Gegevensplaatjes; Toepassingsgebied; Produktbeschrijving - Pumpex K 107 series Inbetriebnahme- Und Betriebsanleitung

Gegevensplaatjes ...................................................................................... 30
Toepassingsgebied .................................................................................... 30
Produktbeschrijving .................................................................................. 30
Hanteren ..................................................................................................... 31
Installeren .................................................................................................. 31
Elektrische installatie .............................................................................. 31
Gegevensplaatje, voorbeeld
Nominaal vermogen
Producent, adres
Deze start- en bedrijfsinstructie is van toepassing op de elektrische,
onderdompelbare rioolpompen die op de omslag staan vermeld. De pompen
zijn geschikt voor het verpompen van afvalwater, ruw of zuiver water en
slib.
GEVAAR!
De pomp mag niet worden gebruikt in explosie- of
brandgevaarlijke omgevingen of voor het verpompen
van brandbare vloeistoffen.
Beperkingen
Dompeldiepte: max. 20 meter.
Vloeistoftemperatuur: max. 40°C.
Pompuitvoeringen
Voorbeeld:
Krommenummer
K 107 F-VA4368-42 kW
F = Voor koppelingsvoetstuk
T = Droog geïnstalleerd
P = Mobiel
Motor
Kortgesloten 3-fase asynchrone motor voor 50 of 60 Hz. Beveiligingsklasse
IP 68.
Koelsysteem.
Droog geïnstalleerde pompen dienen te worden voorzien van een inwendig
koelsysteem voor de afvoer van de warmte die in de motor wordt
ontwikkeld. Hierdoor is het mogelijk het nominale vermogen van de motor,
ook bij een droge opstelling, geheel te benutten.
Waar nodig kunnen ook mobiele pompen en pompen voor
koppelingsvoetstukken worden uitgerust met een intern koelsysteem.
Het koelsysteem werkt via een waaier op de motoras tussen de primaire en
secundaire afdichting. Met behulp van deze waaier wordt het koelwater via
kanalen naar de koelmantel rondom de motor geleid en weer terug naar het
onderste afdichtingshuis, waarin het koelwater door het verpompte vloeistof
wordt gekoeld.
Om op een zekere manier te verhinderen dat koelwater in de motor
doordringt, is er een bovenste afdichtingsruimte, die ofwel met lucht gevuld
is en dan open staat, ofwel met olie gevuld is en dan afgeplugd.
De open, met lucht gevulde uitvoering biedt een meer betrouwbare werking,
met een eenvoudige supervisie en heeft de voorkeur, mits men geen rek-
ening heeft te houden met overstromingen.
Als koelmiddel wordt met glycol aangelengd water gebruikt.
30
Inhoud
Typeaanduiding
Serienummer
Toerental

Toepassingsgebied

Produktbeschrijving

Vermogen
C = Kanaalwaaier
V = Wervelwaaier
Inbedrijfstelling ......................................................................................... 32
Onderhoud .................................................................................................. 32
Olie verversen ........................................................................................... 33
Waaier vervangen ...................................................................................... 33
Technische gegevens ................................................................................ 50
Aansluiten van stator- en motorkabels .................................................... 52
Produktiejaar
Veiligheidsklasse
Frequentie
Spanning/startmodus
Nominale stroom
De pompen voldoen aan de EU-machinerichtlijnen, zie het gegevensplaatje.
De fabrikant garandeert dat een pomp die door de fabriek in staat van
nieuw wordt geleverd onder normale bedrijfsomstandigheden (geheel of
gedeeltelijk ondergedompeld) niet meer geluid produceert dan 70 dB(A).
WAARSCHUWING!
De pomp mag niet in bedrijf worden gesteld als hij
gedeeltelijk gedemonteerd is.
Motorbeveiliging
De stator is voorzien van ingebouwde thermocontactschakelaars. Deze zijn
in serie geschakeld en openen bij 135°C.
Afdichtingscontrole
De pomp is voorzien van een vochtsensor in de onderste frontplaat van de
motorruimte, waarmee vocht in de motorruimte en de bovenste
afdichtingsruimte (gevuld met olie of lucht) kan worden gedetecteerd. Deze
sensor dient te worden aangesloten op een relais dat sluit bij een daling
van de weerstand.
Het normale alarmniveau is 10-30 Ohm (max. spanning 24V 50-60 Hz). Het
alarm dient te worden aangesloten als waarschuwing.
Controleer na een alarmmelding het olieniveau en ververs de olie voordat u
meer ingrijpende maatregelen neemt, daar het alarmniveau moeilijk
afstelbaar is en zich onjuiste alarmmeldingen kunnen voordoen.
Elektrische kabel
8 m H07RN-F of gelijkwaardig. Bij langere kabels dient men rekening te
houden met spanningsval.
Zie voor de afmetingen de tabel op blz. 50 (achterin). De pompen kunnen
geleverd worden met verschillende kabels en voor verschillende
installatiemogelijkheden. Zie tevens onder 'Elektrische installatie'.
Technische gegevens
Zie de tabel op blz. 50 (achterin).
De tekst in de tabelrubriek heeft de volgende betekenis:
P = Nominaal vermogen = Elektrische kabel*
2
p = Ingangsvermogen = Olievolume
OIL
1
= Toerental
I = Nominale stroom
* = Al naargelang installatiewijze, startmodus en spanning kunnen
verschillende kabels voorkomen.
= Gewicht