Herunterladen Inhalt Inhalt Diese Seite drucken

Eerste Inbedrijfstelling; Onderhoudswerkzaamheden - clage DEX12 Next L Kurzanleitung

E-komfortdurchlauferhitzer
Vorschau ausblenden Andere Handbücher für DEX12 Next L:
Inhaltsverzeichnis

Werbung

Verfügbare Sprachen
  • DE

Verfügbare Sprachen

  • DEUTSCH, seite 6

6. Eerste inbedrijfstelling

Ontlucht het apparaat volgens de bijgevoegde foto-instructies.
Na iedere keer dat het apparaat leeggemaakt wordt (b.v. na werkzaamheden
aan de waterinstallatie, vanwege vorst of na reparaties aan het apparaat)
moet het apparaat opnieuw worden ontlucht voordat het weer in gebruik
wordt genomen.
Als de boiler niet in bedrijf kan worden genomen, controleer dan of de veiligheids temperatuur-
begrenzer (STB) of de veiligheidsdrukbegrenzer (SDB) is geactiveerd tijdens het transport. Zorg
ervoor dat het apparaat spanningsloos is en reset de veiligheids schakelaar indien nodig (afb. F1
en F2).
Vermogensinstelling
Mag alleen door een erkende vakman worden uitgevoerd, anders vervalt de garantie!
Bij de eerste keer dat het apparaat wordt ingeschakeld, moet het maximale vermogen van het
apparaat worden ingesteld. Het apparaat is pas functioneel wanneer het vermogen van het
apparaat is ingesteld.
Het maximaal instelbare vermogen is afhankelijk van de omgeving waarin het apparaat wordt
geïnstalleerd. Raadpleeg altijd de informatie in de tabel met technische gegevens, met name de
minimale doorsnede van de aansluitkabel en de stroombeveiliging. Raadpleeg ook de richtlijnen
van DIN VDE 0100.
1. Schakel de stroomtoevoer naar het toestel in. Het vermogen wordt op de display weerge-
geven.
2. De eerste keer dat de stroomtoevoer wordt ingeschakeld knippert de waarde "88" op de
display. Als dat niet het geval is verzoeken wij u de onderstaande Opmerking "Nieuwe inbe-
drijfstelling" te raadplegen.
3. Stel met de sensortoetsen
en
het maximale apparaatvermogen in naargelang de
installatieomgeving (8,8 of 11,5 kW).
4. Met
legt u de instelling vast.
5. Geef op het typeplaatje het ingestelde vermogen aan.
6. Na de instelling van het maximale vermogen van het apparaat wordt de waterverwarming
geactiveerd zodra gedurende ca. 10 – 30 seconden continu water door het apparaat stroomt.
7. Draai de warmwaterkraan open. Controleer de werking van de instant waterverwarmer.
8. De werking en het gebruik van de doorstroomwaterverwarmer aan de gebruiker uitleggen
en de handleiding ter informatie aan de gebruiker overhandigen, zodat deze de handleiding
kan bewaren.
9. Vul de registratiekaart in en stuur deze naar de klantenservice van de fabriek of registreer uw
apparaat online op onze homepage (zie ook pagina 17).

