A) Sonderfunktionen - VOLTCRAFT CT-3 Bedienungsanleitung

wenn darin höhere Spannungen als 25 V ACrms oder
35 V DC anliegen können! Lebensgefahr! Kontrollieren
Sie vor Messbeginn die angeschlossenen Messleitun-
gen auf Beschädigungen wie z.B. Schnitte, Risse oder
Quetschungen. Defekte Messleitungen dürfen nicht
mehr benutzt werden! Lebensgefahr!
Das Multimeter besteht aus zwei unabhängigen
und galvanisch getrennten Teilen. Für den
Messbetrieb am Multimeterteil sind nur die abge-
bildeten Bedienelemente erforderlich.

a) Sonderfunktionen

Das Multimeter besitzt Sonderfunktionen , die während der Mes-
sung individuell genutzt werden können.
HOLD-Funktion
Die HOLD-Funktion hält den momentan dargestellten Messwert in
der Anzeige fest, um diesen in Ruhe ablesen oder protokollieren zu
können.
Zum Einschalten der HOLD-Funktion drücken Sie die Taste „HOLD"
(6); ein Signalton bestätigt diese Aktion und es wird „HOLD" ange-
zeigt.
Um „HOLD" wieder zu deaktivieren drücken Sie die Taste „HOLD"
(6) erneut oder betätigen Sie den Drehschalter (1).
MAX-Funktion
Die MAX-Funktion hält den Spitzenwert in der Anzeige fest, um die-
sen in Ruhe ablesen oder protokollieren zu können.
14
a) Testen van afzonderlijke kabels
- Verbind de te testen netwerkkabel met uit-
gangsinsteekvoetje 13 en het andere einde
met insteekvoetje 14.
- Schakel de kabeltester in met drukknop 9
„ON/OFF".
- Met drukkknop 15 kan de automatische
of handmatige test worden geselecteerd.
AUTO
Bij ingedrukte knop worden de afzonderlijke
aders automatisch na elkaar doorlopen.
HANDMATIG
Bij niet ingedrukte toets wordt alleen door
het indrukken van de toets „TEST" (10) doorgeschakeld naar de
volgende afzonderlijke ader. Deze functie verdient aanbeveling bij
kabeldefecten, aangezien hier de onderbroken of verbonden
aders rustig afgelezen kunnen worden.
- Schakel het meetapparaat na het einde van de test altijd uit. De
kabeltester heeft geen automatische uitschakeling!
Steek voor het testen van kabels met RJ11-stekkers
de meegeleverde kunststof adapter in insteekvoetje
13, 14 of 16.
De aderweergave wordt dan bij 6-polige kabels met 1
ader, bij 4-polige kabels met 2 aders naar binnen ver-
schoven (bijv. 6-polig: ader 2-7; 4-polig: ader 3-6).
Bij gebruik van de BNC-adapter (alleen 2-polig) wor-
den de afzonderlijke aders 1 en 2 gebruikt.
De kabelbescherming wordt als „G" of „GND" gemar-
keerd.
95