Inhaltsverzeichnis
Werbung
Inschakelen van het
apparaat
Afb. 6
Hoofdschakelaar 4 indrukken
(de rode ring verdwijnt).
Hiertoe de deur openen - de
hoofdschakelaar bevindt zich links
onderaan op het bedieningspaneel.
Het temperatuurlampje +5 °C knippert.
Het apparaat begint te koelen.
Wij raden een instelling van ca. +4 °C aan.
Gevoelige levensmiddelen niet warmer
dan bij +4 °C bewaren.
Aanwijzingen bij het gebruik
S Terwijl de koelmachine loopt, vormen
zich dooiwaterdruppels of een laagje rijp
op de achterwand van de koelruimte.
Dit is normaal. U hoeft de
dooiwaterdruppels niet af te wissen of
de rijp af te schrapen. De achterwand
wordt automatisch ontdooid. Het
dooiwater loopt via het afvoergootje
afb. 7 naar de koelmachine, waar het
verdampt.
Levensmiddelen
inruimen
Let op de koudezones in de
koelruimte!
Door de luchtcirculatie in de koelruimte
verschillende koudezones:
• De warmste zone
bevindt zich in de bovenste lade.
• De koudste zones
bevinden zich in de derde lade tot aan
de pijl afb. 8 en aan de achterwand in
de koelruimte.
Attentie: in de koudste zones gevoelige
levensmiddelen opslaan zoals vis, worst
en vlees.
Attentie bij het inruimen
De levensmiddelen goed verpakt of
afgedekt inruimen. Hierdoor blijven geur,
kleur en versheid behouden. Bovendien
voorkomt u dat de levensmiddelen naar
elkaar gaan smaken en dat de kunststof
delen verkleuren.
Attentie!
Aangebroken flessen champagne of
mousserende wijn niet gesloten in het
apparaat bewaren. Door trillingen bij het
uittrekken van de laden kan de kurk
er met een knal afspringen.
Wij adviseren de levensmiddelen als
volgt in te ruimen:
S in de eerste en tweede
lade: bijv. boter, kaas, brood en banket,
klaargemaakte gerechten;
S in de derde lade:
bijv. vlees, worst, vis en eieren;
S in de vierde lade:
bijv. grote flessen, pakken vruchtensap,
melk, groente, sla en fruit.
nl
55
Werbung
Inhaltsverzeichnis
