Inogen One G5 Handbuch Seite 34

• De Inogen One® G5 niet zonder
deeltjesfilter gebruiken. Deeltjes die in
het systeem worden gezogen, kunnen het
apparaat beschadigen.
• De Inogen One® G5 batterij doet dienst
als secundaire voeding mocht de externe
wisselstroom- of gelijkstroomvoeding
onverwacht wegvallen. Als de Inogen
One® G5 met een externe wisselstroom-
of gelijkstroomvoeding wordt gebruikt,
moet een juist geproportioneerde Inogen
One® G5 batterij in het apparaat aanwezig
zijn. Deze procedure verzekert een
onafgebroken werking en zal alle alarmen
en alerten in werking stellen in geval de
externe voeding wegvalt.
• Controleer of de voeding zich op een
goed geventileerde plaats bevindt omdat
luchtcirculatie vereist is om de warmte af
te voeren. De voeding kan warm worden
tijdens het gebruik. Controleer dat de
voeding afgekoeld is alvorens deze te
hanteren.
• De universele voeding niet demonteren.
Dit kan tot storing van de componenten
en/of een gevaar voor de veiligheid leiden.
• Plaats niets in de voedingspoort behalve
het bijgeleverde wandsnoer. Vermijd
het gebruik van verlengsnoeren met de
Inogen One® G5. Als gebruik van een
verlengsnoer noodzakelijk blijkt, gebruik
dan een verlengsnoer met het Merkteken
van Underwriters Laboratory (UL) en
een minimale dikte van 18 gauge. Sluit
geen andere apparaten op hetzelfde
verlengsnoer aan.
• Om zuurstofflow te verzekeren, moet u
controleren of de neuscanule goed op
de mondstukfitting is aangesloten en de
slang niet geknikt of gekneld is.
• Vervang de neuscanule regelmatig.
Raadpleeg uw leverancier of arts om te
bepalen hoe vaak de canule vervangen
moet worden.
• De Inogen One® G5 is ontworpen om
een zuurstofflow van hoge zuiverheid te
leveren. Een adviserend alert, "Zuurstof
laag", laat u weten als het zuurstofgehalte
gedaald is. Als het alert aanhoudt, moet u
contact opnemen met uw leverancier.
31
• Verzeker u dat de voeding steeds op
slechts één voedingsbron is aangesloten
(wisselstroom of gelijkstroom).
• Zorg ervoor dat het aanstekerstopcontact
in de auto schoon is en geen sigarettenas
bevat en de adapterstekker goed past,
anders kan oververhitting optreden.
• Gebruik de voeding niet met een splitter
voor de aanstekerstekker of met een
verlengsnoer. Dit kan tot oververhitting
van het gelijkstroomvoedingskabel leiden.
• Start de auto niet met startkabels
terwijl de gelijkstroomvoedingskabel is
aangesloten. Dit kan tot spanningsstoten
leiden die de gelijkstroomvoedingskabel
kunnen uitschakelen en/of beschadigen.
• Controleer bij het aansluiten van de
Inogen One® G5 in een auto of de motor
draait voordat u de gelijkstroomkabel
met de aanstekeradapter verbindt. Als het
apparaat werkt zonder dat de motor draait,
is er kans dat de accu uitgeput raakt.
• Een verandering in hoogte (bijv. van de
kust naar de bergen) kan van invloed
zijn op de totale hoeveelheid zuurstof
die de patiënt ter beschikking staat.
Raadpleeg uw arts voordat u naar een
hoger of lager gebied reist om te zien of
uw flowinstellingen gewijzigd moeten
worden.
Waarschuwingen
• Een waarschuwing geeft aan dat de
persoonlijke veiligheid van de patiënt
betrokken kan zijn. Het negeren van een
waarschuwing kan in letsels resulteren.
• Dit apparaat produceert verrijkt
zuurstofgas dat verbranding bevordert.
• Niemand laten roken en geen open
vlammen toestaan binnen 3 m van dit
apparaat terwijl het in gebruik is.
• Vermijd gebruik van de Inogen One® G5 in
de aanwezigheid van verontreinigingen,
rook of dampen. Gebruik de Inogen One®
G5 niet in de aanwezigheid van ontvlambare
anesthetica, reinigingsmiddelen of andere
chemische dampen.