Beoogd gebruik
- Meten en aangeven van de elektrische grootheid van spoelen (L), condensatoren (C) en weerstanden (R)
- Meten van zelfinducties tot 20 H
- Meten van capaciteiten tot 110 mF
- Meten van weerstanden tot 110 Mohm
- Doorgangstest (onder 30 Ohm akoestisch) en diodetest.
De afzonderlijke meetfuncties en meetbereiken worden gekozen via een draaischakelaar. Op eht
weerstands- en capaciteittsmeetbereik is de automatiche meetbereikkeuze actief.
De onderdelen mogen alleen in stroomloze en ontladen toestand op het meetapparaat worden aan-
gesloten. Op het meetapparaat mogen geen spanningen worden aangesloten. Het spanningsverschil
tussen de aansluitpunten van het meetapparaat en aardpotentiaal mag niet hoger zijn dan 36 V
DC/AC.
Het meetapparaat mag in geopende toestand, met geopend batterijvak resp. bij ontbrekend klepje van
het batterijvak, niet worden gebruikt. Een meting onder ongunstige omstandigheden is niet toege-
staan.
Ongunstige omstandigheden zijn:
- Stof en brandbare gassen, dampen of oplosmiddelen,
- Onweer resp. onweersachtige condities zoals sterke elektrostatische velden
Gebruik voor het meten alleen de meegeleverde meetdraden resp. meetaccessoires, die op de speci-
ficaties van de multimeter afgestemd zijn.
Gebruik anders dan hiervoor beschreven kan tot beschadiging van het product leiden en kan aanlei-
ding geven tot gevaarlijke situaties zoals kortsluiting, brand, elektrische schokken en dergelijke. Het
product als zodanig mag niet worden gewijzigd of omgebouwd.!
Lees deze handleiding zorgvuldig door en bewaar deze voor toekomstig gebruik.
De veiligheidsvoorschriften dienen absoluut in acht te worden genomen!
60