Herunterladen Inhalt Inhalt Diese Seite drucken

IMG STAGE LINE MFX-16M Bedienungsanleitung Seite 22

Multi-effektgerät
Inhaltsverzeichnis

Werbung

Verfügbare Sprachen
  • DE

Verfügbare Sprachen

  • DEUTSCH, seite 4
Plate: Hiermee wordt de karakteristiek van een
NL
galmplaat gesimuleerd. Galmplaten werden lange
B
tijd in studioʼs gebruikt om de galm op een kunst-
matige manier na te bootsen. Ze produceren een
nagalm met nadruk op de hoge tonen. Er zijn geen
eerste reflecties beschikbaar, waardoor eenduidige
informatie over de omvang van de ruimte ontbre-
ken en het effect veeleer kunstmatig klinkt. Deze
nagalm wordt graag gebruikt voor solo-instrumen-
ten en zang.
6.2 Vocal, Gate
Deze nagalmeffecten moeten geen natuurlijke
akoestiek simuleren, maar dienen om speciale
effecten te genereren.
Vocal: De nagalm van een grote zaal wordt gesi-
muleerd, maar er worden kleine echoʼs aan toege-
voegd die een stem beter typeren. De nagalmtijd
en het aandeel hoge tonen in het effectsignaal kun-
nen met de regelaar FX VARIATION (5) worden
ingesteld.
Gate (gated reverb): Bij dit effect sterft de nagalm
niet weg, maar wordt hij door een versperring
(Gate) afgesneden, wanneer het nagalmsignaal
een regelbare grootte onderschrijdt. Dit effect is bij-
zonder goed geschikt voor zeer kort klinkende
slaginstrumenten zoals Snare en Kick-Drum. De
nagalmtijd en de Gate-schakeldrempel kunnen met
de regelaar FX VARIATION worden ingesteld.
6.3 Echo, Delay
De MFX-16M biedt twee echo-effecten voor ver-
schillende toepassingen:
Echo: Dit echo-effect is speciaal geschikt voor
stemmen. Er worden echoʼs gegenereerd waarvan
de vertragingstijden in het linker en rechter stereo-
kanaal verschillend zijn. De echovertragingstijd
kan met de regelaar FX VARIATION (5) worden
ingesteld.
Delay: Bij dit klassieke echo-effect kan het aantal
echoʼs met de regelaar FX VARIATION worden
ingesteld. De echovertragingstijd wordt bepaald
door het tippen op de toets TAP/ F1 (6) [min. 4 ×].
De tijdsduur tussen de laatste beide bedieningen
bepaalt dan de vertragingstijd (max. 1,3 sec). Om
ritmesynchrone echoʼs te realiseren, drukt u enkele
keren op de toets TAP/ F1 volgens het ritme van de
muziek.
De groene LED boven de toets TAP/ F1 knippert
met een tussentijd die overeenstemt de ingestelde
echovertragingstijd.
22
6.4 Chorus, Flanger, Phaser, Tremolo, Rotary
Bij deze effecten gaat het om modulatie-effecten,
d.w.z. het ingangssignaal wordt b.v. in de toon-
hoogte periodiek gewijzigd en aan het onveran-
derde ingangssignaal toegevoegd. Naargelang de
aard van de wijziging ontstaan verschillende effec-
ten.
Chorus: Dit effect moet een instrument of een
stem "breder" doen klinken. Daartoe wordt een
deel van het ingangssignaal tijdelijk vertraagd (ca.
30 ms), in toonhoogte continu lichtjes gewijzigd
(Vibrato) en aan een deel van het onveranderde
ingangssignaal toegevoegd. De frequentie van de
vibratoʼs kunnen met de regelaar FX VARIATION
(5) worden ingesteld.
Flanger: Het Flanger-effect ontstond de eerste
keer toen men hetzelfde muziekfragment op twee
bandrecorders synchroon afspeelde en de uit-
gangssignalen van de apparaten mengde. Omdat
de apparaten volgens tolerantiewaarden niet exact
gelijk liepen, ontstond er tussen de signalen een
toenemend tijdsverschil. Bij het mengen van de
geluidsbandsignalen werden zo verschillende fre-
quenties gewist die omwille van de synchronisatie-
schommelingen door het geluidsfrequentiespec-
trum liepen. Wat de klank betreft, ontstaat de
indruk dat een straaljager door de muziek vliegt.
Door het afremmen van een geluidsbandspoel
(Eng.: "flange") kon dit effect gericht worden beïn-
vloed. Met de regelaar FX VARIATION kan de snel-
heid worden ingesteld waarmee het ononderbro-
ken wissen van de frequentie gebeurt.
Phaser: De klankvervreemding die typisch is voor
de phaser, ontstaat door een deel van het ingangs-
signaal in de fase te verschuiven en met een deel
van het ongewijzigde ingangssignaal te mengen.
De regelaar FX VARIATION bepaalt de snelheid
waarmee de faseverschuiving wijzigt. Het effect
wordt hoofdzakelijk bij gitaren, elektrische pianoʼs
en keyboards gebruikt.
Tremolo: Een tremolo ontstaat, wanneer het
geluidsvolume van een signaal periodiek varieert.
Het effect leent zich goed voor gitaar, basgitaar en
keyboard. Met de regelaar FX VARIATION kan de
snelheid van de volumewijziging worden ingesteld.
Rotary: Dit effect simuleert draaiende luidsprekers
(Leslie-effect). Populair werd dit effect tijdens de
hoogdagen van de hammondorgels waarvoor het
toen hoofdzakelijk werd gebruikt. Tegenwoordig
wordt het ook graag door gitaristen gebruikt.
Het gesimuleerde draaien van de luidsprekers
kunt u met de toets BYPASS / F2 (8) of een op de
jack FOOTSWITCH (13) aangesloten voetdruk-
knop stoppen (LED boven de toets BYPASS / F2
licht op) en opnieuw starten (LED licht niet op). De
"draaisnelheid" kan met de regelaar FX VARIA-
TION op langzaam of snel worden ingesteld:
Positie 0 – 5 = langzaam
Positie > 5 = snel

Werbung

Inhaltsverzeichnis
loading

Inhaltsverzeichnis