Siemens SIMATIC ET 200SP Kompaktbetriebsanleitung Seite 66

Onderhoud en afvoer
Neem voor milieuvriendelijke recycling en afvoer van uw afgedankte apparatuur contact op met een erkend
afvalverwerkingsbedrijf voor elektronisch afval. Voer het product af in overeenstemming met de toepasselijke voorschriften
in uw land.
Toebehoren
Informatie bij het toegelaten toebehoren vindt u in de documentatie
(https://support.industry.siemens.com/cs/ww/en/view/84133942).
Functionele veiligheid
WAARSCHUWING
Gevaar voor mens en milieu
Ter voorkoming van gevaar voor mens en milieu mag u geenszins veiligheidsfuncties overbruggen of maatregelen treffen
die op overbrugging van veiligheidsfuncties neerkomen of deze tot gevolg hebben. De fabrikant is niet aansprakelijk voor de
gevolgen van dergelijke manipulaties, noch voor schade die uit de veronachtzaming van deze waarschuwing voortvloeit.
Voer voor veiligheidsrelevante functies een veiligheidsevaluatie van het gehele systeem, inclusief alle veiligheidsrelevante
componenten, uit.
Let voor een storingsvrije periferie op de instructies en waarschuwingen in de documentatie
(https://support.industry.siemens.com/cs/ww/en/view/84133942), in het bijzonder voor:
• aansluiten/bedraden
• parametriseren
• status- en foutindicaties en alarmen
• onderhoud (periodieke controles, software-/firmware-update)
• controle van de behoorlijke werking
• Technical specifications
Toepassingsgevallen voor het bereiken van de vereiste veiligheidsklasse (SIL) vindt u in de documentatie
(https://support.industry.siemens.com/cs/ww/en/view/84133942).
WAARSCHUWING
Controle van de firmwarestand op F-toelaatbaarheid
Controleer bij het gebruik van een nieuwe firmwarestand of de firmwarestand toegelaten is voor de desbetreffende F-
periferie.
In de bijlagen bij het certificaat (https://support.automation.siemens.com/WW/view/en/49368678/134200) voor SIMATIC
Safety staat aangegeven welke firmwarestand toegelaten is.
Vergewis u ervan dat voor F-CPU's de F-functionaliteit geactiveerd is.
Bij F-periferie moet het PROFIsafe-adres ingesteld zijn of toegewezen worden.
Voer voor veiligheidsfuncties functietests overeenkomstig uw automatiseringstaak uit. Pas wanneer het correcte verloop van
de veiligheidsrelevante functies verzekerd is, mogen deze productief ingezet worden.
Decentraal periferiesysteem ET 200SP
A5E51666989-AA, 03/2022
65