7. Onderhoudswerkzaamheden

Onderhoudswerkzaamheden mogen alleen door een erkende vakman worden uitgevoerd.
Reiniging en vervanging van de filterzeef in het aansluitstuk
Het koudwateraansluitstuk van de doorstroomwaterverwarmer is uitgerust met een geïntegreer-
de afsluitklep en een zeef. Door verontreiniging van de zeef kan het warmwatervermogen worden
gereduceerd. In dit geval dient de reiniging resp. vervanging van de zeef als volgt uitgevoerd te
worden:
1.
De doorstroomwaterverwarmer via de zekeringen spanningsloos schakelen en tegen
ongewenst opnieuw inschakelen beveiligen.
2. Open het apparaat door de ring naar beneden te trekken, de schroef eronder los te draaien
en de kap te verwijderen.
3. De afsluitklep in het koudwateraansluitstuk (a) dichtdraaien (positie "0") (afb. G1).
4. Draai de sluitschroef (b) uit het koudwateraansluitstuk en verwijder de zeef (c) (afb. G2).
Opmerking: Resterend water kan uitlekken.
5. De zeef kan vervolgens gereinigd of vervangen worden.
6. Na het plaatsen van de schone zeef dient de afsluitschroef vastgedraaid te worden.
7. De afsluitklep in het koudwateraansluitstuk langzaam weer opendraaien (positie "1"). Zorg
ervoor dat er geen lekken zijn.
8. Het apparaat ontluchten door de bijbehorende warmwaterkraan meerdere keren langzaam te
openen en te sluiten tot geen lucht meer uit de leiding uittreedt.
9. De kap van het apparaat weer plaatsen. Vervolgens dient de spanning via de zekeringen
ingeschakeld te worden.
Douchegebruik
Als de doorstroomwaterverwarmer wordt gebruikt om een douche van water te voorzien, moet
de watertemperatuur worden begrensd tot 55 °C. De grenswaarde voor de temperatuur dient
bij de inbedrijfstelling en na overleg met de klant op maximaal 55 °C ingesteld te worden. Het
vergrendelingsfunctie dient geactiveerd te worden.
Wanneer er voorverwarmt water gebruikt wordt moet ook deze temperatuur standaard op 55 °C
worden begrensd.
Opnieuw in gebruik nemen
Wanneer het apparaat nadat het voor de eerste keer is geïnstalleerd, nogmaals op een andere
plaats in bedrijf genomen, dan kan het nodig zijn het maximale vermogen van het apparaat te
wijzigen. Door de twee rechterpennen kort te overbruggen (zie afbeelding F4), b.v. met een
geïsoleerde schroevendraaier (
EN 60900) keert het apparaat terug naar de afleverstatus.
Alle parameters worden teruggezet naar de fabrieksinstelling en het verwarmen wordt geblok-
keerd. Op het display knippert "88" totdat het maximale vermogen van het apparaat is ingesteld.
Deze toestand blijft bestaan, ook wanneer de toevoerstroom uit en weer in wordt geschakeld.
Vergrendelingsfunctie
De werking van het apparaat kan worden beperkt.
Activering van de vergrendelingsfunctie
1. Stel de gewenste parameter in het servicemenu in (zie online in de gebruiksinstructies,
hoofdstuk »Instellingen«, paragraaf "Temperatuurlimiet" en / of "Belasting afwerpen").
2. Koppel het apparaat los van het lichtnet (bijv. Door de zekeringen uit te schakelen).
3. Verwijder de brug van de vermogenselektronica en verplaats deze naar positie "1" (zie
afbeelding F5).
4. Schakel het apparaat weer in.
Schakel de vergrendelingsfunctie uit
1. Koppel het apparaat los van het lichtnet (schakel de zekeringen uit).
2. Verwijder de brug van de vermogenselektronica en verplaats deze naar de positie "0" (zie
afbeelding F5).
3. Schakel het apparaat weer in.
Reiniging en vervanging van de filterzeef bij montage aan de wand
De koudwateraansluiting van de doorstroomwaterverwarmer is uitgerust met een zeef. Door
verontreiniging van de zeef kan het warmwatervermogen worden gereduceerd. In dit geval dient
de reiniging resp. vervanging van de zeef als volgt uitgevoerd te worden:
1.
De doorstroomwaterverwarmer via de zekeringen spanningsloos schakelen en tegen
ongewenst opnieuw inschakelen beveiligen.
2. De afsluitklep in de aanvoerleiding sluiten.
3. Open het apparaat door het deksel naar beneden te trekken, de schroef eronder los te
draaien en de kap te verwijderen.
4. De aanvoerbuis van het wateraansluitstuk losmaken. Opmerking: Resterend water kan uitlek-
ken.
5. De zeef kan vervolgens gereinigd of vervangen worden.
6. Na de montage van de schone zeef dient de aanvoerbuis weer op het wateraansluitstuk
geschroefd te worden.
7. De afsluitklep in de aanvoerleiding langzaam openen. Zorg ervoor dat er geen lekken zijn.
8. Het apparaat ontluchten door de bijbehorende warmwaterkraan meerdere keren langzaam te
openen en te sluiten tot geen lucht meer uit de leiding uittreedt.
9. De kap van het apparaat weer plaatsen. Vervolgens dient de spanning via de zekeringen
ingeschakeld te worden.
21
CLAGE
(afb. G3).
NL

Werbung

Inhaltsverzeichnis
loading

Inhaltsverzeichnis