Herunterladen Inhalt Inhalt Diese Seite drucken

Technische Specificaties - Interlogix DD100 Serie Installationsanleitung

Inhaltsverzeichnis

Werbung

4.
De detector dient op een hoogte tussen 1,8 en 3,0 meter
gemonteerd worden.
5.
Kies de montage-gaten voor hoekmontage (item 4) of
wandmontage (item 3).
Montagegat voor montagebeugel: figuur 2, item 2.
6.
Gebruik de basis als sjabloon om aan te duiden waar de
schroefgaten op de wand komen.
7.
Bevestig de basis aan de wand.
8.
Strip de kabel(s) ongeveer 5 cm, steek hem door de
kabelinvoer (figuur 1, item 7) en zet hem vast in de
trekontlastingsklem (figuur 2, item 1).
9.
Sluit detector aan zoals aangegeven (figuur 3).
Optionele reserve connector: (figuur 1, item 6)
10. Plaats de deksel (figuur 5), monteer de schroef (figuur 1,
item 5) en plaats afdekplaat (figuur 1, item 1).
Huisdier immuniteit (DD100PI alleen)
Deze detector is ontwikkeld om resistent te zijn voor bepaalde
grootte van huisdieren. Huisdieren lichter dan 20 kg zullen in
standaard toepassingen in normale omstandigheden geen
problemen veroorzaken (zie figuur 7 en 9). Het gevolg hievan
is dat de detector een lagere gevoeligheid heeft voor personen
in het ongevoelige deel van het detectie bereik. Grotere
huisdieren kunnen worden toegelaten indien men de detector
ondersteboven bij een hoogte van 90 cm monteerd.
Geadviseerde minimale montagehoogte in PI applicaties: 2,4
meter.
Jumperinstellingen
Zie figuur 3 voor de locatie van de jumpers in de detector.
J1: Dual loop karakteristieken (DD105 en DD105C alleen)
Dual loop: Met een Dual Loop, kan de Sabotage Loop
en de Alarm Loop over twee draden geregeld worden.
In figuur 4 geven twee voorbeelden weer hoe de
detector met het controle paneel verbonden is en de
twee verschillende posities van de Jumper J1 in de
verschillende detectors (Dual Loop enkel (item 1) en
meerdere (item 2) toestellen).
In normale situatie (geen alarm) de Dual Loop
impedantie is 4.7 kΩ.
In geval van detectiealarm, zal het alarm relais contact
open gaan en de impedantie van de Dual Loop zal
verdubbelen naar 9.4 kΩ en er verschijnt een alarm.
Als de detectorbehuizing geopend is, zal het sabotage
circuit open zijn en de Dual Loop is onderbroken en er
verschijnt een sabotage alarm.
Standaard alarm loop: Sabotage uitgang is geïsoleerd
van de alarm relais uitgang en de "End of Line"
weerstand in het sabotagecircuit is kortgesloten.
Aansluiting 3 en 4 van de alarm relais uitgang moet
gebruikt worden voor verbinding met het
controlepaneel.
Verbinding 5 kan niet gebruikt worden voor een "End
of Line" verbinding; in dit geval moet een optionele
P/N 145919999-4 (ML) • REV K • ISS 14JUN19
reserve verbinding van de detector gebruik worden
(figuur 1, item 6).
End of Line Loop: Sabotage uitgang is geïsoleerd van
de alarm relais uitgang.
De impedantie van de sabotage loop is nu 4.7 kΩ.
Verbinding 4 en 5 van de alarm uitgang moet gebruikt
worden voor verbindingen naar het controle paneel.
Impedantie van alarm relais loop is 4.7 kΩ.
J2: LED funkties
On: De LED is ingeschakeld.
Off/Remote: De LED is uitgeschakeld. Deze kan weer
worden ingeschakeld door de jumper J4 terug te zetten
naar ON of door het aanbrengen van een 0 V spanning
op aansluiting 8.
Voordat u de detctor kunt looptesten, dient u jumper J2 in de
ON positie te zetten, of de LED dient op afstand te zijn
ingeschakeld.
J3 en J4: Instellen van het bereik
PIR bereik en Radar bereik is onafhankelijk programeerbaar
met jumper J3 en J4.
Selecteer altijd het kleinste bereik dat nodig is voor het te
beveiligen gebied. Verifieer het detectieveld en wijzig indien
nodig.
J3
Radar
10 m (DD100x)
12 m (DD105x)
6 m (DD100x)
7 m (DD105x)
Vensterafdekkapje
Zie figuur 10.
Voor mogelijke vals alarm bronnen, binnen het bereik van
1.5 m of onder de detector, is het afdekkapje aan de
binnenkant van het venster bevestigd. Hierdoor wordt het deel
van het bereik van de gordijnvelden uitgeschakeld, dat anders
de detector zou kunnen destabiliseren.

Technische specificaties

Aansluitspanning
Max.rimpelspanning (piek-piek)
Stroomverbruik
Normale werking
Max.
Montagehoogte
Bewegingssnelheid
Radar frequentie
Maximale vermogen
Maximale radar vermogensspanning
(Continu)
Alarmuitgang
J4
PIR
10 m (DD100x)
12 m (DD105x)
6 m (DD100x)
7 m (DD105x)
9–15 VDC (12 V nom.)
2 V (bij 12 VDC)
11.5 mA nom.
15 mA max.
1.8–3.0 m
0.2–3.0 m/s
2400.0–2483.5 MHz
1 mW
0.005 µW/cm²
80 mA bij 30 VDC
15 / 24

Werbung

Inhaltsverzeichnis
loading

Inhaltsverzeichnis