Herunterladen Inhalt Inhalt Diese Seite drucken

Aanvullende Accessoires; Installatie; Elektrische Aansluiting; Aansluiting Bus-Verbinding En Temperatuursensor (Laagspanningszijde) - Bosch MZ 100 Installationsanleitung

Inhaltsverzeichnis

Werbung

Verfügbare Sprachen
  • DE

Verfügbare Sprachen

  • DEUTSCH, seite 1

40 | Installatie

2.5

Aanvullende accessoires

Exacte informatie over geschikte accessoires is opgenomen in de catalogus.
• Voor ongemengd cv-circuit zonder eigen cv-pomp:
– Ventiel; aansluiting op PZ1...3
– Temperatuurregelaar voor 1 cv-circuit met/zonder tijdprogram-
ma (EMS 2/EMS plus); aansluiting op BUS; afhankelijk van de re-
gelaar moet daarbij expliciet de zoneregeling (SC) worden
aangepast ( Technische documentatie temperatuurregelaar);
of
– Thermostaat voor de regeling van de kamertemperatuur (optie);
aansluiting op IZ1...3
• Voor boilerlaadcircuit zonder boilerlaadpomp:
– Ventiel; aansluiting op PZ1
• Voor ongemengde cv-circuits met separate cv-pomp (bijvoorbeeld
na open verdeler):
– CV-pomp; aansluiting op PZ1...3
– Aanvoertemperatuursensor open verdeler (optie); aansluiting op
T0
– Temperatuurregelaar voor 1 cv-circuit met/zonder tijdprogram-
ma (EMS 2/EMS plus); aansluiting op BUS; afhankelijk van de re-
gelaar moet daarbij expliciet de zoneregeling (SC) worden
aangepast ( Technische documentatie temperatuurregelaar);
of
– Thermostaat voor de regeling van de kamertemperatuur (optie);
aansluiting op IZ1...3
• Voor boilerlaadcircuit met separate boilerlaadpomp (bijvoorbeeld na
open verdeler):
– Boilerlaadpomp; aansluiting op PZ1
– Aanvoertemperatuursensor open verdeler (optie); aansluiting op
T0
– Boilertemperatuursensor; aansluiting op TC1
• Bij installaties met een regelventiel (S-schema, alleen in Groot-Brit-
tannië):
– Circulatiepomp; aansluiting op PZ3
– 2 x regelventiel (met eindschakelaar); aansluiting op PZ1 en IZ1
plus op PZ2 en IZ2
– Temperatuurregelaar voor 1 cv-circuit met/zonder tijdprogramma
(EMS 2/EMS plus); aansluiting op BUS; afhankelijk van de rege-
laar moet daarbij expliciet de zoneregeling (SC) worden aange-
past ( Technische documentatie temperatuurregelaar); of
– Kamer- en/of antivriesthermostaat (optie); aansluiting op IZ3 en
IZ4
• Bij installaties met middenventiel (Y-schema, alleen in Groot-
Brittannië):
– Circulatiepomp; aansluiting op PZ3
– Middenventiel; aansluiting op PZ1 en PZ2
– Temperatuurregelaar voor 1 cv-circuit met/zonder tijdprogramma
(EMS 2/EMS plus); aansluiting op BUS; afhankelijk van de rege-
laar moet daarbij expliciet de zoneregeling (SC) worden aange-
past ( Technische documentatie temperatuurregelaar); of
– Kamer- en/of antivriesthermostaten (optie); aansluiting op IZ3 en
IZ4
Installatie van de aanvullende accessoires
▶ Installeer de aanvullende accessoires overeenkomstig de wettelijke
voorschriften en de meegeleverde instructies.
6 720 815 281 (2014/10)
3
Installatie
GEVAAR: Elektrocutiegevaar!
▶ Voor de installatie van dit product: toestel en alle an-
dere BUS-deelnemers over alle polen losmaken van
de netspanning.
▶ Voor de inbedrijfstelling: monteer de afdekking
( afb. 19, pagina 59).
3.1
Installatie
Installatie aan de wand
▶ Monteren module aan een wand ( afb. 4 tot afb. 6, vanaf
pagina 56).
Installatie op een rail
▶ Module op een rail ( afb. 8, pagina 57) monteren.
▶ Let bij het verwijderen van de module van de montagerail op afb. 9
op pagina 57.
Installatie in de warmteproducent
▶ Via de installatiehandleiding van het cv-toestel controleren, of deze
de mogelijkheid biedt, een module (bijvoorbeeld MZ 100) in het cv-
toestel te installeren.
▶ Wanneer de module zonder rail in het cv-toestel kan worden geïnstal-
leerd, de module voorbereiden ( afb. 4 en, pagina 56 en afb. 7,
pagina 57).
▶ Wanneer de module met rail in het cv-toestel kan worden geïnstal-
leerd, afbeelding 4, pagina 56 en afb. 8 en afb. 9, pagina 57 aanhou-
den.
3.2

Elektrische aansluiting

▶ Rekening houdend met de geldende voorschriften voor de aanslui-
ting minimaal elektrische kabel model H05 VV-... gebruiken.
3.2.1
Aansluiting BUS-verbinding en temperatuursensor
(laagspanningszijde)
▶ Bij verschillende aderdiameters een verdeeldoos voor de aansluiting
van de BUS-deelnemers gebruiken.
▶ BUS-deelnemers [B] via verdeeldoos [A] in ster schakelen
( afb. 10, pagina 57) of via BUS-deelnemer met minimaal 2 BUS-
aansluitingen in serie ( afb. 20, pagina 59).
Wanneer de maximale totale lengte van de BUS-verbin-
ding tussen alle BUS-deelnemers wordt overschreden of
in het BUS-systeem een ringstructuur bestaat, is de in-
bedrijfstelling van de installatie niet mogelijk.
Maximale totale lengte van de BUS-verbindingen:
2
• 100 m met 0,50 mm
aderdiameter
2
• 300 m met 1,50 mm
aderdiameter
▶ Om inductieve beïnvloeding te voorkomen: alle laagspanningskabels
gescheiden installeren van netspanningskabels (minimale afstand
100 mm).
▶ Bij externe inductieve invloeden (bijvoorbeeld van fotovoltaïsche in-
stallaties) kabel afgeschermd uitvoeren (bijvoorbeeld LiYCY) en af-
scherming eenzijdig aarden. Sluit de afscherming niet op de
aansluitklem voor de randaarde in de module aan maar op de huisaar-
de, bijvoorbeeld vrije afleiderklem of waterleiding.
Installeer slechts één temperatuursensor T0 per installatie.
Wanneer meerdere modules aanwezig zijn, kan de module
voor de aansluiting van de temperatuursensor T0 vrij wor-
den gekozen.
MZ 100

Quicklinks ausblenden:

Werbung

Inhaltsverzeichnis
loading

Inhaltsverzeichnis