelt. - Siehe S. 20 - 21 .
* Verkeerd ingeregen. Zie pag.20 - 21
Faden im Greifer vefangen. - Greiferraum reinigen (siehe S.
* Draad klem in grijperrand. Schoonmaken zie pag. 72 - 73.
72 - 73).
STEKEN NIET MOOI UngleichmàRige Stiche
* Verkeerde naald of dikte. Zie pag.24
- 25.
* Nadelstàrke passt nicht
zu Stoff und Faden.
* Verkeerd ingeregen. Zie pag.20
- 21 Siehe S. 24 - 25.
* Bovenspanning te los. Zie pag.26
- 27.
. Die Maschine ist nicht richtig
eingefádelt. - Siehe S. 20 - 21.
* Men trekt aan de stof. Laat het transport het werk doen. De . Oberfadenspannung zu lose. -
Siehe S.26 - 27.
stof alleen geleiden.
* Sie haben am Stoff gezogen oder ihn entgegen
der
- Spoeltje verkeerd opgespoeld. Wind de spoel opnieuw op.
Transportrichtung geschoben. - Stoff nur leicht fUhren.
DE NAALD BREEKT
* Unterfaden nicht gleichmàBig
aufgespult. - Neu spulen.
* Men trekt aan de stof. Laat het transoort het werk doen. De
Nadel bricht
stof alleen geleiden.
* Sie haben am
Stoff gezogen oder ihn entgegen der
* Verkeerde naalddikte. Zie pag.24 - 25.
Transportrichtung geschoben. - Stoff nur leicht fuhren,
* Naald niet hoog genoeg in de klem. Zie pag.24 - 25.
* Nadelstàrke passt nicht
zu Stoff und Faden.
- Si ehe S.24 - 25.
. Die Nadel ist nicht ganz in den Nadelhalter
eingeschoben.
Si ehe S. 24 - 25.
G AREN PROBL EME N
FAD E NPROBLEM E
DRAAD SLAAT VAST
Fàden verwickeln sich
" Boven en onderdraad niet onder de voet door naar achteren
* Ober- und Unterfaden vor Nàhbeginn nicht nach hinten unter
gelegd bij het begin van een naad. Trek beide draden onder
den NàhfuB gezogen.
het voetje naar achteren ongeveer 10 cm totdat u een paar - Beide Fàden ca. 10 cm nach hinten unter den NàhfuB ziehen
steken hebt genaaid. und bei den ersten Stichen leicht festhalten.
BOVENDRAAD BREEKT Oberfaden reiBt
* Verkeerd ingeregen. Zie pag.20 - 21
Die Maschine ist nicht richtig eingefàdelt. - Siehe S. 20 - 21.
* Bovendraad spanning te strak. Zie pag.26
- 27.
. Oberfadenspannung zu fest.
- Siehe S.26 - 27.
* Naald verbogen. Vervang de naald zie pag.24 - 25. * Die Nadel ist verbogen.
- Nadel auswechseln
* Verkeerde naald of dikte. Zie pag.24
- 25.
(siehe S. 24 - 25).
SPOELDRAAD BREEKT
" Die Nadelstàrke passt nicht zu Stoff und Faden.
.S po el draadve rk eer d ing e re gen. Ziep ag. 18- 1 9.
-Si ehe 5.24-25.
* Ophoping van stof in grijperruimte. Schoonmaken zie pag.
Unterfaden reiRt
72 - 73.
* Die Spule ist nicht richtig
eingefádelt. - Siehe S. 18 - 19.
PLOOITJES lN DE STOF
* Flusen an der Spule oder im Greifer.
- Flusen entfernen.
. * Boven en onderdraadspanning te strak. Zie pag. 26 - 27 .
(Siehe S.72 - 73).
* Steeklengte is te lang voor dunne tere stoffen. Steeklengte
Stoff zieht sich zusammen
verkorten.
* Oberspannung zu fest. - Fadenspannung nachstellen (siehe
s.26 - 27).
* Stichlànge bei dunnem oder weichem Stoff zu lang.
- Stichlànge reduzieren
79