FIN
11. Työstöaidan lukitusnuppi
12. Sahauskulman lukitusnuppi
D
13. Akselin lukitusnuppi
14. Astelevy
15. Nuppi
NL
16. Turvakytkin
17. Hiiliharjaruuvi
18. Hiiliharja
F
Pakkauksesta purkaminen
Pyörösahan mukana tulee:
E
1
Työstöaita
TCT-sahanterä ∅ 185 mm
1
1
Kuusiokoloavain
P
1
Hiiliharjojen
Tarkista, että, irto-osat ja värusteet eivät ole vaurioituneet kuljetuksen aikana.
I
2. TURVAOHJEET
S
Näissä ohjeissa käytetään seuraavia symboleja:
SF
Lue ohjeet huolella
N
Soveltuvien EU-direktiivien turvallisuusstandardien mukainen
DK
Luokan II kone – kaksoiseristetty – maadoitettua pistorasiaa ei tarvita.
Osoittaa loukkaantumisvaaran, hengenvaaran tai työkalun vaurioitumisriskin,
jos tämän oppaan ohjeita ei noudateta.
Osoittaa sähköiskuvaaran.
Irrota pistotulppa välittömästi pistorasiasta, jos johto vaurioituu tai jos laitetta
aletaan huoltaa.
Älä päästä ulkopuolisia lähelle laitetta.
Käytä suojalaseja ja kuulonsuojaimia.
78
b) Als het blad vast komt te zitten, of als het zagen om enige reden moet worden onder-
broken, laat u de schakelaar los en houdt u de zaag in het materiaal stil tot het blad
volledig tot stilstand is gekomen. Probeer nooit om de zaag uit het werkstuk te trek-
ken of de zaag terug te trekken terwijl het blad in beweging is, anders riskeert u een
terugslag. Bekijk de situatie en neem corrigerende maatregelen om de oorzaak van
het vast slaan te elimineren.
c)
Als u de zaag in de snede in het werkstuk opnieuw start, houdt het zaagblad dan
gecentreerd in de snede en controleer dat de tanden niet in het materiaal vastzitten.
Als het zaagblad vastzit, kan het "omhoogkruipen" of uit het werkstuk terugslaan als
de zaag opnieuw wordt gestart.
d) Ondersteun grote panelen om de kans op vastslaan en terugslag te verkleinen. Grote
panelen hebben de neiging om onder hun eigen gewicht door te buigen. De onder-
steuning moet aan beide zijden onder het paneel worden geplaatst, dicht bij de zaag-
lijn en de rand van het paneel.
e) Gebruik geen botte of beschadigde bladen. Onscherpe of onjuist gezette bladen
geven een nauwe snede waardoor de wrijving toeneemt en de kans op vastslaan en
terugslag wordt vergroot.
f)
De knoppen voor bladdiepte en –hoek moeten vóór het zagen goed worden vastge-
zet. Het verlopen van de instellingen van het blad tijdens het zagen, kan het blad
doen vastslaan en terugslag veroorzaken.
g) Wees extra voorzichtig bij het maken van een vrije zaagsnede in bestaande muren of
andere blinde gebieden. Het doorstekende blad kan objecten raken die een terugslag
kunnen veroorzaken.
Veiligheidsinstructies voor de onderste beschermkap
a) Controleer voor gebruik of de onderste beschermkap correct sluit. Gebruik de zaag
niet als de beschermkap niet vrij beweegt en onmiddellijk sluit. Klem of bind de
beschermkap nooit in open positie vast. Als de zaag per ongeluk valt, kan de
beschermkap verbuigen. Trek de beschermkap aan de knop omhoog en controleer of
de kap vrij beweegt en het zaagblad of enig ander onderdeel niet raakt, in alle hoe-
ken en zaagdiepten.
b) Controleer de werking van de veer in de beschermkap. Als de kap en de veer niet
correct functioneren, moeten zij vóór gebruik worden onderhouden. De beschermkap
kan traag werken als gevolg van beschadigde delen, rubber afzettingen of een
opeenhoping van vuil.
c)
De beschermkap mag alleen voor speciale doeleinden met de hand worden terugge-
trokken zoals vrije zaagsneden en verstekzagen. Til de kap op aan de knop en zo
gauw het blad het materiaal raakt moet de beschermkap worden losgelaten. Voor alle
andere doeleinden moet de kap automatisch werken.
d) Zorg ervoor dat de beschermkap het blad bedekt voordat de zaag op de vloer of de
werkbank wordt neergelegd. Een onbeschermd draaiend blad zal de zaag achteruit
doen "lopen" en alles in het pad zagen. Denk eraan dat het stopen van het blad enige
tijd duurt nadat de schakelaar is losgelaten.
Voor het ingebruiknemen van de cirkelzaag
•
Controleer het volgende:
•
Komt de aansluitspanning van de motor met de netspanning overeen;
•
Zijn het netsnoer en de netstekker in goede staat.
Ferm
Ferm
NL
D
NL
F
E
P
I
S
SF
N
DK
27