Herunterladen Diese Seite drucken

Innotek Command Serie Bedienungsanleitung Seite 22

Werbung

Verfügbare Sprachen
  • DE

Verfügbare Sprachen

  • DEUTSCH, seite 37
dutch(ne).qxp
10/27/2005
Nota: Als de hond gericht is, zal er een vertraging zijn vooraleer de halsband in richtwijze overgaat. In
de Normaal en Stil wijzen is de vertraging tot 10 seconden lang, terwijl in Bos wijze de vertraging tot 5
seconden lang kan zijn. Deze voorziening belet dat de richtwijze geactiveerd zou worden als de hond
enkele ogenblikken stilstaat.
De halsbandontvanger(s) voor tracking programmeren
1. Druk de ronde BLAUWE programmaknop in. Een continu GEEL licht brandt op de zender.
2. Kies tracking modus door in de HOND 1 (DOG 1)) kolom een knop in te drukken dat overeenkomt met
de tabel hierboven. De GELE zenderlamp zal GROEN branden en uitgaan.
3. Om een tweede halsbandontvanger te programmeren , herhaal de procedure door een tracking modus
te kiezen uit de knoppen van de HOND 2 (DOG 2) kolom.
Activeren van de ROEP (CALL) karakteristiek
1. Druk op de BLAUWE programmaknop. Een continu GEEL licht brandt op de zender.
2. Druk op Knop 4 in de HOND 1 (DOG 1)) kolom om de primaire hond op te sporen. De continue toon zal
hoorbaar zijn tot u de knop loslaat.
3. Noteer dat deze stap ook de tracking karakteristiek UIT (OFF) draait. Om de tracking modus AAN (ON) te
draaien, volg de procedure hierboven "de halsbandontvanger(s) voor tracking programmeren,".
Nuttige Wenken en Trainingshandleiding
Om het meeste te halen uit uw afstandsbediende trainer, zorg ervoor deze stappen te volgen vooraleer te
beginnen:
• Gebruik conventionele trainingsmethoden om uw hond aan te leren op welke bevelen te reageren. Pas
als de hond uw bevelen verstaat mag u de halsband introduceren.
• Verzeker u er altijd van dat de halsband behoorlijk werkt vooraleer de halsband op de hond te plaatsen.
• Stel de eenheden af op het laagste stimulatieniveau. De hond kan dan reageren op een lichte aanrak-
ing. Hogere niveaus blijven beschikbaar indien nodig.
• Houd het bij korte sessies (10 minuten). Na een 30 minuten rustperiode, herhaal het trainingsproces.
• Ga niet verder met een sessie als de hond interesse verloren heeft. Onderbreek voor een rust- of pret-
periode.
• Laat de hond enkele uren per dag de halsband dragen gedurende een of twee weken vooraleer de
training aan te vatten.
• Doe de halsband aan de hond minstens 30 minuten voor het begin van een trainingssessie. Hierdoor
vermijdt men dat de hond argwanend wordt over de halsband.
• Eens dat u aan een programma begonnen bent met uw elektronische afstandsbediende trainer, start
nooit een trainingssessie zonder de trainer. Een goede regel is eenvoudigweg de hond niet uit te nemen
zonder de halsband.
11:37 AM
Page NE-10
NE-10

Werbung

loading