Blaupunkt BLUEBOT OMEGA Bedienungsanleitung Seite 124

PROBLEEMOPLOSSING
ERROR (ROBOT) Mogelijke oorzaken
ERROR 12
Leg het product horizontaal voordat u het start.
ERROR 13
Abnormale ventilator
ERROR 14
Maak de filterzeef schoon.
ERROR (Auto station) Mogelijke oorzaken
ERROR 01 Opladen mislukt. Verwijder de obstakels in de buurt van het
reinigingsbasisstation.
Verplaats het product uit de buurt van verboden gebieden en
ERROR 02
start het opnieuw.
ERROR 03 Controleer of de mopmodule vastzit.
ERROR 04
Monteer de schoonwatertank opnieuw.
ERROR 05 Geen water in schoonwatertank
Monteer de vuilwatertank opnieuw.
ERROR 06
ERROR 07 Volle vuilwatertank
Abnormaal vuil waterreservoir
ERROR 08
ERROR 09
Monteer de reinigingsschaal.
Stofzak niet op zijn plaats
ERROR 10
ERROR 11
Abnormale luchtdruk van het reinigingsbasisstation
Volle stofzak
ERROR 12
Abnormale stofverzameling
ERROR 13
ERROR 14 Standby
124
Oplossing
Het product bleek te kantelen tijdens het starten. Zet het product op een horizontale ondergrond voordat u
het opnieuw start.
De ventilator van de stofverzameling draait niet normaal. reset het systeem.
Demonteer het filterzeefje en maak het schoon.
Oplossing
Maak schoon en zorg ervoor dat er zich geen obstakels op een afstand van 1,5 m voor het reinigings autosta-
tion bevinden.
Verplaats het product weg van de virtuele muur van de software of een verboden gebied en start het
opnieuw.
Verwijder alle vreemde stoffen die op de mopmodule vastzitten.
Controleer of de schoonwatertank op zijn plaats zit of correct gemonteerd is.
Controleer de schoonwatertank en voeg water toe tot het schaalsymbool "MAX".
Controleer of de vuilwatertank op zijn plaats zit of goed gemonteerd is.
Maak de vuilwatertank schoon en monteer hem opnieuw.
Controleer of het deksel van de vuilwatertank correct is gemonteerd.
Controleer of de vuilwatertank correct gemonteerd is.
Controleer of de afvoer verstopt is. Maak deze regelmatig schoon.
Controleer of de reinigingsplaat op zijn plaats zit of goed gemonteerd is. Als dit niet het geval is, monteer hem
dan opnieuw.
Controleer of er een stofzak is gemonteerd.
Als er een stofzak is gemonteerd, controleer dan of deze tot het einde is geplaatst.
Controleer of de bovenklep van het reinigings autostation gesloten is.
Controleer of de stofzak vol is. Zo ja, vervang deze dan op tijd.
Als de stofzak niet vol is, controleer dan of de stofdoorgang van het reinigingsbasisstation geblokkeerd is. Als
de stofdoorgang verstopt is, reinig deze dan handmatig.
Controleer of er vreemde stoffen in de stofopvangopening van de stofzak van het basisstation zitten. Als dit
het geval is, verwijder het dan.
Controleer of de stofbak verstopt is. Als dit het geval is, maak hem dan schoon.
In de mopstand heeft de schoonwatertank watergebrek of is deze niet geplaatst nadat de reiniger is terugge-
keerd naar het basisstation voor reinigen.
In de mopstand staat de vuilwatertank op zijn plaats of is deze vol, maar is deze niet teruggeplaatst nadat de
robot is teruggekeerd naar het basisstation voor reinigen.
In de mopstand staat de reinigingsbak niet op zijn plaats nadat de reiniger is teruggekeerd naar het basissta-
tion voor reinigen.
De spoelglansbak is vol nadat de reiniger is teruggekeerd naar het basisstation voor reinigen.