Conrad VC333 Bedienungsanleitung Seite 38

c) Aansluiting van de meetleidingen
VGebruik voor uw metingen steeds alleen de meegeleverde meet-
leidingen. Let voor elke aansluiting op de toestand van de aansluit-
stekkers resp. meetpunten alsmede op de onbeschadigde isolatie
Deze meetleidingen zijn toegestaan voor spanningen tot max. 600
V. Uw meetapparaat, de VC444 is voor spanningen tot max. 600
VDC resp. VACrms galvanisch van het net gescheiden, in de CAT I
ontworpen. Wees bijzonder voorzichtig met spanningen van meer
dan 25 V wissel- resp. 35 V gelijkspanning.
Overschrijdt nooit de max. ingangsgrootten, omdat
anders door beschadiging van het meetapparaat le-
vensgevaar voor u bestaat.
d) Inbedrijfstelling
Basisinstelling
Het meetapparaat wordt door draaiing van de draaischakelaar uit
de "OFF"-stand geschakeld. Let er bij het inschakelen op, dat de
hold-toets niet is ingeklonken.
e) Sokkel- resp. busbezetting
De acht-polige transistorsokkel is symmetrisch beschreven. Steek
de spanningsloze transistoraansluitingen (B) basis, (E) emitter en
C(C)ollector, als getekend, in de sokkelbus. De Pin-bezetting van
de verschillende transistors kunt u in een transistorvergelijkings-
boek vinden.
74
f Meetfunctieschakelaar = Draaischakelaar
De draaischakelaar mag tijdens de verbinding met
een meetobject in geen geval worden versteld, om-
dat daardoor het meetapparaat kan worden vernie-
tigd resp. voor u als gevolg daarvan bij spanningen
groter dan 25 VACrms resp. 35 VDC levensgevaar
kan bestaan
Met de wijzers van de klok mee zijn volgende metingen mogelijk
V = = Gelijkspanning (5 Bereiken)
V ~ = Wisselspanning (5 Bereiken)
hFE = Meting van de hfe-parameters van transistors
->I-/• = Diodetest en akoestische doorgangsmeting
°C = Temperaturmessung
A = = Gelijkstroom (5 Bereiken "200 uA tot 10A")
OHM = Weerstandsmeting (5 Bereiken)
g) Data-Hold "HOLD"
Bij activering van de toets "HOLD" in het midden van de draaischa-
kelaar wordt de ogenblikkelijke meetwaarde vastgehouden.
Wanneer u deze subfunctie wilt verlaten, activeer dan nog een keer
de toets "HOLD". Vervolgens wordt de meting weer vrijgegeven.
f) Display-aanduidingen resp. symbolen via de bedrijfsmodi
Diodetest
De waarde, die bij de diodetest wordt getoond, is de doorlaatspan-
ning bij ca. 1 mA teststroom. Het meetbereik bedraagt hier 0 tot
ca.2,0 V.
75