Herunterladen Inhalt Inhalt Diese Seite drucken

Jøtul C 31 Montage- Und Gebrauchanleitung Seite 47

Inhaltsverzeichnis

Werbung

Verfügbare Sprachen
  • DE

Verfügbare Sprachen

  • DEUTSCH, seite 38
3.0 Veiliheidsvoorschriften
3.1 Maatregelen voor
brandpreventie.
Elk gebruik van de haard kan een bepaald risico met
zich meebrengen. Neem daarom de volgende instructies
nauwkeurig in acht:
Zorg dat meubels of andere brandbare materialen niet te
dicht bij de haard staan.
Laat het vuur vanzelf uitgaan. Blus het vuur nooit met water.
De haard wordt tijdens gebruik warm en kan bij aanraking
brandwonden veroorzaken.
De as moet naar buiten worden afgevoerd of worden
weggegooid op een plek waar geen brandgevaar bestaat.
3.2 Luchttoevoer
Waarschuwing!Zorg voor voldoende luchttoevoer van buiten
naar de ruimte waar de haard wordt geplaatst.
Bij onvoldoende luchttoevoer kan rookgas in de kamer
terechtkomen. Dit is zeer gevaarlijk. Als u rook ruikt of als u
zich slaperig, misselijk of ziek voelt, kan dit er op duiden dat er
rookgas in de kamer is terechtgekomen.
Zorg dat de ventilatieopeningen in de ruimte waar de haard
zich bevindt, niet zijn geblokkeerd.
Gebruik geen mechanische ventilatoren in een ruimte
met een haard. Deze kunnen negatieve druk veroorzaken
waardoor giftige gassen in de ruimte kunnen komen.
4.0 Installatie
Jøtul C 31 is cassette die zijn ontwikkeld voor plaatsing
in bestaande haarden. De producten kunnen ook goed in
nieuwe haarden worden geplaatst. De Jøtul C 31 vereist
een opening aan de voorzijde van575x740x400 mm (hxbxd)
Als de producten in nieuwe haarden zouden moeten worden
geplaatst:
4.1 Vloer
Vloer
Controleer of de vloer sterk genoeg is voor de haard. Zie «2.0
Technische gegevens» voor informatie over de gewichten.
Bescherming van houten vloer
De vloer moet uit minimum 100 mm beton bestaan.
Brandbare vloeren voor de haard
moeten voldoen aan het volgende:
De vloerplaat moet in overeenstemming zijn met de nationale
wetten en voorschriften. (Zie bouwreglementen.) Neem contact
op met de afdeling Bouwtoezicht van uw gemeente voor
informatie over beperkingen en installatieeisen.
NEDERLANDS
4.2 Muren
Afstand tot muren van brandbaar materiaal
met isolatie - zie afb. 1
De isolatie moet voldoen aan:
100 mm steenwol 120 kg/m
De afstand van het hitteschild van de
inzethaard tot de isolatie aan achter
muur:
0 mm.
De ombouw moet voldoen aan:
Binnen de ombouw mag zich geen brandbaar materiaal
bevinden.
Als de verwarmingskamer een stukje doorloopt boven de
inzethaard (afb. 2A) en als de ombouw tot het plafond is
gemaakt, moet de bovenkant van de verwarmingskamer worden
afgeschermd met een extra paneel. Dit luchtdichte paneel moet
bestaan uit een isolerende plaat van onbrandbaar materiaal.
Voorbeelden van materiaal dat u kunt gebruiken:
Steenwol 100 mm dik op een stalen plaat min. 0,9 mm.
Zorg voor een ventilatieopening boven aan de ombouw -
bijvoorbeeld een spleet tussen de ombouw en het plafond of
een opening van ongeveer 5 cm
Monteer alle onderdelen weer die u had verwijderd om de
haard hanteerbaarder te maken.
4.3 Luchtcirculatie -
De lucht tussen de cassette en het metselwerk moet kunnen
circuleren. De convectiekamer om de cassette zorgt ervoor dat
er een minimale luchtcirculatie rond de cassette is. Het is beter
meerdere kleppen in het metselwerk te hebben, zodat er meer
warmte de ruimte instroomt.
Sluit de fl exibele kanalen direct op de adapters voor warmte
lucht aan de bovenzijde van de convectie kamer en direct naar
de schoorsteen opening.
Dit is een veiligheidszekerheid om te voorkomen dat de warmte
zich in de schouw opbouwd en er ook van zeker te zijn dat er
voldoende warmte lucht in de kamer stroomt.
Flexibele warmte luchtkanalen in de haard moeten van niet
brandbaar mareriaal zijn. De kanalen kunnen extreem heet
worden en het is van groot belang dat deze niet in contact
komen met brandbare materialen.
De ruimte waarin de haard wordt gebruikt, moet voldoende
toevoer van frisse lucht krijgen. Als het huis tochtvrij is, moet
via ventilatieopeningen of via een apart kanaal die rechtstreeks
naar de haard voert, extra frisse lucht naar de ruimte worden
toegevoerd. De rechtstreekse kanalen voor frisse lucht naar
de haard moeten zo recht mogelijk zijn. De kanalen voor frisse
lucht in de haard moeten van vuurvast materiaal zijn.
Om condensatie te voorkomen in het luchtkanaal dat door
verwarmde ruimtes wordt gevoerd moet het luchtkanaal
geisoleerd worden met 30 mm minerale wol, afgedekt met een
3
met eenzijdige folie.
2
(afb. 2 ).
Zie afb. 2.
47

Werbung

Inhaltsverzeichnis
loading

Inhaltsverzeichnis