5
Eerste inbedrijfstelling
5.1
In- en uitschakelen
Batterij aansluiten
Stekker (2) van de batterij(en) aansluiten.
5.1.1
Netspanning tot stand brengen
Netspanning tot stand brengen (400V-besturingskasten)
Elektriciteitsleiding op stroomnet aansluiten.
Hoofdschakelaar (1) in stand ON zetten.
✓ Initialisatie start automatisch.
154 / 204
Apparaat controleert elektrische componenten.
spanningscontrole van de noodstroombatterijen.
Menupunt
Inschakelen
Hoofdschakelaar (1) in stand ON zetten. Na een succesvolle
systeemtest verschijnt op display
groene LED signaleert gereedheid voor bedrijf.
Wordt op het display niet de initialisatie (
aangeboden, is de besturingskast al geïnitialiseerd. In dit
geval moeten de ingestelde parameters worden gecontro-
leerd of de fabrieksinstellingen worden hersteld
Resetten|). Na het resetten naar de fabrieksinstellingen
start de initialisatie van de besturingskast automatisch.
Onthoud dat de teller voor het onderhoudsinterval bij het her-
stellen van de fabrieksinstellingen niet verandert.
5.2
Initialisatie uitvoeren
Bij de initialisatie wordt de volgende invoer verwacht:
|Taal|
|Datum/tijd|
|Producttype|
|Installatievariant|
|Capaciteit|
Inbouw- en montagehandleiding
wordt aangegeven.
|3.10. Taal|
|0 Systeeminfo|
|3.10.
en de
Taal|)
(|3.11
010-532_06