Herunterladen Inhalt Inhalt Diese Seite drucken
Inhaltsverzeichnis

Werbung

Verfügbare Sprachen

Verfügbare Sprachen

i) Voertuig besturen

Bedien de gashendel op de zender heel voorzichtig en rij in het begin niet te hard, tot u vertrouwd bent
met de reacties van de auto op de bediening. Maak geen snelle en schokkende bewegingen met de bedie-
ningselementen van de zender.
Vooruit- en achteruit rijden, stoppen
Als de hendel (6) voor de motorfunctie in de richting van de
greep beweegt, dan rijdt het voertuig vooruit.
Beweeg de hendel (6) van de handgreep weg, dan rijdt het
voertuig achteruit.
Laat de hendel (6) los, zodat deze in de middelste/neutrale
positie staat waarna het voertuig stil staat.
Naar links of rechts rijden
Wordt tijdens de rit wordt het stuurwiel (5) voor de stuurfunctie
naar rechts gedraaid, dan rijdt het voertuig naar rechts.
Draait u het stuurwiel (5) tijdens de rit naar links, dan rijdt het
voertuig naar links.
Laat het stuurwiel (5) in de middelste stand/neutrale stand,
dan rijdt het voertuig rechtuit.
Rechtuit rijden instellen
Als de auto bij de middelste stand van het stuurwiel (5) niet
rechtuit rijdt, maar naar links of rechts, dan kan het rechtuit
rijden worden ingesteld.
Hierover vindt u op de onderkant van het voertuig een kleine
hendel (zie cirkel op de afbeelding rechts).
Verdraai deze in kleine stappen, zodat het voertuig nagenoeg
rechtuit rijdt.
Kleine afwijkingen van het rechtuit rijden zijn door toleranties in de chassismechanisme echter normaal;
bovendien wordt het rechtuit rijden van lichte oneffenheden op het wegdek beïnvloed.
98

Werbung

Inhaltsverzeichnis
loading

Inhaltsverzeichnis