Instellen van de temperatuur
Om de temperatuur in te stellen:
Setup modus met de toetsen
D
)
voor de koelruimte
(
voor de diepvriesruimte
Het bijbehorende symbool brandt op het display.
Koelruimte
De temperatuur kan van +2 °C tot +8 °C worden
ingesteld. Wij raden een instelling van +4 °C.
De instelling van de temperatuur kan met de insteltoetsen
+ (warmer) of (kouder) gewijzigd worden.
De temperatuur wordt in stappen van 1 °C ingesteld.
Om de temperatuur in de koelruimte in te stellen:
Setup modus met toets
D
Het symbool c wordt aangegeven.
De gewenste temperatuur met de insteltoetsen
D
+ (warmer) of - (kouder) instellen.
(
of
)
activeren.
)
activeren.
Diepvriesruimte
De temperatuur kan van -16 °C tot -24 °C worden
ingesteld. Wij raden een instelling van -18 °C.
De instelling van de temperatuur kan met de insteltoetsen
+ (warmer) of (kouder) gewijzigd worden.
De temperatuur wordt in stappen van 1 °C ingesteld.
Om de temperatuur in de diepvriesruimte in te stellen:
Setup modus met toets
D
Het symbool b wordt aangegeven.
De gewenste temperatuur met de insteltoetsen
D
+ (warmer) of - (kouder) instellen.
Taalinstelling
Als het apparaat in bedrijf wordt genomen, dan worden
alle meldingen op het display in het Engels aangegeven.
Als alternatief kan een andere taal op het display volgens
de tabel op blz. 130 gekozen worden.
Om de taal te wijzigen:
W
Setup toets
indrukken.
D
Keuzetoets
indrukken tot
)
D
aangegeven.
Insteltoets + of indrukken tot de gewenste taal
D
wordt aangegeven.
W
Setup toets
indrukken om de instellingen op
D
te slaan. Op het display wordt weer de ingestelde
temperatuur aangegeven.
(
activeren.
wordt
ENGLISH
125