Herunterladen Inhalt Inhalt Diese Seite drucken

Onderhoud Aandrijfsysteem; Veiligheidsgordel Controleren; De Sporing Afstellen; De Bandenspanning Controleren - Toro Z Master Professional 7000-Serie Bedienungsanleitung

Vorschau ausblenden Andere Handbücher für Z Master Professional 7000-Serie:
Inhaltsverzeichnis

Werbung

Verfügbare Sprachen

Verfügbare Sprachen

Onderhoud
aandrijfsysteem
Veiligheidsgordel
controleren
Onderhoudsinterval: Bij elk gebruik of dagelijks
Controleer de veiligheidsgordel op slijtage en
sneden en controleer de juiste werking van het
terugtreksysteem en de sluiting. Vervang de
veiligheidsgordel als deze is beschadigd.

De sporing afstellen

Onder de stoel zit een knop waarmee de sporing van
de machine kan worden afgesteld.
Belangrijk:
U moet eerst de neutraalstand van de
hendel en de neutraalstand van de hydraulische
pomp afstellen voordat u de sporing afstelt; zie
Neutraalstand van rijhendel afstellen (bladz. 71)
en
Neutraalstand hydraulische pomp afstellen
(bladz.
75).
1.
Schakel de messchakelaar (aftakas) uit.
2.
Rijd naar een open, vlak gebied en zet de
rijhendels in de V
3.
Zet de gashendel halverwege tussen L
en S
.
NEL
4.
Duw beide rijhendels even ver naar voren.
5.
Controleer de sporing van de machine.
6.
Stel de parkeerrem in werking, zet de motor af
en verwijder het sleuteltje.
7.
Ontgrendel de stoel en kantel deze naar voren
zodat u bij de sporingsknop kunt komen.
8.
Pas indien nodig de sporingsknop aan.
Opmerking:
Bepaal vanuit de normale
bedieningspositie de linker- en rechterzijde van
de machine.
Als de machine een afwijking naar rechts
heeft, draait u de knop naar de linkerkant
van de machine; zie
Als de machine een afwijking naar links
heeft, draait u de knop naar de rechterkant
van de machine; zie
9.
Stel net zo lang af totdat de sporing correct is.
ERGRENDELDE NEUTRAALSTAND
ANGZAAM
Figuur
72.
Figuur
72.
1. Sporingsknop
2. Hydraulische tank
.
3. Hydraulische pompen
De bandenspanning
controleren
Onderhoudsinterval: Om de 50 bedrijfsuren/Maan-
delijks (houd hierbij de kortste
periode aan)
De juiste bandenspanning in de voor- en achterbanden
is 0,9 bar. Een ongelijke bandenspanning kan
leiden tot onregelmatige maairesultaten. De
bandenspanning kan het best bij koude banden
worden gecontroleerd.
60
Figuur 72
4. Draai in deze richting als
de machine naar links
trekt.
5. Draai in deze richting als
de machine naar rechts
trekt.
g001070

Werbung

Inhaltsverzeichnis
loading

Inhaltsverzeichnis