Conrad ME-42 Bedienungsanleitung Seite 39

C 5 Display-Angaben bzw. Symbole über die Betriebsarten
a) Diodentest
Der Wert, der beim Diodentest angezeigt wird, ist die Durch-
laßspannung bei ca. 1 mA Teststrom. Der Meßbereich beträgt
hier 0 bis ca.2,0 V.
b) Durchgangsprüfung
Bei der Durchgangsprüfung können Sie Durchgänge von unbe-
dingt spannungslosen Leitungen, Steckverbindungen oder Si-
cherungen akustisch und optisch überprüfen. Ein akustisches
Signal ertönt bei Widerständen kleiner als 50 Ohm.
c) Negative Polarität
Bei vertauschten Meßleitungen bzw. bei negativer Polarität er-
scheint ein "-"-Zeichen vor dem Meßwert.
d) „D - H„ Data Hold
e) „R-H" (=Range Hold = Manuelle Bereichswahl)
Nach einmaligem Tastendruck auf diesen Drucktaster erscheint
das Symbol „R-H" (für Range-Hold) im Display und die Funktion
„Auto Range" (= automatische Bereichsumschaltung) ist nicht
mehr aktiv. Mit jedem weiteren Tastendruck auf diesen Taster
wird der Meßbereich bei der Spannungsmessung größer, bei der
Widerstandsmessung kleiner. Die Bereichsänderung ist einer-
seits sichtbar an der Änderung der Maßeinheit und andererseits
an der Position des Dezimalpunktes. Um zur automatischen Be-
reichswahl zurückzukehren, betätigen Sie länger als ca. 1 s den
Taster „R-H". Daraufhin verschwindet das Symbol „R-H" aus der
Anzeige.
Achtung!
Diese Sonderfunktion ist nur möglich (einsetzbar)
bei der Gleich- und Wechselspannungsmessung
und bei der Widerstandsmessung.
stroom-
bron
E Doorgangsmeting
Met deze functie kunnen spanningsloze leidingen, zekeringen,
schakelingen resp. op doorgang akoestisch gecontroleerd worden.
Ga hierbij als volgt te werk:
1. Verbindt de zwarte meetleiding met de COM-bus en de rode
meetleiding met de V/Ohm-bus.
2. Zet de draaischakelaar op "Ohm (Ω)" (= Doorgangsmeting resp.
weerstandsmeting). Vervolgens verbindt u de meetpunten met
het onvoorwaardelijk spanningsloze meetobject.
3. Bedraagt de doorgangsweerstand minder dan ca. 50 Ohm, dan
17 118
zekering meetinstrument
A
~
Let op!
Meet geen stromen in stroomcircuits, waarin span-
ningen groter dan 250 VDC resp. VACrms kunnen
optreden, om beschadiging van het meetinstrument
te voorkomen en omdat daardoor voor u levensge-
vaar kan bestaan. Meet in geen geval stromen van
meer dan 20 A. De elektronische spanningtester
mag alleen worden gebruikt in stroomkringen die
zelf met een zekering van 16 A beveiligd zijn of
waarin geen belastingen van meer dan 4000 VA
kunnen optreden.
Metingen van stromen gelijk aan 20 A mogen max.
30s lang en alleen in intervallen van 15 minuten
worden verricht (Afkoelfase voor de shunt).
verbruiker
(belasting,
schakeling enz.)