Herunterladen Inhalt Inhalt Diese Seite drucken

Conrad ME-42 Bedienungsanleitung Seite 40

Digitalmultimeter
Vorschau ausblenden Andere Handbücher für ME-42:
Inhaltsverzeichnis

Werbung

Berühren Sie keine Schaltungen oder Schaltungs-
teile, wenn Sie höhere Spannungen als 25 VACrms
oder 35 VDC darin messen.
Zur Messung von Gleichspannungen gehen Sie wie folgt vor:
1. Verbinden Sie die rote Meßleitung mit der V/Ohm-Buchse und
die schwarze Meßleitung mit der COM-Buchse.
2. Stellen Sie den Drehschalter (4) auf "=V". Sie befinden sich nun
in der Meßart „Gleichspannungsmessung. Der „Auto-Range"
paßt den Meßeingang automatisch an die anliegende Gleich-
spannung an, d.h. der erforderliche Meßbereich stellt sich auto-
matisch ein.
3. Verbinden Sie die Meßspitzen mit dem Meßobjekt (Last, Schal-
tung usw.).
4. Die jeweilige Polarität des Meßwertes wird zusammen mit dem
augenblicklichen Meßwert abgebildet.
Der Gleich- "=" weist einen Eingangswiderstand von 10 MOhm auf.
Sobald bei der Gleichspannungsmessung ein "-" vor dem Meßwert
erscheint, ist die gemessene Spannung negativ (oder die Meßlei-
tungen sind vertauscht).
Hinweise!
Dadurch daß der Meßeingang sehr empfindlich ist kann es
sein, daß bei freiliegenden Meßleitungen (nicht mit einem Meß-
objekt verbunden) irgendwelche Meßwerte ("Phantommeßwer-
te") angezeigt werden. Diese „Erscheinung" ist normal und
verschwindet, sobald Sie Ihre Messung durchführen.
2. Zet de draaischakelaar (4) op "~V". U bevindt zich nu in de meet-
modus "Wisselspanningsmeting". Het "Auto-Range" past de
meetingang automatisch op de aangrenzende wisselspanning
aan, d.w.z. het vereiste meetbereik stelt zich automatisch in.
3. Verbindt de meetpunten met het meetobject (belasting, schake-
ling enz.).
4. De betreffende polariteit van de meetwaarde wordt tezamen met
de meetwaarde van dat moment getoond.
Het wisselspanningsbereik "~" toont, als het gelijkspanningsbereik,
een ingangsweerstand van 10 MOhm parallel aan < 20 pF (AC-ge-
koppeld).
N.B.!
Omdat de meetingang zeer gevoelig is, kan het gebeuren, dat
bij vrij liggende meetleidingen (niet met een meetobject ver-
bonden) bepaalde meetwaarden ("Fantoomwaarden") getoond
C Gelijkstroommeting
Ga hierbij als volgt te werk:
1. Verbindt de zwarte meetleiding met de COM-bus en de rode
meetleiding met de mA-bus, wanneer u stromen tot max. 400
mA wilt meten resp. met de 20-A-bus, wanneer u stromen groter
dan 400 mA tot max. 20 A wilt meten.
2. Zet de draaischakelaar op gelijkstroommeting (=4mA of =400 mA
of =20 A ).
3. Verbindt de meetleidingen in serie met het meetobject (zie de
volgende afbeelding).
19
116

Werbung

Inhaltsverzeichnis
loading

Inhaltsverzeichnis