Herunterladen Inhalt Inhalt Diese Seite drucken

Onderhoud En Reiniging; Technische Gegevens - VOLTCRAFT IR-SCAN-350RH/2 Bedienungsanleitung

Ir-taupunkt-messgerät
Inhaltsverzeichnis

Werbung

Verfügbare Sprachen

Verfügbare Sprachen

8 Gebruik
8.1 De batterijen plaatsen/vervangen
1. Open het deksel van het batterijcompartiment (10).
2. Sluit een 9 V blokbatterij aan op de overeenkomende terminal binnenin het batterijcom-
partiment.
3. Sluit het batterijdeksel weer.
Vervang de batterij wanneer de batterij icoon in de rechterbovenhoek van het
scherm verschijnt.
8.2 Functies van de knoppen
Druk op de startknop (9)

– eenmaal, om het product in te schakelen.
– eenmaal tijdens de meting om de laatst weergegeven meetwaarde op het uitleesven-
ster te bevriezen. Op het uitleesvenster (5) verschijnt de aanduiding "HOLD". Druk om
door te gaan met het meten opnieuw op de startknop.
– ong. 2 seconden lang om het product uit te schakelen.
Druk op de knop laserlicht (3):

– eenmaal om de dubbele doellaser (2) te activeren,
– tweemaal om de doellaser (2) te deactiveren.
Druk op de knop MODE (7) om te schakelen tussen de verschillende weergavemogelijkhe-

den in het bovenste deel van het scherm:
– Dauwpunttemperatuur ("DP" indicator)
– Omgevingstemperatuur ("AT" indicator)
– Luchtvochtigheid omgeving ("%RH" indicator)
Druk op de knop ºC/ºF (6)

– voor het omschakelen van de temperatuurweergave tussen Celsius en Fahrenheit.
– ong. 2 seconden lang om de pieptoon in of uit te schakelen. Op het uitleesvenster (5)
wordt het pictogram (piepton aan) of (pieptoon uit) afgebeeld.
8.3 Opmerkingen over de meetprocedure
8.3.1 Werkwijze
Infraroodthermometers meten de oppervlaktetemperatuur van een object. De sensor van

de thermometer registreert de uitgestraalde, gereflecteerde en doorgelaten warmtestraling
van het object en zet deze informatie om in een temperatuurwaarde.
De emissiefactor is een waarde die de karakteristiek van de energiestraling van een mate-

riaal uitdrukt. Hoe hoger deze waarde, des te hoger is de capaciteit van het materiaal om
stralingen uit te zenden. Veel organische materialen en oppervlakken hebben een emis-
siefactor van ca. 0,95. Metalen oppervlakken of glanzende materialen hebben een lagere
emissiefactor.
De omgevingssensor meet de omgevingstemperatuur en de luchtvochtigheid. Hiermee

wordt het dauwpunt berekend. De infraroodsensor meet de oppervlaktetemperatuur en
vergelijkt deze dan met de berekende dauwpunttemperatuur. Hoe dichter de waarde van
de oppervlaktetemperatuur is bij de dauwpunttemperatuur, des te hoger het risico op
schimmelvorming op het gemeten oppervlak.
8.3.2 Verhouding meetafstand/meetoppervlak (D/S)
Het doelobject moet groter zijn dan het meetoppervlak van de thermometer om een nauw-

keurige meting te verkrijgen. De geregistreerde temperatuur is de gemiddelde temperatuur
van het gemeten oppervlak.
Hoe kleiner het doelobject is, des te kleiner moet de meetafstand tussen thermometer en

doelobject zijn.
De verhouding tussen de afstand tot het doelobject en de grootte van de infrarood-brand-

vlek bedraagt 20:1. Bij een afstand van 20 cm tot het doelobject bedraagt de grootte van
de infrarood-brandvlek dienovereenkomstig 1 cm.
8.4 Metingen uitvoeren
1. Zet het apparaat aan en activeer de doellaser (2), indien gewenst.
Het meetoppervlak ligt tussen de twee laserpunten. Hoe dichter u bij het oppervlak
bent, des te preciezer u kunt richten op het te meten oppervlak.
De maximum afstand van het te meten oppervlak mag niet meer dan 2 meter be-
dragen.
2. Scan nu langzaam het oppervlak. Richt de IR-sensor (1) zo verticaal mogelijk op het te
meten oppervlak.
3. In onderste deel van het scherm (5) wordt de oppervlaktetemperatuur van het te meten
oppervlak getoond. In het bovenste deel van het scherm wordt de sensorweergave van de
omgeving (8) getoond.
4. De rechterkant van het scherm laat de staafgrafiek zien. Hoe hoger de grafiek is, des te
groter is het risico op schimmelvorming.
5. De LED-waarschuwing in drie kleuren (4) staat boven het scherm. Wanneer de LED
– groen oplicht, is er geen risico op schimmelvorming.
– geel oplicht, is er een toegenomen risico op schimmelvorming.
– rood oplicht, is er een acuut risico op schimmelvorming, of het meetoppervlak is al door
schimmel aangetast.
6. Als de gele LED oplicht, wordt ook een piepsignaal afgegeven. Als de rode LED oplicht,
hoort u een continue pieptoon.
Het apparaat schakelt zichzelf ca. 15 minuten na het inschakelen met de startknop
(9) automatisch uit.
Bij geactiveerde HOLD-functie (startknop tijdens de meting indrukken) schakelt het
apparaat na ca. 20 seconden automatisch uit.

