Herunterladen Inhalt Inhalt Diese Seite drucken

SFA Sanicom 1 Bedienungs- Und Installationsanleitung Seite 33

Vorschau ausblenden Andere Handbücher für Sanicom 1:
Inhaltsverzeichnis

Werbung

Verfügbare Sprachen
  • DE

Verfügbare Sprachen

  • DEUTSCH, seite 15
dient altijd geventileerd te worden zodat de tank altijd op atmosfe-
rische druk is. De ventilatie moet geheel vrij zijn en de lucht moet
in beide richtingen kunnen stromen (er dient geen diafragmaklep
geïnstalleerd te zijn).
MELDING
Onvoldoende ventilatie.
Risico op niet –functioneren van het pompstation!
 Sluit géén mechanische ventilatie aan
 De ventilatie moet vrij blijven
 Blokkeer de ventilatieopening niet
 Installeer geen luchtinlaatklep (diafragmaklep).
Sluit de ND50 ventilatiebuis (afhankelijk van het model) verticaal op
de ventilatieopening met de flexibele koppelstukken. De verbinding
dient reukvrij te zijn.
De ventilatiebuis dient niet te worden aangesloten op de ventilatie-
pijp van een vetafscheider.
4.4 ELEKTRISCHE AANSLUITING
Maak de elektrische aansluiting pas na voltooiing van de
definitieve aansluitingen.
GEVAAR
Elektrische aansluiting uitgevoerd door een onge-
kwalificeerd individu.
Kans op overlijden door een elektrische schok!
 De elektrische aansluiting moet worden uitgevoerd door
een gekwalificeerde en bevoegde elektricien.
 De elektrische installatie moet voldoen aan de normen
van toepassing in desbetreffende land.
MELDING
Onjuiste voltage.
Schade aan het pompstation!
 De toevoerspanning mag niet meer dan 6% afwijken van
het voltage aangegeven op het typeplaatje.
De spanningsvoorziening moet van klasse 1 zijn. Het apparaat moet
worden aangesloten op een geaarde kabeldoos. De elektrische
stroomvoorziening dient beschermd te worden door een ultragevoe-
lige aardlekschakelaar van 30 mA. Deze aansluiting moet uitsluitend
gebruikt worden voor de Sanicom spanningsvoorziening. Als de ka-
bel van het apparaat is beschadigd moet deze worden vervangen
door de fabrikant of door de klantenservice om gevaarlijke situaties
voor de gebruikers te voorkomen.
5. INGEBRUIKNEMING
Zodra de afvoerleidingen en elektrische aansluitingen aangebracht
zijn, dient de waterdichtheid van de aansluitingen gecontroleerd te
worden door water te laten stromen door alle toevoeren.
Zorg ervoor dat de eenheid correct werkt.
6. GEBRUIK
In geval van stroomuitval, onmiddellijk de watertoevoer stop
zetten van de aangesloten toestellen.
In geval van afvoer van vet afvalwater is het gebruik van een vet
afscheidende tank essentieel.
WAARSCHUWING
Hete motoroppervlakte.
Gevaar voor letsel!
 Raak nooit het oppervlak van de motorbehuizing aan
zonder beschermende uitrusting.
Beperking van het gebruik
GEVAAR
De druk- en temperatuurlimiet zijn overschreden.
Lekken van hete of giftige vloeistof!
 Neem de gebruikersspecificaties in de documentatie in
acht.
 Zorg ervoor dat de pomp niet draait met gesloten ventiel.
 Het draaien zonder te pompen vloeistof moet worden
voorkomen.
Neem de volgende parameters en waardes in acht tijdens het ge-
bruik:
Parameter
Debiet
Maximale toegestane tem-
peratuur van de vloeistof
Maximale temperatuur van
de ruimte
pH
7. WERKING BEDIENINGSPANEEL
7.1 SANICOM
1: WERKING VAN HET BEDIENINGSPANEEL
®
LED
- Groen : Stroom aanwezig
- Rood : Alarm
TOETS
Manuele motoractivering
Alarm resetten
7.1.1 Algemene alarmen
Voedingsalarm:
Indien de LED niet brandt, is er geen stroom aanwezig.
Niveau-alarm:
Wanneer het waterniveau in het toestel abnormaal hoog is, zal de
microschakelaar van de hoge dompelbuis de motor activeren en
zal de rode alarm LED oplichten. Wanneer deze LED rood knippert,
geeft dit aan dat er een detectieprobleem bestaat voor het normale
waterniveau (lange dompelbuis).
Tijdsalarm:
Wanneer de motor langer dan 1 minuut aanhoudend draait, gaat
rode alarm LED branden.
7.1.2 Alarm resetten
U kunt de rode alarm LED enkel uitschakelen met de toets op het
toetsenbord (dan wordt de LED groen) wanneer het probleem aan
de oorsprong van het alarm opgelost werd.
7.2 SANICOM® 2: WERKING VAN DE DRAADLOZE
ALARMUNIT
Gele LED :
voeding
Rode LED :
alarm
Manuele activering
Motor 1
Manuele activering
Motor 2
7.2.1 lgemene alarmen
Voedingsalarm:
Bij een stroomuitval (of wanneer het toestel losgekoppeld wordt): de
sirene gaat af + de rode alarm LED gaat branden + de gele voedings
LED knippert.
Niveau-alarm:
Wanneer het waterniveau in het toestel abnormaal hoog is, wordt
de sirene geactiveerd + gaat de rode alarm LED branden + worden
beide motoren opgestart. Wanneer deze LED rood knippert, geeft
dit aan dat er een detectieprobleem bestaat voor het normale wa-
terniveau (lange dompelbuis).
Tijdelijk alarm:
Wanneer één van de twee motoren langer dan 1 minuut werkt, wordt
de sirene geactiveerd + gaat de rode alarm LED branden + start de
andere motor.
7.2.2 Algemeen alarm resetten
Als het probleem, dat één van bovenstaande alarmen heeft laten
afgaan, verdwijnt, dan stopt de sirene maar de rode ledlamp blijft
branden tot de volgende normale cyclus.
33
Waarde
Niet meer dan 80% (voor alle
toestellen) van het debiet aangege-
ven op de curve (zie bijgevoegde
instructies)
90°C gedurende 5 minuten
50°C
4-10
NL

Quicklinks ausblenden:

Werbung

Inhaltsverzeichnis
loading

Diese Anleitung auch für:

Sanicom 2

Inhaltsverzeichnis