Herunterladen Inhalt Inhalt Diese Seite drucken

Referenties Aansluitschema - DAB ED Serie Installationsanweisung Und Wartung

Inhaltsverzeichnis

Werbung

Verfügbare Sprachen
  • DE

Verfügbare Sprachen

  • DEUTSCH, seite 24
Ref.
HL1
Wit indicatielampje dat aangeeft de hulpcircuits correct functioneren
HL3
Groen indicatielampje dat aangeeft dat de elektropomp voeding krijgt
Rood indicatielampje dat wordt geactiveerd:
-
voor de ingreep van de stroomopnamebeveiliging van de elektropomp,
HL4
-
voor de ingreep van de KK motorbeveiliging van de elektropomp,
-
voor de ingreep van de olievoeler van de elektropomp.
SA1
Schakelaar voor de HANDMATIGE - 0 – AUTOMATISCHE werking van iedere elektropomp, waarbij:
HANDMATIG
AUTOMATISCH
8.3

Referenties aansluitschema

Rif.
FU3
Veiligheidszekeringen van het hulpcircuit tegen foutieve verbinding van de motorkabels (0,2 A).
Het paneel blijft onder spanning staan, ook na activering van de bescherming die de werking ervan onderbreekt.
FU4
Timer voor het instellen van de tijd voor sterk aanloopkoppel. Instelbaar van 0,5 tot 4 sec. Door de
KT1
fabrikant bij de afstelling op 2 sec. ingesteld ( alleen voor ED 3 M HS ).
CL1
Module voor controle van de niveauvoeler (waar aanwezig) voor beveiliging als er water in de OLIE-kamer
van de pompafdichtingen zit.
Standaard in driefasige panelen met ster-driehoekstart.
Aansluitmogelijkheid in driefasige panelen met directe start.
QM1
Magnetothermische stroomonderbreker, voor beveiliging tegen overbelasting en kortsluiting van de
voedingslijn van de motor P1, met handmatige reset.
QS1
Scheidingsschakelaar van de voedingslijn met vergrendelbare handgreep voor deurblokkering.
14
Reservezekeringen voor FU3 of FU4 (0,2A).
Aansluitklemmen voor de vlotter voor controle van het minimumniveau /maximumniveau van het water.
A
Contactkarakteristieken: 24V a.c. 37mA.
1 - 2
Aansluitklemmen voor de vlotters voor controle van het minimumniveau (A - stopniveau) en
A + B
maximumniveau (B - startniveau). Contactkarakteristieken: 24V a.c. 37mA
1 - 2 __3 - 4
Aansluitklem met 24 V wisselstroom, voor elektrische voeler voor controle van de oliekamer van de pomp.
S
Maximale weerstand van de elektrische voeler lager dan of gelijk aan 80 kohm (verbinden met de
19
OLIEsensor van de pomp).
P
Aansluitklemmen voor de alarmvlotter. Contactkarakteristieken:  8 Amp; 250V.
25 - 26
Q
Aansluitklemmen voor alarm op afstand om te signaleren dat de alarmvlotter in actie is gekomen.
Contactkarakteristieken: zonder potentiaal, NA (normaal geopend);  8 Amp; 250V.
31 - 32
K -K
Functie (zie referenties op schakelschema's)
= de elektropomp P1 handmatig door de bediener wordt bediend (werkt zolang
de bediening wordt vastgehouden.
= de elektropomp P1 wordt rechtstreeks bestuurd door de vlotters of
thermostaten en zonekleppen
Funzione (op de schakelschema's van elke module op pag. 58)
Alvorens
onderhoudswerkzaamheden
uitschakelen.
Stel op QM1 de stroom in die vermeld is op het motorplaatje.
De bedieningen A, B hoeven niet geaard
verbonden zijn met het veiligheidscircuit PELV (CEI EN 60204-1).
Eventuele ingrepen van de beschermingen van het paneel sluiten de
werking van de vlotter niet uit.
Ingang thermische beveiliging voor de motor.
LET OP! Voor pompen die zijn uitgerust met de thermische beveiliging
KK de brug van de klemmen KK van het paneel verwijderen en ze
aansluiten op de beschermingskabels die aanwezig zijn in de kabel van de
pomp .
NEDERLANDS
32


te
verrichten,
de
.
te worden, aangezien ze
spanning

Werbung

Inhaltsverzeichnis
loading

Inhaltsverzeichnis