Belangrijke Bedieningsvoorschriften; Gebruiksdoel - Truma S 3004 Gebrauchsanweisung

Voor de gasinstallatie mogen uitsluitend drukregelinrichtingen
volgens EN 12864 (in voertuigen) met een vaste uitgangsdruk
van 30 mbar gebruikt worden. Het debiet van de drukregelin-
richting moet ten minste overeenkomen met het maximum-
verbruik van alle ingebouwde apparaten.
Voor voertuigen raden wij de gasdrukregelinstallatie Truma
MonoControl CS en voor de tweeflessengasinstallatie de gas-
drukregelinstallaties Truma DuoComfort / DuoControl CS aan.
Bij temperaturen rond 0 °C en lager moet de gasdrukregelaar
of de omschakelklep met de regelaarverwarming EisEx ge-
bruikt worden.
Er mogen uitsluitend regelaaraansluitleidingen gebruikt wor-
den die voor het land van gebruik geschikt zijn en die aan de
vereisten van het land van gebruik voldoen. De leidingen moe-
ten regelmatig op zwakke plekken gecontroleerd worden.
Drukregelapparatuur en slangleidingen dienen uiterlijk
10 jaar (bij zakelijk gebruik 8 jaar) na de fabricagedatum
door nieuwe te worden vervangen. Hiervoor is de gebruiker
verantwoordelijk.

Belangrijke bedieningsvoorschriften

De verbrandingsluchtaanzuiging onder de voertuigbodem
moet vrij blijven van vuil en sneeuwblubber.
De schoorsteen voor rookgasafvoer moet tijdens de werking
van de verwarming altijd vrij in de luchtstroom liggen. Dak-
opbouwelementen kunnen de werking van de verwarming
storen.
Tijdens de winter moet sneeuw van de schoorsteen verwijderd
worden voor de verwarming in gebruik genomen wordt. Voor
kamperen tijdens de winter of permanent kamperen, raden
wij aan de schoorsteenverlengset SKV die op de schoorsteen
geschroefd kan worden te gebruiken (3 x 15 cm – art.-nr.
30690-00).
Indien de verwarming op winderige plaatsen of tijdens de
winter herhaaldelijk zou uitvallen, raden wij aan een schoor-
steenverlenging AKV (15 cm – art.-nr. 30010-20800) en een
passend schoorsteenopzetstuk T2 (art.-nr. 30700-02) of
T3 (art.-nr.30070-03) te gebruiken.
Als 2 of 3 verlengingen van 15 cm gebruikt worden,
moeten deze voor het rijden afgenomen worden om
niet verloren te gaan (kans op ongevallen). Een permanente
verlenging moet vastgeschroefd en met een schroef beveiligd
worden.
Indien op de caravan een overkapping gemonteerd is, moet
de schoorsteen voor rookgasafvoer absoluut door deze over-
kapping geleid worden. Gebruik hiervoor schoorsteendoorvoer
UEK (art.-nr. 30630-04)!
De warmtewisselaar, de uitlaatgasbuis en alle aanslui-
tingen moeten regelmatig, in elk geval na ontploffingen
(mislukte ontsteking), door een vakman gecontroleerd
worden.
De uitlaatgasbuis moet:
– aan de verwarming en aan de schoorsteen dicht en stevig
aangesloten zijn,
– uit een stuk (zonder verbindingspunten) bestaan,
– zonder versmalde diameter en absoluut over de volle-
dige lengte stijgend gelegd zijn,
– samen met de bovenbuis met meerdere klemmen vast
gemonteerd zijn.
Er mogen geen voorwerpen op de uitlaatgasbuis gelegd wor-
den, omdat dit tot beschadigingen kan leiden.
Verwarmingen met verkeerd gemonteerde of be-
schadigde uitlaatgasbuis of beschadigde warmte-
wisselaar mogen in geen geval verder gebruikt worden!
De uitlaatopeningen voor warme lucht aan de verwar-
ming mogen in geen geval afgedekt worden. Hang daar-
om nooit textiel of dergelijke voor of op de verwarming om te
drogen. Dergelijk oneigenlijk gebruik kan uw verwarming en
het textiel door de daaruit voortvloeiende oververhitting ern-
stig beschadigen. Houd brandbare voorwerpen op een veilige
afstand van de verwarming!
Tijdens de werking wordt de ommanteling van de
verwarming heet. Dit is technisch bepaald. De
zorgvuldigheidsplicht tegenover derden (vooral kleine
kinderen) ligt bij de gebruiker.
Voor verwarming tijdens het rijden is in richtlijn 2004/78/EG
voor campers een veiligheidsafsluitinrichting voorgeschreven.
De gasdrukregelinstallatie Truma MonoControl CS voldoet aan
deze vereiste.
Als er geen veiligheidsafsluitinrichting (bijv. zoals in de
gasdrukregelinstallatie Truma MonoControl CS) geïnstal-
leerd is, moet de gasfles tijdens de rit gesloten zijn en moeten
er waarschuwingsborden in de flessenkast en in de omge-
ving van het bedieningspaneel aangebracht worden.
Voor verwarming tijdens het rijden raden wij voor caravans
ook een veiligheidsafsluitinrichting aan.
Bij ingebruikneming absoluut de gebruiksaanwijzing en
„Belangrijke bedieningsvoorschriften" in acht nemen!
De eigenaar van het voertuig is ervoor verantwoordelijk, dat
de bediening van het apparaat reglementair kan gebeuren.
De stickers die bij het apparaat zitten, moeten door de techni-
cus of eigenaar van het voertuig op een voor iedere gebruiker
goed zichtbare plaats in het voertuig aangebracht worden!
Ontbrekende stickers kunnen bij Truma besteld worden.

Gebruiksdoel

Deze verwarming werd voor de montage in caravans en ande-
re aanhangers ontworpen. De verwarming S 3004 / S 3004 P
is ook voor de montage in campers geschikt. De montage in
boten is niet toegestaan. Andere toepassingen zijn na overleg
met Truma mogelijk.
29