Herunterladen Inhalt Inhalt Diese Seite drucken

VOLTCRAFT SDM-115 Bedienungsanleitung Seite 7

Schichtdicken-messgerät
Inhaltsverzeichnis

Werbung

Verfügbare Sprachen

Verfügbare Sprachen

G E B R U I K S A A N W I J Z I N G
Laagdikte-meetapparaat SDM-115
Bestnr. 10 08 47
Beoogd gebruik
Het meetapparaat meet en toont de dikte van niet-magnetische lagen zoals lakken, verfen, glas, porselein,
kunststof etc. op magnetische en niet-magnetische metalen op de display. De display kan worden verlicht.
De herkenning van magnetische metalen zoals bijv. ijzer, plaatstaal of staal alsmede niet-magnetische
metalen zoals aluminium, messing etc. geschiedt automatisch. Het is mogelijk handmatig vooraf in te stellen.
In de geîntegreerde datalogger kunnen tot en met 255 meetwaarden worden opgeslagen en op het meet-
apparaat worden afgelezen. Voor een snelle laagdiktecontrole kunnen Hi/Lo-grenswaarden worden gepro-
grammeerd, bij de overschrijding hiervan klinkt een alarm.
Een calibratiefunctie maakt voortdurend nauwkeurige meetwaarden mogelijk. De laagdikte kan naar keuze
in micrometer (µm) of mili-inches (mils) worden weergegeven.
Het meetapparaat werkt op batterijen en heeft een 9 V blokbatterij nodig.
Een meting onder ongunstige omstandigheden is niet toegestaan. Ongunstige omgevingscondities zijn:
- Vocht of hoge luchtvochtigheid,
- Stof en brandbare gassen, dampen of oplosmiddelen,
- Sterke elektrostatische en magnetische velden.
Een ander gebruik dan hier beschreven leidt tot de beschadiging van het product. Het samengestelde pro-
duct niet aanpassen resp. ombouwen! Volg absoluut de veiligheidsaanwijzingen op!
Aanwijzingen betreffende veiligheid en gevaren
Een uitroepteken in een driehoek wijst op belangrijke instructies in de gebruiksaan-
wijzing. Lees vóór het ingebruiknemen de volledige handleiding door, deze bevat belang-
rijke aanwijzingen omtrent het correcte gebruik.
Bij beschadigingen veroorzaakt door het niet opvolgen van deze gebruiksaanwijzing vervalt ieder recht op
garantie! Voor gevolgschade aanvaarden wij geen aansprakelijkheid!
Wij kunnen niet aansprakelijk worden gesteld voor materiele schade of persoonlijk letsel als gevolg van
ondeskundig gebruik of het niet in acht nemen van de veiligheidsaanwijzingen! In dergelijke gevallen vervalt
de garantie.
Om redenen van veiligheid en toelating (CE) is het eigenmachtig ombouwen en/of aanpassen van het pro-
duct niet toegestaan.
Zorg voor een correcte ingebruikname van het apparaat. Neem hierbij deze gebruiksaanwijzing in acht.
In scholen, opleidingscentra, hobbyruimten en werkplaatsen moet door geschoold personeel voldoende
toezicht worden gehouden op de bediening van meetapparaten.
Schakel het meetapparaat nooit onmiddellijk in als het van een koude naar een warme ruimte werd over-
gebracht. Het daarbij ontstane condenswater kan het apparaat onder bepaalde omstandigheden beschadigen.
Laat het apparaat eerst - uitgeschakeld - op kamertemperatuur komen.
Laat verpakkingsmateriaal niet zomaar rondslingeren. Dit kan voor kinderen gevaarlijk speelgoed zijn.
Het meetapparaat mag niet in explosiegevoelige gebieden of bij spanningsvoerende en hete oppervlakken
(>70 °C) worden gebruikt.
U mag het product niet blootstellen aan extreme temperaturen, sterke trillingen of hoge vochtigheid. Een
