Herunterladen Diese Seite drucken

Carrera DIGITAL 132 Bedienungsanleitung Seite 46

Vorschau ausblenden Andere Handbücher für DIGITAL 132:

Werbung

Verfügbare Sprachen
  • DE

Verfügbare Sprachen

  • DEUTSCH, seite 6
Lichtfunctie aan/uit
3 sec.
4
STOP
5
Op handregelaar geprogrammeerd voertuig moet zich minstens 3
seconden lang in stilstand op het parcours bevinden, voordat door
het indrukken van de wisseltoets het licht respectievelijk in- en uitge-
schakeld kan worden.
Opmerking:
geldt alleen voor modellen met voertuigverlichting
Speelmodus met 6 voertuigen
Uitbreidingsbox (art.-nr. 20030348) voor de handregelaar op con-
tactvoetje 1 van de Control Unit aansluiten. Voor de verdere werk-
wijze verwijzen wij naar de paragraaf "Codering van de voertuigen
op corres ponderende handregelaar".
Codering/Programmering
Autonomous Car
2
1
1
2
7
2x
8
3
4
5
150
SPEED
100
200
+
CLICK
50
250
0
300
Plaats het te coderen voertuig bij ingeschakelde Control Unit op de
baan en druk 2 maal op toets „Code"
8
LED's op de Control Unit lichten op, afb.
4
schakelaar van de handregelaar, afb.
3
elkaar op. Wacht tot de middelste LED weer oplicht, afb.
op de drukschakelaar van de handregelaar en breng het voertuig op
de gewenste snelheid. Druk bij het bereiken van de snelheid op-
nieuw op de wisselschakelaar, afb.
5
.
5
De codering van de Autonomous Car is daarmee beëindigd.
Instructie: Bij deze wijze van codering mag zich altijd alleen het te
coderen voertuig op de baan bevinden. De Programmering van de
Autonomous Car blijft zo lang behouden, tot het voertuig opnieuw
wordt gecodeerd. De Autonomous Car wordt in verbinding met de
Position Tower altijd met adres 7 aangetoond.
Codering/Programmering
Pit Lane 20030356
3
2
1
6
7
3x
3
5
100
50
0
(alleen in verbinding met Pitsstop Lane #20030356)
Plaats het te coderen voertuig bij ingeschakelde Control Unit
op de baan en druk 3 maal op toets „Code"
De eerste drie LED's op de Control Unit lichten op, afb.
Druk nu op de wisselschakelaar van de handregelaar, afb.
LED's 2-5 lichten nu na elkaar op. Wacht tot de middelste LED op-
nieuw oplicht, afb.
gelaar en breng het voertuig op de gewenste snelheid. Druk bij het
bereiken van de snelheid opnieuw op de wisseltoets, afb.
codering van de Pace Car is daarmee beëindigd en het voertuig
rijdt in de Pitsstop Lane.
Instructie: Bij deze wijze van codering mag zich altijd alleen het
te coderen voertuig op de baan bevinden. De programmering van
de Pace Car blijft zo lang behouden, tot het voertuig opnieuw wordt
gecodeerd. De Pace Car wordt in verbinding met de Position Tower
altijd met adres 8 aangetoond.
Uitgebreide Pace Car-functie
Na uitvoering van de codering van de Pace Car rijdt dit voertuig
tijdens de eerste rondes automatisch in de Pit Lane. Om de Pace
Car te starten drukt u eenmaal op toets „Pace Car"
2 en 3 op de Control Unit lichten op en de Pace Car verlaat de Pit
Lane. De Pace Car rijdt nu zo lang, tot er opnieuw op toets „Pace
Car" wordt gedrukt. Daarbij dooft LED 2 uit en het voertuig rijdt bin-
nen de actuele ronde automatisch in de Pit Lane.
Instelling van de basissnelheid
1
3
, afb.
. De eerste beide
1
2