9 Onderhoud en reiniging

Belangrijk:
– Gebruik geen agressieve reinigingsmiddelen, wrijfalcohol of andere chemische oplos-
singen. Ze beschadigen de behuizing en kunnen storingen in het product veroorzaken.
– Dompel het product niet in water.
Afgezien van een incidentele reinigingsbeurt is het apparaat onderhoudsvrij.

Reinig het product met een droog, pluisvrij doekje.

10 Verwijdering
10.1 Product
Elektronische apparaten zijn recyclebaar afval en horen niet bij het huisvuil. Als het
product niet meer werkt moet u het volgens de geldende wettelijke bepalingen voor
afvalverwerking afvoeren.
10.2 Batterij/accu's
Haal eventueel geplaatste batterijen/accu's uit het apparaat en gooi ze afzonderlijk van het
product weg. U bent als eindverbruiker volgens de KCA-voorschriften wettelijk verplicht alle
lege batterijen en accu's in te leveren. Verwijdering via het huisvuil is niet toegestaan.
Verontreinigde batterijen/accu's zijn met dit symbooltje gemarkeerd om aan te ge-
ven dat afdanken als huishoudelijk afval verboden is. De aanduidingen voor de
zware metalen die het betreft zijn: Cd = Cadmium, Hg = Kwik, Pb = Lood (naam op
(oplaadbare) batterijen, bijv. onder het afval-icoontje aan de linkerzijde).
U kunt verbruikte batterijen/accu's gratis bij de verzamelpunten van uw gemeente, onze filialen
of overal waar batterijen/accu's worden verkocht, afgeven. Op deze wijze voldoet u aan uw
wettelijke verplichtingen en draagt u bij aan de bescherming van het milieu.
Alvorens af te danken, moeten de blootliggende contacten van batterijen/accu's volledig wor-
den afgedekt met een stuk plakband om kortsluiting te voorkomen. Zelfs als de batterijen uitge-
put zijn, kan de resterende energie gevaarlijk zijn in het geval van kortsluiting (barsten, intense
verhitting, brand, ontploffing).

11 Technische gegevens

Ingangsspanning .......................... 9V-blokbatterij
Optiek ........................................... 20:1
Emissiegraad ................................ 0,95 (vast ingesteld)
IR-golflengte ................................. 8 - 14 μm
Laser-klasse ................................. 2
Laser-golflengte ............................ 630 - 670 nm
Max. laser-uitgangsvermogen ...... <1 mW
Bedrijfstemperatuur ...................... 0 tot +50 °C / +32 tot +122 ºF
Bedrijfsluchtvochtigheid ............... <80 % RV
Opslagtemperatuur ....................... -20 tot +60 ºC / -4 tot +140 ºF
Opslagluchtvochtigheid ................ 10 – 90% RV (niet condenserend)
Afmetingen ................................... 82 x 168 x 58 mm (B x H x D)
Gewicht ......................................... 163 g
Meetbereik
-50 tot +20 ºC
-58 tot +68 ºF
Temperatuur
+20 tot +380 ºC
+68 tot +716 ºF
0 - 20 % RV
Luchtvochtigheid
20 - 80 % RV
80 - 100 % RV
-30 tot +100 ºC
Dauwpunttemperatuur
-22 tot +212 ºF
Dit is een publicatie van Conrad Electronic SE, Klaus-Conrad-Str. 1, D-92240 Hirschau (www.conrad.com). Alle rechten,
vertaling inbegrepen, voorbehouden. Reproducties van welke aard dan ook, bijvoorbeeld fotokopie, microverfilming of
de registratie in elektronische gegevensverwerkingsapparatuur, vereisen de schriftelijke toestemming van de uitgever.
Nadruk, ook van uittreksels, verboden. De publicatie voldoet aan de technische stand ten tijde van het drukken.
Copyright 2021 by Conrad Electronic SE.
Nauwkeurigheid
Resolutie
±5 ºC
±9 ºF
±1,5% +2 ºC
±1,5% +5 ºF
0,1
4,5 %
3,5 %
4,5 %
---
*1405828_V7_1221_02_mxs_m_nl

Werbung

Inhaltsverzeichnis
loading

Diese Anleitung auch für:

1405828

Inhaltsverzeichnis