Herunterladen Diese Seite drucken

Bedieningsknoppen Op Het Binnenpaneel; Basis Informatie Betreffende Mig Lassen; Aansluiten En Voorbereiding Van De Lassapparatuur; Lassen - CEMONT BLUMIG 243C Betriebs-Wartungs Und Sicherheitsanleitung

Vorschau ausblenden Andere Handbücher für BLUMIG 243C:

Werbung

Verfügbare Sprachen
  • DE

Verfügbare Sprachen

  • DEUTSCH, seite 38
5.0
BEDIENINGSKNOPPEN OP HET BINNENPA-
NEEL
- Veiligheidszekering van het hulpcircuit
- Overbrenging (voor snelheid) draadtoevoer
6.0
BASIS INFORMATIE BETREFFENDE MIG

LASSEN

MIG lassen is autogeen, d.w.z. het maakt mogelijk om stukken
gemaakt van gelijk metaal (laagkoolstofstaal, roestvrijstaal, alumi-
nium) aan elkaar te lassen door ze te smelten, waarbij de natuur-
kundige en mechanische continuiteit gewaarborgd is. De
benodigde warmte voor het smelten wordt geleverd door een
elektrische boog, die brandt tussen de draad (elektrode) en het te
lassen stuk. Het veiligheidsgas beschermt de boog en het smel-
tende metaal tegen de lucht.
7.0
AANSLUITEN EN VOORBEREIDING VAN DE
LASSAPPARATUUR.
SLUIT DE LASACCESSOIRES ZORGVULDIG AAN TER
VOORKOMING VAN VERMOGENSVERLIES OF ONTSNAP-
PING VAN GEVAARLIJKE GASSEN.
HOUD U NAUWGEZET AAN DE VEILIGHEIDSNORMEN.
OPMERKING: STEL DE SCHAKELAAR NIET IN TIJDENS DE
LASWERKZAAMHEDEN OM BESCHADIGING VAN DE APPA-
RATUUR TE VOORKOMEN.
CONTROLEER OF HET GAS UIT HET GASMONDSTUK
STROOMT, EN STEL DE TOEVOER IN MET HET DRUKREDU-
CEERVENTIEL.
WAARSCHUWING: BESCHERM DE GASTOEVOER BIJ
WERKZAAMHEDEN BUITEN OF OP GEVENTILEERDE
PLAATSEN, ANDERS ZAL HET LASWERK VANWEGE DIFFU-
SIE VAN HET BESCHERMENDE INERTE GAS NIET GEWAAR-
BORGD ZIJN.
7.1
LASSEN
1. Open de gastank en stel de gastoevoer in naar behoefte. Maak
de massaklem vast op het te lassen deel, op een plaats zonder
verf, kunststof of roest.
2. Kies met de schakelaars (Verwijzing 11 - Figuur 3 Pag. 6.) de
lasstroom. Vergeet niet, dat hoe groter de lasdikte, des te hoger
het vermogen moet zijn. De eerste instelling van de schakelaar is
geschikt voor het lassen van de kleinste diktes. Neem ook in
ogenschouw dat iedere instelling overeenkomt met een zekere
draadtoevoersnelheid, die kan worden gekozen met het instel-
wieltje (Verwijzing 4 - Figuur 3 Pag. 6.).
VOOR OPTIMAAL LASSEN HOUDT U DE LASBRANDER
IN DEZELFDE RICHTING, ALS DE DRAADTOEOVER IS,
ZOALS DE AFBEELDING DIT LAAT ZIEN.

BEDIENINGSKNOPPEN OP HET BINNENPANEEL

7.2

LASSEN VAN KOOLSTOFSTAAL

Bij MIG lassen als volgt te werk gaan:
1.
Gebruik tweecomponenten veiligheidsgas (gewoonlijk een
mengsel van Ar en CO2 met 75 tot 80 % argon en 20 tot 25
% CO2) of een driecomponentenmengsel Ar/CO2/O2. Deze
gassen zorgen voor voldoende laswarmte en een gelijkma-
tige en ononderbroken lasrups, hoewel de penetratie laag is.
Door gebruik van kooldioxide (MAG) als veiligheidsgas wordt
een smalle lasrups verkregen met een goede penetratie,
maar de ionisatie van het gas kan de stabiliteit van de boog
verstoren.
2.
Gebruik toevoegingsdraad van gelijke kwaliteit als het te las-
sen staal. Gebruik altijd een goede kwaliteit draad; lassen
met geroeste draad kan fouten in de las veroorzaken.
In het algemeen is het te gebruiken stroombereik voor
draden zo:
- draad Ø in mm x 100 = laagste stroom
- draad Ø in mm x 200 = hoogste stroom
Voorbeeld: draad Ø is 1,2 mm = laagste stroom 120 A, hoog-
ste stroom 240 A
3.
Las geen geroeste, geoliede of vette delen.
4.
Gebruik een lasbrander die geschikt is voor de gegeven pa-
rameters van de lasstroom.
5.
Controleer regelmatig of de bekken van de grondklemmen
niet beschadigd zijn , en of de laskabels (voor de lasbrander
ook de grondkabel) niet gebroken of doorgebrand zijn , iets
wat de effectiviteit kan verlagen.
7.3

LASSEN VAN ROESTVRIJSTAAL

Lassen van roestvrijstaal van de serie 300 (austeniet) met MIG
technologie moet uitgevoerd worden met veiligheidsgas met een
groot aandeel argon en een klein aandeel O2 voor de stabilisering
van de boog. Het meestgebruikte mengsel is Ar/O2 98/2.
- Gebruik nooit CO2 of een mengsel van Ar/CO2.
- Raak nooit de lasdraad aan.
Het te gebruiken toegevoegde materiaal moet van een hogere
kwaliteit zijn dan het basismateriaal en de lasplek moet helemaal
schoon zijn.
7.4

LASSEN VAN ALUMINIUM

Bij het lassen van aluminium met de MIG technologie gebruikt U
het volgende :
1.
100 % argon als beschermingsgas.
2.
Toegevoegd materiaal met een samenstelling die geschikt is
voor het vastlassen aan het basismateriaal. Voor het lassen
van ALUMAN en ANTICORODAL gebruikt u lasdraad met
een 3 tot 5% silicium gehalte. Voor het lassen van PERALU-
MAN en ERGAL gebruikt u draad met een 5% magnesium
gehalte.
3.
Gebruik een brander die bestemd is voor het lassen van alu-
minium
7.5

PUNTLASSEN

Deze manier van lassen wordt gebruikt voor het lassen van twee
op elkaar liggende platen en vereist het gebruik van een speciaal
gasmondstuk.
Bevestig het gasmondstuk voor puntlassen en duw het tegenover
de plaats waar gelast moet worden. Druk op de knop van de las-
brander, en houd in gedachten, dat het lasapparaat zich eventu-
eel kan verwijderen van het lasstuk. Dan is de tijdsduur bepaald
door de tijdschakelaar (TIMER, verwijzing 5 - Figuur 3 Pag. 6.) en
deze moet ingesteld worden afhankelijk van de dikte van het ma-
teriaal.
8.0

FOUTEN BIJ MIG LASSEN

CLASSIFICATIE EN BESCHRIJVING VAN FOUTEN
Lassen vervaardigd met de MIG technologie kunnen beinvloed
zijn door verschillende fouten. Het is belangrijk die te herkennen.
7 NL
NL

Quicklinks ausblenden:

Werbung

loading

Diese Anleitung auch für:

Blumig 283cBlumig 353cBlumig 253alu