Herunterladen Inhalt Inhalt Diese Seite drucken

Conrad VC-609 Bedienungsanleitung Seite 6

Inhaltsverzeichnis

Werbung

E Meting van de arbeidsfactor "cos phi"
Deze meting is qua organisatie en aansluiting vergelijkbaar met de
vermogensmeting. Ga voor de aansluiting te werk zoals beschreven
bij punt 1 tot 5 onder "D Vermogensmeting" met het verschil dat u
de bovenste toets "cos phi" indrukt.
Lees het scherm af. Bij een "cos phi" van minder dan 0,3 verschijnt
de overbelastingsaanduiding "OFL". De aanduiding "I.nEF" bete-
kent "ineffectief". Deze aanduiding verschijnt bijvoorbeeld bij niet
aangesloten (of eventueel onderbroken) meetdraden.
De symbolen "Ind" (voor inductief) en "Kap" (voor capacitief) ver-
schijnen afhankelijk van de fase in het onderste gedeelte van het
scherm.
F Meting van het vermogensverbruik (in kWh of kVAh of kvarh)
Ook hier komt de organisatie en de aansluiting van de meetdraden
overeen met de vermogensmeting zoals beschreven onder "D". Ga
te werk zoals beschreven bij de punten 1 tot 5 met het verschil, dat
u de bovenste toets "Energy" indrukt (eerste keer). Vervolgens moet
u nog de meeteenheid bepalen. Kilowatturen kWh (het werkzaam
vermogen) wordt automatisch weergegeven indien de meting van
het verbruikte vermogen geactiveerd wordt. Voor de meting van het
blindvermogen (capacitief of inductief) dient u nog een keer (tweede
keer) de bovenste toets "Energy" in te drukken. De meeteenheid
verandert van "kWh" naar "kVARh". Om het schijnbaar vermogen te
meten dient u de bovenste helft van de toets nog een keer (derde
keer) in te drukken. De meeteenheid verandert van "kVARh" naar
"kVAh".
De weergave is als volgt ingedeeld: in de bovenste helft verloopt
een tijdsteller (klok) tot de meting beëindigd/verlaten wordt of de
batterij leeg is. In de onderste helft wordt het samenvoegen (optel-
len) van het verbruikte vermogen uitgevoerd.
94
- Verwenden Sie zum Messen nur die Meßleitungen, welche dem
Meßgerät beiliegen. Nur diese sind zulässig.
- Um einen elektrischen Schlag zu vermeiden, achten Sie darauf,
daß Sie die Meßspitzen und die zu messenden Anschlüs-
se/Stromschienen (Meßpunkte) während der Messung nicht,
auch nicht indirekt, berühren.
- Die Spannung zwischen Meßgerät und Erde darf 750 VACrms
nicht überschreiten.
- Vermeiden Sie bei jeder Messung, vor allem bei einer Strommes-
sung, eine zu hohe Luftfeuchtigkeit, Dampf. Bei der Durchführung
von Messungen müssen die Hände, die Schuhe und der Boden
unbedingt trocken sein.
- Ströme > 1000 Apeak Wechselstrom können zur Beschädigung
der Stromzange führen. Es ist darauf zu achten, daß bei der Mes-
sung nur ein (1) isolierter Leiter (max. Durchmesser 52 mm)
umfaßt wird. Eine Messung um ein mehradriges Kabel (einphasig)
ist nicht möglich.
Werden dagegen zwei oder mehrere isolierte Leiter (Gesamt-
durchmesser max. 52 mm) eines mehrphasigen Systems um-
schlossen, so entspricht der abgelesene Wert der Vektorsumme
der einzelnen Ströme.
- Arbeiten Sie mit dem Meßgerät nicht in Räumen oder bei widrigen
Umgebungsbedingungen, in/bei welchen brennbare Gase Dämp-
fe oder Stäube vorhanden sind oder vorhanden sein können. Ver-
meiden Sie zu Ihrer eigenen Sicherheit unbedingt ein Feucht-
oder Naßwerden des Meßgerätes bzw. der Meßleitungen. Ver-
meiden Sie den Betrieb in unmittelbarer Nähe von
a) starken magnetischen Feldern (Lautsprecher, Magnete)
b) elektromagnetischen Feldern (Transformatoren, Motore, Spu-
len, Relais, Schütze, Elektromagneten usw.)
11

Werbung

Inhaltsverzeichnis

Fehlerbehebung

loading

Inhaltsverzeichnis