Verklaring Display; Metingen Uitvoeren - Storch HPM 3000+ Bedienungsanleitungen

4. Verklaring display

Nadat de Dew Check op de HPM 3000+ is aangesloten, worden er continu metingen doorgevoerd en op
het display van de HPM 3000+ weergegeven (real time metingen).
U krijgt op het display van de HPM 3000+ nu de volgende 4 waarden:
• Oppervlaktetemperatuur (IR-temperatuur)
• Luchttemperatuur
• Dauwpunt temperatuur
• Relatieve luchtvochtigheid

5. Metingen uitvoeren

5.1. Temperatuurmetinf door infraroodtemperatuursensor (IR-temp):
Richt de Dew Check Sensor loodrecht op het gewenste object.
De oppervlaktetemperatuur wordt door middel van de ingebouwde infraroodtemperatuursensor automatisch
gemeten. Om beter peilen van het gewenste meetobject mogelijk te maken, bestaat de mogelijkheid door
op de knop [pijl naar beneden] te drukken op de HPM 3000+ een LED te laten knipperen. De lichtkegel van
de LED komt hierbij exact overeen met het meetbereik van de infraroodtemperatuursensor. Hoe groter de
afstand tot het object, hoe groter het meetbereik. De meetafstand tot het object mag niet groter dan 100
cm zijn.
Als de gemeten oppervlaktetemperatuur lager is dan de op het display van de HPM 3000 + weergegeven
dauwpunttemperatuur, dan condenseert water aan de objectoppervlakte.
Werk nu niet verder (bijv. het aanbrengen van een laag).
5.2 Meting van de luchttemperatuur
De in de Dew Check ingebouwde temperatuursensor meet constant de luchttemperatuur. De waarde wordt
als real time meting op het dislay weergegeven
5.3 Meting van de relatieve luchtvochtigheid (rel. vochtigheid)
De relatieve luchtvochtigheid in % geeft aan hoeveel vocht de lucht bij een bepaalde temperatuur bevat.
5.4 Meting van de dauwpunttemperatuur (dauw-temp.)
Hoe warmer de lucht, hoe meer vochtigheid hij kan opnemen. Als de temperatuur onder het dauwpunt komt,
treedt er condensatie op en wordt deze door vochtigheidsaanslag zichtbaar.
De dauwpunttemperatuur is afhankelijk van de luchttemperatuur en de relatieve luchtvochtigheid. De Dew
Check berekent deze waarden automatisch op basis van de die dauwpunttemperatuur. Tijdens het drogen
van aangebrachte lagen mag de dauwpunttemperatuur niet worden bereikt en mag de temperatuur niet lager
zakken dan de dauwpunttemperatuur (gevaar voor latere reclamaties). Zorg ervoor dat de omgevingstempe-
ratuur hoger is dan de op het display aangegeven dauwpunttemperatuur (bijv. met Storch Opti Air, art.nr. 61
40 00 ).
10