NEDERLANDS
Om een brand te voorkomen, dient het controletoestel van de lamp enkel gebruikt te worden met de
adapter die bij het toestel geleverd werd. Wanneer de adapter beschadigd is, dient een adapter van
hetzelfde model gebruikt te worden.
Om elektrische schokken te voorkomen, moet U de behuizing niet openen. Afgezien van de zekering
zitten er geen onderdelen in die door de gebruiker moeten worden onderhouden.
Repareer nooit een zekering en overbrug de zekeringhouder nooit. Vervang een beschadigde zekering
steeds door een zekering van hetzelfde type en met dezelfde elektrische kenmerken.
Ingeval van ernstige problemen met het bedienen van het toestel, stopt U onmiddellijk het gebruik ervan.
Contacteer uw dealer voor een eventuele reparatie.
Gebruik best de originele verpakking als het toestel vervoerd moet worden.
Om veiligheidsredenen is het verboden om ongeautoriseerde modificaties aan het toestel aan te brengen.
ONDERHOUD
Reinig het toestel met een zacht, lichtjes bevochtigd doek. Vermijd water te morsen in het toestel. Gebruik
nooit vluchtige producten zoals benzeen of thinner, dit kan het toestel beschadigen.
FUNCTIES (VOORZIJDE)
1. KANAALFADERS: kunnen voor verschillende doeleinden gebruikt worden, afhankelijk van de
werkmodus:
Manuele modus: verandert het uitgangsniveau van het kanaal.
Scène modus: roept progressief de scène op die onder deze fader geprogrammeerd werd.
Opmerking: in beide werkmodi wordt MIDI data (000-127) via de USB uitgang (10) gestuurd.
2. FLASH TOETSEN: kunnen voor verschillende doeleinden gebruikt worden, afhankelijk van de
werkmodus:
Manuele modus: FLASH toets voor elk kanaal (max. uitgangssignaal, zo lang u op de toets drukt)
Scène modus: KANAAL fader dicht schakelt de geprogrammeerde scene aan/uit.
Opmerking: in beide werkmodi wordt MIDI data (noot aan/uit) via de USB uitgang (10) gestuurd
3. STATUS LED: de informatie hangt af van de werkmodus:
Manuele modus: gaat progressief aan, afhankelijk van de positie van de fader.
Scène modus: Uit wanneer er geen scène onder geprogrammeerd is (leeg).
4. SCENE/MANUAL TOETS: wordt gebruikt om te kiezen tussen manuele en scène modus:
Manuele modus: elk van de 16 KANAAL faders kan gebruikt worden om het uitgangsniveau
manueel in te stellen.
Scène modus: elk van de 16 KANAAL faders kunnen een scène bevatten. Scènes kunnen
manueel gemixt worden.
Wanneer u tegelijkertijd op de DISPLAY MODE toets (6) drukt kunt u de controller in MIDI RECEIVE
modus zetten. Zie hoofdstuk "HOE GEBRUIKEN" voor meer info.
5. LED DISPLAY: geeft verschillende info weer, afhankelijk van de gebruikte werkmodus en/of display
modus. Het eerste karakter toont het nummer van de controller: toetstel 1 is steeds de master. 2,3 of 4
wordt weergegeven op de aangesloten slave toestellen.
JB SYSTEMS
®
KANAAL fader niet dicht FLASH toets voor de scène. (scène op 100%)
Aan wanneer er een scène onder geprogrammeerd is, maar niet actief is.
Knippert wanneer er een scène onder geprogrammeerd is en ook geactiveerd is
20/43
HANDLEIDING
SCENEMASTER