11 Met de motorzaag werken
► Gas geven.
Zaagkettingolie wordt weggeslingerd en is her‐
kenbaar op het lichtgekleurde oppervlak. De
kettingsmering functioneert.
► Als er geen weggeslingerde zaagkettingolie
zichtbaar is:
► Motor afzetten.
► Zaagkettingolie bijvullen.
► Kettingsmering opnieuw controleren.
► Als er nog steeds geen zaagkettingolie op
het lichtgekleurde oppervlak zichtbaar is: de
kettingzaag niet gebruiken en contact opne‐
men met een STIHL dealer. De kettingsme‐
ring is defect.
11 Met de motorzaag werken
11.1
Winterstand instellen
Als er bij temperaturen beneden de +10 °C wordt
gewerkt is er kans op ijsvorming in de carbura‐
teur. Om ervoor te zorgen dat er extra warme
lucht, die van de motor komt, rondom de carbu‐
rateur stroomt, moet de winterstand worden
ingesteld.
LET OP
■ Als er bij temperaturen boven de +10 °C in de
winterstand wordt gewerkt kan de motor over‐
verhit raken.
► Zomerstand instellen.
► Motor afzetten en kettingrem inschakelen.
1
► Filterdeksel (1) uitbouwen.
► Schuif (2) omhoog trekken.
3
► Schuif (2) tot aan de aanslag in de geleidingen
(3) schuiven.
0458-759-7621-D
► Filterdeksel (1) aanbrengen.
11.2
Als er bij temperaturen boven de +10 °C wordt
gewerkt moet de zomerstand worden ingesteld.
► Motor afzetten en kettingrem inschakelen.
► Filterdeksel (1) uitbouwen.
► Schuif (2) omhoog trekken.
► Schuif (2) tot aan de aanslag in de geleidingen
► Filterdeksel (1) aanbrengen.
2
11.3
Tijdens de werkzaamheden stelt de kettingzaag
zich automatisch in op het optimale vermogen.
Door een kalibrering kan de kettingzaag sneller
worden ingesteld op het optimale vermogen.
► Als de buitentemperatuur lager dan -10 °C is
3
De schuif klikt merkbaar vast.
Zomerstand instellen
1
3
3
(3) schuiven.
De schuif klikt merkbaar vast.
Kettingzaag kalibreren
of als de motor koud is:
► Motor starten en kettingrem lossen.
► Motor ca. 1 minuut met gasstoten warm‐
draaien.
► Motor afzetten.
A
1
min
30-60 s
> 30 s
Nederlands
B
C
s
2
19