10
11
X-147
Snelgids
Installatie
1. Bevestig de complete regelmodule, of delen
ervan, aan de muur met een DIN-rail of met
muurschroeven en pluggen.
2. Sluit de thermische aandrijvingen aan.
3. Sluit een communicatiekabel voor een
ruimtethermostaat aan op de regelmodule,
slave-module, en/of de optionele stermodule.
Opmerking: De aanbevolen bustopologie is
doorlussen. Zie voor meer informatie, pagina 140:
Communicatieprotocol.
4. Sluit een communicatiekabel voor een
ruimtethermostaat aan op de ruimtethermostaat/timer.
5. Sluit een communicatiekabel voor een systeembus
aan tussen de regelmodules en leid één kabel naar
de bedieningsmodule. Opmerking: De aanbevolen
bustopologie is doorlussen. Zie voor meer
informatie, pagina 140: Communicatieprotocol.
6. Sluit een communicatiekabel voor een
systeembus (6.1) en een netsnoer (6.2) aan op de
bedieningsmodule.
7. Controleer of alle aansluitingen volledig en correct zijn:
•
Thermische aandrijvingen
•
Schakelaar verwarmen/koelen
•
Circulatiepomp
8. Zorg ervoor dat het 230 V AC compartiment
van de regelmodule gesloten is en dat de
bevestigingsschroef is vastgedraaid.
U P O N O R S M AT R I X B A S E P R O · S N E L G I D S
S NE LG IDS
T-148
T-146
T-149
11.1
3 s
3 s
11.2
11.2
T-148
T-146
T-149
11.3
11.4
11.4
04
9. Sluit optionele externe voelers aan (alleen bijpassende
ruimtethermostaten) en stel de DIP-switch in
(uitsluitend openbare ruimtethermostaat T-143).
Functie*
Standaard ruimtethermostaat
Standaard ruimtethermostaat met een
vloervoeler
Standaard ruimtethermostaat, of
systeemapparaat, met een buitenvoeler
Systeemapparaat met een
aanvoertemperatuurvoeler voor verwarmen/
koelen-omschakelfunctie
Systeemapparaat waarbij de voeleringang
wordt gebruikt voor de Comfort/ECO-
omschakelfunctie **
Externe voeler
* De ruimtethermostaat kan alleen als een systeemapparaat
in een Base PRO-systeem met meerdere regelmodules
worden geregistreerd als het is geregistreerd op de
masterregelmodule.
** Dicht = ECO
10. Steek het aansluitsnoer in een 230 V AC stopcontact
of, wanneer de lokale voorschriften dat eisen, in een
aansluitdoos.
11. Selecteer de functiemodus van de ruimtethermostaat
(instellingenmenu 04, uitsluitend bij digitale
ruimtethermostaten). Standaard: RT (standaard
ruimtethermostaat).
Registreer de ruimtethermostaten, de timer en andere
systeemapparaten, in die volgorde (volgende pagina).
UK
CZ
11.5
T-148
T-146
T-149
DE
DK
EE
ES
FI
FR
Schakelaar
ON DIP
HR
1 2 3 4
ON DIP
HU
1 2 3 4
ON DIP
1 2 3 4
IT
ON DIP
1 2 3 4
LT
ON DIP
1 2 3 4
LV
ON DIP
1 2 3 4
NL
NO
PL
PT
RO
RU
SE
SI
SK
1 3 7