weergave is alleen nauwkeurig binnen het bereik van 0°C tot +50°C.
Het apparaat mag alleen worden geopend om de batterijen te vervangen.
Elektronische apparaten zijn geen speelgoed en moeten buiten het bereik van kinderen gehouden worden.
Omvang van de levering
Laagdikte-meetapparaat SDM-115
9V blokbatterij
Aluminiumplaat
Staalplaat
Calibratie-kunststofplaat
Tas
Gebruiksaanwijzing
Omschrijving van de onderdelen
3 4 5 6 7
MAX
CAL
Zero
MIN
8
2
mils
µm
1
9
ALM
Hi Lo
8
CAL
888
µm
mils
.
1 Meettoets
888
Non-
.
2 Sensor
D
Ferr
A
SET
M
A
X
- MIN
H
3 CAL-toets
4 mils/µm-toets
5 Zero/neerwaarts-toets
6 Lichttoets voor displayverlichting
7 MAX/MIN/AVG/opwaarts-toets
8 Display
9 Batterijvak (Batterijpositie: Pool naar
beneden)
Batterij plaatsen en vervangen
Bij de eerste ingebruikname resp. wanneer het batterijwisselsymbool
nieuwe 9V blokbatterij worden geplaatst.
Voor het plaatsen van de batterij opent u het batterijvak (9) door deze in de richting van de pijl te schuiven.
®
Verwijder de batterijdeksel en verbind de batterijclip met een nieuwe batterij.
Plaats de batterij met de batterijclip naar beneden in het batterijvak (zie „Omschrijving van de onderdelen")
Sluit het batterijvak weer zorgvuldig. Het meetapparaat is klaar voor gebruik.
°
Laat geen lege batterijen in het meetapparaat achter aangezien zelfs batterijen die tegen
Version 03/11
lekken zijn beveiligd, kunnen corroderen, waardoor chemicalien vrijkomen die schadelijk
zijn voor uw gezondheid, resp. het apparaat onherstelbaar kunnen beschadigen.
Verwijder de batterij als u het meetapparaat gedurende langere tijd niet gebruikt om
lekkage te voorkomen.
Batterijen en accu's mogen niet kortgesloten, gedemonteerd of in het vuur worden
geworpen. Laad batterijen niet op. Explosiegevaar!
Lekkende of beschadigde batterijen/accu's kunnen bij huidcontact bijtende wonden
veroorzaken. Gebruik daarom in dergelijke gevallen daarvoor bestemde beschermende
handschoenen.
Een geschikte batterij is te verkrijgen onder bestelnr. 65 25 09. 1 x bestellen a.u.b.
Functies van de knoppen
Neerwaarts-toets: Wordt gebruikt voor de instelling van Hi/Lo-alarmgrenzen en de calibratiewaarde
evenals het selecteren van het datalogger-geheugennummer. Alleen actief in de instelmodus.
Opwaarts-toets: Wordt gebruikt voor de instelling van Hi/Lo-alarmgrenzen en de calibratiewaarde
evenals het selecteren van het datalogger-geheugennummer. Alleen actief in de instelmodus.
„CAL"-toets. Met meervoudige functie
CAL
1. Voor het openen van de Hi/Lo-alarminstelling
2. Voert een meetpuntcalibratie uit (met kunststof plaat)
3. Bevestigingstoets in de datalogger-modus en snel-calibratiemodus
„Zero"-toets: Met meervoudige functie
Zero
1. Nulpuntcalibratie
2. Snel-calibratiemodus voor frequente meetwaardecalibraties (met kunststof plaat)
3. Wissen van calibratiewaarden, MAX, MIN en MAX-MIN-waarden
„MAX/MIN"-toets. Met meervoudige functie
MAX
MIN
1. Schakelt om tussen maximale waarde (MAX), minimale waarde (MIN), verschil uit MAX en MIN
(MAX-MIN), gemiddelde weergave (AVG) alsook aantal van de datalogger-geheugens (no_). Zijn
alle 255 datalogger-posities bezet, vindt er geen actualisering van AVG plaats.v De geheugen-
posities moeten worden gewist.
2. Voor de instelling van de snel-calibratiewaarde
„mils/µm"-toets
mils
µm
1. Deze toets schakelt de meeteenheid om (1 mil = 0,001 inch = 25,4 µm)
