Herunterladen Inhalt Inhalt Diese Seite drucken

Het Gebruik; Onderhoud En Opslag - Stiga MP 84C Gebrauchsanweisung

Vorschau ausblenden Andere Handbücher für MP 84C:
Inhaltsverzeichnis

Werbung

Verfügbare Sprachen
  • DE

Verfügbare Sprachen

verwijder alles wat door de machine kan worden
uitgestoten.
3) GEVAAR! Benzine is bijzonder brandbaar:
– bewaar de brandstof in speciale tanks;
– giet de brandstof alleen in de open lucht in de
tank met behulp van een trechter en rook niet
tijdens het vullen;
– giet de brandstof in de tank vóórdat de motor
aangezet wordt; geen benzine toevoegen of de
dop van de benzinetank eraf draaien terwijl de
motor aanstaat of warm is;
– als er benzine gelekt is mag de motor niet gestart
worden maar dient de machine uit de buurt van
de plek waar de benzine gelekt heeft te worden
gebracht en moet er voorkomen worden dat er
brand ontstaat. Wacht totdat de benzinedampen
opgelost zijn;
– draai de doppen altijd weer goed op de benzine-
tank en op het benzineblik.
4) Vervang de geluiddempers als deze defect zijn
5) Vóór het gebruik dient er een algemene controle
verricht te worden op slijtage of beschadiging van
de messen, de bouten en de snijgroep. Vervang
de beschadigde of versleten messen en bouten en
bloc om ervoor te zorgen dat het maaidek in balans
blijft.
6) Let op dat als er één mes ronddraait ook het an-
dere mes ronddraait.
C) HET GEBRUIK
1) Start de motor niet in gesloten ruimten waar zich
gevaarlijke koolstofmonoxyde kan ontwikkelen.
2) Werk alleen bij daglicht of bij goed kunstlicht.
3) Vóór het starten van de motor start dienen de
messen te worden losgekoppeld en de versnelling
in de vrije stand gezet te worden.
4) Maai geen gazons die een helling van meer dan
10° (17%) hebben.
5) Denk eraan dat er geen "veilige" hellingen be-
staan. Let bijzonder goed op bij hellingen. Om het
over de kop slaan met de machine te voorkomen,
adviseren wij om:
– niet plotseling te stoppen of weg te rijden bij het
op- of afrijden van een helling;
– de koppeling altijd langzaam aan in te schakelen
en altijd de versnelling ingeschakeld te houden,
vooral bij het afrijden van een helling;
– de snelheid op hellingen en in smalle bochten
laag te houden;
– goed op bobbels, goten en verborgen gevaren
te letten;
– het gazon in geen geval te maaien in de dwars-
richting ten opzichte van de helling.
6) Let op bij het trekken van lasten of zware ge-
reedschappen:
– gebruik voor de trekstangen alleen de goedge-
keurde bevestigingspunten;
– leg alleen gemakkelijk controleerbare lasten op;
– neem geen scherpe bochten; Let op bij het ach-
teruit rijden;
– gebruik tegengewichten of gewichten op de wie-
len wanneer dit wordt aangeraden in de gebruiks-
aanwijzing.
7) Ontkoppel de messen bij gedeelten waar zich
geen gras bevindt.
NL
4
8) Gebruik de machine nooit als de beveiligingen
beschadigd zijn, of als de veiligheidssystemen er
niet op bevestigd zijn.
9) Wijzig de afstelling van de motor niet en laat het
toerental van de motor niet buitengewoon hoog op-
lopen. Het gebruik van de motor met een buitenspo-
rig hoge snelheid verhoogt de kans op persoonlijk
letsel.
10) óórdat de bestuurdersstoel verlaten wordt moet
het volgende worden uitgevoerd:
– koppel de messen los en zet het maaidek in de
laagste stand;
– zet de versnelling in de vrije stand en trek de
handrem aan;
– schakel de motor uit en neem de contactsleutel
eruit.
11) Koppel de messen los, schakel de motor uit en
neem de contactsleutel eruit:
– vóór het reinigen of vrijmaken van het windkanaal;
– vóórdat u de machine controleert, schoonmaakt
of eraan werkt;
– nadat er op een vreemd voorwerp gestoten is.
Controleer de machine op eventuele beschadi-
gingen en voer de nodige reparaties uit alvorens
de motor aan te zetten en de machine opnieuw te
gebruiken;
– als de machine op een ongebruikelijke manier
begint te trillen (probeer onmiddellijk de oorzaak
van het trillen te vinden).
12) Koppel de messen tijdens het vervoer los en
doe dit elke keer dat deze niet worden gebruikt.
13) Schakel de motor uit en koppel de messen los:
– alvorens brandstof bij te vullen;
– alvorens de opvangbak te verwijderen of opnieuw
te bevestigen.
14) Neem gas terug alvorens de motor uit te scha-
kelen en als de motor voorzien is van een kraan
dient de brandstoftoevoer na het werk dichtge-
draaid te worden.
D) ONDERHOUD EN OPSLAG
1) Laat bouten en schroeven vastgedraaid zitten
om er zeker van te zijn dat de machine altijd op een
veilige manier gebruiksklaar is.
2) Zet de machine niet met benzine in de tank in
een ruimte waar de benzinedampen met vlammen
of vonken in aanraking zouden kunnen komen.
3) Laat de motor eerst afkoelen vóór het opbergen
van de machine in elke willekeurige ruimte.
4) Om brandgevaar zoveel mogelijk te beperken
dienen de motor, de geluiddemper van de uitlaat,
de accubak en de benzinetank vrij gehouden te
worden van gras, bladeren of teveel vet.
5) Controleer de grasopvangbak regelmatig op slij-
tage or beschadigingen.
6) Uit veiligheidsoverwegingen moeten bescha-
digde of versleten onderdelen verwisseld worden.
7) Het legen van de tank dient in de open lucht uit-
gevoerd te worden.
8) Let op dat als er één mes ronddraait ook het an-
dere mes ronddraait
9) Als de machine opgeborgen of onbeheerd ach-
tergelaten moet worden, dient het maaidek omlaag
gezet te worden.

Quicklinks ausblenden:

Werbung

Inhaltsverzeichnis
loading

Inhaltsverzeichnis