. Druk nu op de wissel-
3
2
; de LED's 3-5 lichten nu na
. Druk
4
5
6
7
8
4
De instelling van de basissnelheid kan individueel voor één en/of
meerdere voertuigen gebeuren. De in te stellen voertuigen moeten
5
zich daarbij op de baan bevinden. De instelling kan in 10 trappen
gebeuren, waarbij de 5 LED's door knipperen resp. continu oplich-
ten de verschillende trappen signaleren.
1 LED licht op = lage snelheid
1
5 LED's lichten op = hoge snelheid
2
Plaats de in te stellen voertuigen bij ingeschakelde Control Unit
op de baan en druk eenmaal op toets „SPEED"
aantal LED's licht op. Deze tonen de laatst gebruikte snelheidstrap
aan. Druk zo vaak op toets „SPEED"
Pace Car
1
2
8
4
4
3
150
SPEED
200
+
CLICK
250
5
6
300
8
, afb.
. Druk op de drukschakelaar van de handre-
4
4
. De LED's
van de voertuigen
1 – 10
1 – 10
2
4
4
5
1
5
6
3
2
6
7
5
. Een bepaald
5
tot de gewenste basis-
snelheid is geselecteerd. Bevestig de selectie met toets „ENTER/
START"
3
.
Een kort looplicht en het oplichten van de middelste LED bevesti-
gen, dat de instelling is beëindigd, afb.
Instelling van het remgedrag
van de voertuigen
1 – 10
1
3
2
1
5
5
7
8
4
3
1
.
(alleen voor met de handregelaar bediende voertuigen)
.
De instelling van het remgedrag kan individueel voor één en/of
2
5
6
; de
meerdere voertuigen gebeuren. De in te stellen voertuigen moeten
3
zich daarbij op de baan bevinden. De instelling kan in 10 trappen
gebeuren, waarbij de 5 LED's door knipperen resp. continu oplich-
ten de verschillende trappen signaleren.
. De
1 LED licht op = zwakke remwerking
5
1
5 LED's lichten op = sterke remwerking
2
Plaats de in te stellen voertuigen bij ingeschakelde Control Unit op
de baan en druk eenmaal op toets „BRAKE"
paald aantal LED's op. Deze tonen de laatst gebruikte remtrap aan.
Druk zo vaak op toets „BRAKE"
geselecteerd. Bevestig uw selectie met toets „ENTER/START"
Een kort looplicht en het oplichten van de middelste LED bevesti-
gen, dat de instelling in beëindigd, afb.
Instelling van de tankinhoud
1 – 10
1
3
3
5
6
3
2
3
2
5
6
7
6
7
4
3
(alleen voor met handregelaar bediende voertuigen)
De instelling van de tankinhoud in verbinding met de Pit Lane
5
6
(20030356) gebeurt gelijktijdig voor alle voertuigen. De instelling
kan in 10 trappen gebeuren, waarbij de 5 LED's door knipperen of
continu oplichten de verschillende trappen signaleren.
1
1 LED licht op = geringe tankinhoud
1
5 LED's lichten op = volle tankinhoud
2
Plaats de in te stellen voertuigen bij ingeschakelde Control Unit op
8
de baan en schakel de tankfunctie in met de schuifschakelaar
afb.
. Druk eenmaal op toets „FUEL"
3
aantal LED's op. Deze tonen de laatst gebruikte tankinhoud aan.
Druk zo vaak op toets „FUEL"
geselecteerd. Bevestig de selectie met toets „ENTER/START"
Een kort looplicht en het oplichten van de middelste LED bevesti-
gen, dat de instelling is beëindigd, afb.
.
6
1 – 10
2
3
2
4
6
7
6
2
1
7
8
6
. Er licht nu een be-
6
tot de gewenste remwerking is
3
.
.
6
1 – 10
2
2
4
7
8
1
1
6
8
8
2
1
7
8
2
7
. Er licht nu een bepaald
7
tot de gewenste tankinhoud is
3
.
.
6
41
1

Werbung

loading

Diese Anleitung auch für:

20030031 retro grand prix