6.2.7
Symbool van automatische stop, het lampje brandt wanneer het in werking is.
Opmerking: Als parameter P6 aan staat, is het symbool van automatisch stoplicht
knipperend.
6.2.8
Symbool van automatische start, het lampje brandt wanneer het in werking is.
Opmerking: Als parameter P5 aan staat, is het symbool van automatisch startlichtje
knipperend.
6.2.9
Op deze knop drukt, zal de lichtflits, zal de warmtepomp werken in 'Full output' alleen.
6.2.10
Terwijl u de Smart kiest, zal de warmtepomp net opereren in 'Kleine uitgang' , 'Gemiddelde uitvoer' en ' Volle
uitgang '.
Wanneer in 'Kleine uitgang' de lamp van Smart oplicht, zal de Silent of Powerful knipperen.
In 'Gemiddelde uitvoer' knippert het lampje van Smart.
In 'Volle uitgang' brandt de lamp van Smart, de lamp van Krachtig knippert.
6.2.11
Terwijl u de Silent kiest, zal de warmtepomp net opereren in 'Medium output' en 'Small output'.
In 'Kleine uitvoer' knippert het lampje van Stil.
In 'Medium output' gaat de lamp van Silent aan, de lamp van Smart knippert
98