2. Activeert de handmatige meetmodus voor niet-magnetische metalen („nonF")
Licht-toets
1. Schakelt de weergaveverlichting aan en uit.
2. Activeert de handmatige meetmodus voor magnetische metalen („FErr")
Ingebruikname en bediening
Verwijder bij de eerste ingebruikname de beschermende folie van alle bijgevoegde test-
en calibratieschijven. De beschermende folies zijn productietechnisch aangebracht en
moeten voor de meting worden verwijderd, omdat er anders foutmetingen ontstaan.
Meetapparaat inschakelen en een functietest uitvoeren
Het meetapparaat moet voor elk gebruik op het juiste nulpunt en de bestaande nauwkeurigheid worden
getest. Daarvoor zijn test- en calibratieschijven bijgevoegd.
De test- en calibratieschijven kunnen in de binnentas van het holster worden bewaard.
Voor het inschakelen gaat u als volgt te werk:
Houd het meetapparaat uit de buurt van metalen voorwerpen alsmede magneetvelden en druk gedurende
ca. 3 seconden op de meettoets (1). In de display verschijnt „run" en er klinkt een signaaltoon. Laat de
meettoets los. Het symbool „H" voor „Hold" wordt weergegeven. Het meetapparaat is klaar voor de meting.
De automatische materiaalherkenning (symbool „A") is na het inschakelen altijd actief.
Vindt er binnen 15 sec. geen meting plaats, dan schakelt het meetapparaat automatisch uit.
Functietest uitvoeren:
Nulpunt: Plaats bij ingeschakeld meetapparaat de sensor (2) recht op één van de beide metaalplaten en druk
op de meettoets (1). Op de display moet „0" verschijnen. Herhaal deze meting met de tweede metaalplaat.
Ook hier moet „0" verschijnen. Is dit niet het geval, dan moet het meetapparaat gecalibreerd worden (zie
hoofdstuk „Meetapparaat calibreren").
Afhankelijk van het dragermateriaal verschijnt de meetwaarde „Non Ferr" voor niet-magnetische metalen en
„Ferr" voor magnetische metalen.
Meetpunt: Controleer aansluitend de meetnauwkeurigheid met behulp van de bijgevoegde kunststof plaat.
Voer de functietest uit zoals eerder beschreven, leg echter de kunststof plaat ertussen. De materiaalsterkte
is op de kunststof plaat gedrukt. Deze waarde moet vermeerderd met de materiaaltolerantie in de display
worden weergegeven. Is dit niet het geval dan moet het meetapparaat gecalibreerd worden (zie hoofdstuk
„Meetapparaat calibreren").
Meting uitvoeren
Schakel het meetapparaat in en voer een functietest uit. Plaats de sensor vlak
op het te meten metaalvlak en druk dan op de meettoets. Let erop dat de sensor
niet wordt gekanteld of verschoven. Dit kan tot meetfouten en tot de beschadiging
van het oppervlak leiden.
Wacht tot de meetwaarde wordt weergegeven. De meettoets kan periodiek voor
een individuele meting of tot max.1 minuut voor een meetreeks worden ingedrukt.
Bij de individuele meting laat u eerst de meettoets los en wacht tot de meetwaarde
met het symbool „H" in de display blijft staan. Verwijder daarna eerst het meet-
apparaat van het oppervlak!
Gedurende een meetreeks (max. tot 1 minuut) houdt u tijdens de totale duur van de meting de meettoets
ingedrukt. Elke meting heeft ca. 1 seconde nodig, tot de meetwaarde juist is berekend. Een langer durende
meetreeks leidt tot onnauwkeurigheden en moet worden vermeden.
in de display verschijnt, moet een
MAX
CAL
Zero
MIN
mils
µm

Quicklinks ausblenden:

Werbung

Inhaltsverzeichnis
loading

Inhaltsverzeichnis