Dometic Kampa RALLY AIR ALL-SEASON 330 D/A Benutzerhandbuch Seite 32

Vastzetpunt C: De tochtstrookvastzetpunten (blauwe driehoekjes) moeten nu worden vastgezet. Dit punt zit vast aan de
tochtstrook in de voortent en dient om de positie van de centrale framedelen te bepalen. Met het naar buiten trekken
van dit vastzetpunt, worden de middelste voorste framedelen naar achteren getrokken en in de juiste positie geplaatst.
DIT IS ZEER BELANGRIJK. Het te ver naar voren plaatsen van de centrale framedelen is een veelgemaakte fout. Het te ver
naar voren plaatsen van de framedelen is meestal de oorzaak van slechte prestaties bij wind en regen. Bovendien zal de
voortent er ook niet op zijn mooist uitzien en zal het optionele tapijt niet goed passen.
Zet alle deuren en openingen kruislings vast (zie Afbeelding 11).
Kruislings vastzetten: Alle openingen met rits dient u kruislings vast te zetten. Hierdoor worden de
aangrenzende panelen aangespannen en vermindert de spanning op de ritsen. Punten die kruislings
vastgezet dienen te worden, zijn vooraf gestikt in een hoek. (zie Afbeelding 11 voor referentie)
Zet alle overgebleven vastzetpunten vast. De vastzetpunten kunnen op verschillende manieren worden vastgezet. Kies een
punt waarmee de tent op spanning komt te staan, maar niet te veel. Zorg ervoor dat de gehele voortent recht voor de
camper staat en dat alle panelen correct op spanning zijn gebracht.
Controleer wanneer u tevreden bent of de AirPoles voldoende zijn opgeblazen (9 psi) en voeg, indien nodig, meer lucht
toe. Zodra de druk naar wens is, draait u de dop van het opblaasventiel stevig aan om lekkage te voorkomen.
Scheerlijnen plaatsen
`QuickPitch-scheerlijnsysteem: (zie Afbeelding 12a/12b) De spanbanden op de hoeken dienen te worden vastgezet
in een hoek van 45° ten opzichte van de hoeknaden. Spanbanden die langs het voorpaneel of de voorpanelen lopen,
dienen te worden vastgezet in een hoek van 90° ten opzichte van het paneel.
Maak de banden los tot ze hun maximale lengte hebben.
Zet de lus vast en zorg voor spanning op de onderste spanband.
Trek de spanbanden strak door deze door de gespen te trekken. Span de banden niet te veel aan, want dit kan de vorm
van de voortent veranderen.
Laat kinderen NIET rond uw voortent spelen.
Kinderen kunnen struikelen over de scheerlijnen.
Haringen
De voortent wordt geleverd met haringen voor algemeen gebruik. Deze zijn voor veel locaties geschikt, maar in sommige
gevallen zijn andere haringen nodig. Uw dealer heeft een uitgebreide collectie haringen voor verschillende ondergronden
op voorraad. Voor maximale effectiviteit moeten de haringen in een hoek van 45˚ in de grond worden geslagen, in
tegengestelde richting van het vastzetpunt (zie Afbeelding).
WAARSCHUWING: Haringen kunnen scherp zijn. Laat kinderen niet rond de voortent
spelen en zorg ervoor dat u geschikt en beschermend schoeisel draagt.
Achtertunnel
Het dak van de achtertunnel van de voortent moet zo strak mogelijk zijn om de kans op waterbaden te minimaliseren.
U kunt het dak verstellen met de spanbanden die aan de zijkant van de tunnel zijn bevestigd (zie Afbeelding 13). De
achtertunnel is ontworpen om universeel op alle voertuigen te passen en deze zal op sommige voertuigen beter passen
dan op andere.
Gordijnen
Hang de gordijnen op (zie Afbeelding 14). Controleer of de afmeting/vorm van de gordijnen overeenkomt met de
afmeting/vorm van de ramen voordat u ze ophangt.
Stormbanden (optioneel)
De QuickPitch-spanbanden/scheerlijnen dienen te allen tijde te worden gebruikt. Voor extra veiligheid zijn echter optionele
stormbanden verkrijgbaar (zie Afbeelding 15a/15b). De stormband dient strak gespannen te worden geplaatst, zonder dat
dit de vorm van de voortent beïnvloedt. De stormbanden dienen altijd per paar te worden gebruikt.
32
DUKA-MH-AIR-AWN-D/A-UG-11-19