Algemene Veiligheidsvoorschriften - Nice UST1 Anweisungen Und Hinweise Für Installation Und Bedienung

NEDERLANDS

ALGEMENE VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN

KENNIS VAN HET SYSTEEM
EN VOORBEREIDING VAN DE INSTALLATIE
BEDIENINGSELEMENTEN EN AANSLUITING
MECHANISCHE EINDAANSLAGEN INSTELLEN
VERBINDINGSKABELS VAN DE MOTOREN
ELEKTRONISCHE KAART UST1 - AANSLUITINGEN
VERBINDINGSSCHEMA UST1
TECHNISCHE GEGEVENS - KENMERKEN
TRANSPORT / OPSLAG / AFVALVERWERKING
TECHNISCHE DIENST / RESERVEONDERDELEN /
ACCESSOIRES
CE-VERKLARING VAN OVEREENSTEMMING
ALGEMENE VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN
De planning en de productie van de inrichtingen van de
bedieningscentrale UST1, en de instructies die opgenomen zijn in
deze handleiding, zijn geheel conform de geldende veiligheidsnormen.
Desalniettemin kan het verkeerd installeren ernstige verwondingen
veroorzaken aan de personen die werken aan de installatie of die
deze gebruiken. Om deze reden, is het belangrijk dat tijdens de
installatie alle aanwijzingen voor gebruik in deze handleiding in acht
genomen worden.
Ga niet verder met deinstallatie in geval van twijfel van welke
aard dan ook en neem, indien noodzakelijk, contact op met
de klantenservice van Nice.
WERK VEILIG!
LET OP! – Voor de veiligheid van personen is het belangrijk
dat deze aanwijzingen in acht genomen worden.
LET OP! – Bewaar de veiligheidsaanwijzingen zorgvuldig.
Volg nauwgezet de volgende aanwijzingen op.
– Verricht uitsluitend de elektrische aansluitingen die in
deze handleiding voor gebruik beschreven zijn: verkeerde
aansluitingen kunnen ernstige schade aan de installatie
veroorzaken.
– Indien buiten gebruikt, moet de bijgeleverde voedingskabel
geheel beschermd
beschermingsbuis.
Rekening houdend met de risico's die aan de installatie
en de bediening van het systeem verbonden zijn, moet het
product in de verpakking met in acht neming van de volgende
instructies geïnstalleerd worden:
– Voer op de apparaten alleen de modificaties uit die beschreven
worden in deze handleiding voor gebruik. Iedere andere
modificatie kan de werking nadelig beïnvloeden. De fabrikant wijst
alle verantwoordelijkheid af voor eventuele schade veroorzaakt
door willekeurig aan de inrichtingen aangebrachte modificaties.
– Plaats de apparaten niet in de buurt van warmtebronnen of of
open vuur. Dit kan een slechte werking, brand en andere gevaren
veroorzaken.
– Tijdens de installatie de inrichtingen niet onderdompelen in water
of in andere vloeistoffen. Vermijd dat vloeistoffen de apparaten
binnendringen.
worden met een speciale
– Het verpakkingsmateriaal moet nauwkeurig volgens de geldende
normen in de materie verwerkt worden.
LETOP! – Bewaar de ze handleiding voor gebruik uiterst zorgvuldig
om in de toekomst de afvalverwerking van en het onderhoud aan de
1
inrichtingen te vergemakkelijken.
1
2
KENNIS VAN HET SYSTEEM
4
EN VOORBEREIDING VAN DE INSTALLATIE
6 - 8
9
Omschrijving en gebruik
10
UST1 is een bedieningscentrale voor rolluiken en deuren met een
11
een- of driefasige motor. Deze bedieningscentrale kan op alle
11
standaard beveiligingselementen aangesloten worden.
Dankzij de toepassing van verschillende insteekkaarten (modules)
11
zijn overige applicaties mogelijk.
Open of sluit een deur door middel van een druk op de specifieke
knop op de deksel of buiten.
Met de automatische functioneringswijze kunt u de deur met een
radiosignaal openen of sluiten.
Ieder ander gebruik wordt als ondoelmatig beschouwd! De
fabrikant wijst alle verantwoordelijkheid af voor eventuele
schade veroorzaakt door oneigenlijk gebruik van de
verschillende inrichtingen van het systeem, in strijd met de
beschrijvingen van deze handleiding voor gebruik .
De installateur van de installatie is verantwoordelijk voor de complete
installatie. Hij moet zorgen dat de geldende normen en richtlijnen
nagekomen worden (bijv. DIN 1986, EN 12050). Hij is verantwoordelijk
voor het opstellen van de technische documentatie van de volledige
installatie, die samen met de installatie overhandigd moet worden.
Neem de van kracht zijnde bepalingen en de nationale
en locale normen met betrekking tot de installatie en de
veiligheidsvoorschriften in acht.
Sluit tijdens werkzaamheden de installatie van de elektrische
voeding af.
Controles voor de installatie
Lees deze instructies voor montage en gebruik aandachtig door,
voordat men begint met de installatie van de bedieningscentrale.
De fabrikant wijst alle verantwoordelijkheid en garantieverplichting
af, indien er eventuele willekeurige constructieve modificaties
aangebracht zijn zonder schriftelijke toestemming vooraf of indien
de installatie niet conform de montage-instructies uitgevoerd is.
De fabrikant van de installatie moet zich er van verzekeren dat de
EMC-richtlijnen, de laagspanningsrichtlijnen, de richtlijn machines en
de richtlijnen betreffende bouwproducten in acht genomen worden.
LET OP!
Deze bedieningscentrale
ontploffingsgevaarlijke omgevingen.
LET OP!
Sluit de voedingskabel aan op de klem X1 (L1, L2, L3) en op de PE-
klem van de printplaat.
De voedingskabel moet ter plekke beschermd worden met
zekeringen 3x 10 AT.
De zekering moet een dergelijke waarde hebben dat de reductiemotor
in het geval van een blokkering de zekering activeert.
LET OP!
Om schade aan de motor te vermijden als een fase van de driefasige
voeding verloren gaat, moet u een fasedetector op de voedingskabel
installeren. Dit apparaat wordt niet geleverd en moet dus apart door
de installateur gekocht worden.
mag niet gebruikt worden
Nederlands – 1
in