Veiligheids- en bedienings-voorschriften
Veiligheids- en bedienings-voorschriften
Veiligheidsinstructies
Waarschuwing
Lees en begrijp alle instructies.
Het niet-volgen van de hieronder gegeven instructies kan resulteren in een elektrische schok, brand en/of
ernstige letsels.
Werkzone
Hou uw werkzone schoon en goed verlicht.
Rommelige werkbanken en donkere zones vragen om ongelukken.
Gebruik geen elektrisch gereedschap in explosieve atmosferen, zoals in de aanwezigheid van ontvlamba-
re vloeistoffen, gassen, of stof.
Elektrisch gereedschap veroorzaakt vonken die stof of rook kunnen ontsteken.
Hou omstanders, kinderen en bezoekers altijd op voldoende afstand bij het werken met een elektrisch ge-
reedschap.
Afleiding kan ervoor zorgen dat u de controle over uw machine verliest.
Hou het gereedschap droog.
Stel het gereedschap niet aan regen bloot. Gebruik het niet in vochtige of natte plaatsen.
Elektrische veiligheid
■
Beschadigde snoeren kunnen brand veroorzaken. Gebruik het snoer nooit om gereedschap te dra-
gen. Hou het snoer verwijderd van hitte, olie, scherpe randen of bewegende delen. Vervang bescha-
digde snoeren onmiddellijk.
Veiligheid van personen
Blijf waakzaam, kijk wat u doet, en gebruik uw gezond verstand bij het werken met elektrisch gereed-
schap. Gebruik geen gereedschap als u te moe bent of onder invloed bent van drugs, alcohol of genees-
middelen.
Een moment van onoplettendheid bij het bedienen van elektrisch gereedschap kan resulteren in ernstige
letsels.
Kleed u zoals het hoort. Draag geen losse kleren of juwelen. Draag een haarnetje of iets dergelijks om
lang haar bijeen te houden. Hou uw haar, kleding en handschoenen verwijderd van bewegende delen.
Losse kleren, juwelen of lang haar kunnen door bewegende delen worden gegrepen.
Vermijd toevallig starten. Zorg ervoor dat de schakelaar in de vergrendelde of UIT-stand staat alvorens
het batterijenpakket aan te brengen.
Het dragen van gereedschappen met uw vinger op de schakelaar of het aanbrengen van het batterijen-
pakket in een gereedschap waarbij de schakelaar is ingeschakeld, is om ongelukken vragen.
Verwijder instelsleutels of moersleutels alvorens het gereedschap in te schakelen.
Een moersleutel of een andere sleutel die op een draaiend deel van het gereedschap achterblijft kan let-
sels veroorzaken.
Reik niet te ver. Zorg ervoor dat u stevig op uw voeten staat en altijd in evenwicht blijft.
Door stevig en in evenwicht te staan, kunt u het gereedschap in onverwachte situaties beter onder contro-
le houden.
Gebruik veiligheidsuitrusting. Draag altijd een oogbescherming.
76
NL
© Atlas Copco Industrial Technique AB - 9836 9627 00
BCP BL2-I06