D) Rijden Met Het Voertuig - Reely Topedo Bedienungsanleitung

• Ga voor de ingebruikname als volgt te werk:
- Plaats de batterijen in de zender en let daarbij op de juiste polariteit.
- Schakel het voertuig uit.
- Plaats de voertuigaccu in het batterijvak aan de onderkant van het voertuig.
- Schakel het voertuig in (de stuurservo stuurt kort de voorwielen aan), plaats het op een geschikte
verhoging zodat de wielen vrij kunnen draaien.
- Schakel de zender in. De led op de zender knippert en brandt na enkele seconden permanent als de
zender en de ontvanger zich "gevonden" hebben.
- Zet bij de zender de trimregelaar voor de stuurfunctie zo dat de voorwielen ongeveer in de midden-
positie staan. Een precieze instelling voor het rechtuitrijden kan later gedaan worden bij het rijden.
- Controleer of het voertuig zoals verwacht op de zender reageert (besturing en aandrijving), voordat
u het van de verhoging neemt en het met wielen op de grond plaatst. Steek uw vingers niet in de
aandrijving en houd het voertuig niet vast aan de wielen.

d) Rijden met het voertuig

• Een verkeerd gebruik kan ernstig persoonlijk letsel en materiële schade tot gevolg hebben! Rijd daarom
alleen zolang u direct zichtcontact hebt met het model.
• Rijd alleen als uw reactievermogen niet verminderd is. Vermoeidheid of beïnvloeding door alcohol of
medicijnen kan, net zoals bij een echt voertuig, verkeerde reacties tot gevolg hebben.
• Denk eraan dat u met dit modelvoertuig niet op de openbare weg, pleinen en straten mag rijden. Gebruik
het ook niet op privéterrein zonder toestemming van de eigenaar.
Gebruik het model op een plaats waar u geen andere personen, dieren of voorwerpen in gevaar brengt.
Rijd niet naar mensen of dieren toe!
Voordat u het model op een speciaal daarvoor bestemde locatie kunt gebruiken (bijv. modelautobaan,
race-/rally-traject e.d.), vraag de exploitant van de plaats om toestemming.
• Vermijd het rijden bij zeer lage omgevingstemperaturen. Kunststof onderdelen verliezen hierdoor aan
elasticiteit, wat reeds bij een klein ongeluk grote schade kan veroorzaken.
• Rijd niet tijdens onweer, onder hoogspanningskabels of in de buurt van zendmasten.
• Bescherm het model en de zender tegen vochtigheid en sterke vervuiling. U mag de zender niet langdu-
rig aan direct zonlicht of grote hitte blootstellen.
• Laat de zender altijd ingeschakeld zolang het voertuig in gebruik is.
• Bij storingen moet u het gebruik van uw model onmiddellijk stopzetten en de oorzaak voor de fout ver-
helpen voordat u het model opnieuw in gebruik neemt.
• Om het voertuig op te bergen schakelt u eerst het voertuig uit. Pas daarna mag de zender uitgeschakeld
worden. Koppel de voertuigaccu los van het voertuig. Neem de voertuigaccu uit het model wanneer u
het voertuig gedurende langere tijd niet meer gebruikt (bijv. bij opslag).
• Bij zwakke batterijen (of accu's) in de zender zal de reikwijdte afnemen. Bovendien is het mogelijk dat
het voertuig niet meer op de commando's van de zender reageert. Stop in dit geval met rijden en schakel
het voertuig uit. Vervang daarna de batterijen of accu's in de zender door nieuwe.
70