Veeg de tankdop (1) en de omgeving af voordat u de tankdop verwijdert. Door de tankdop en de omgeving
daarvan af te vegen voordat u de tankdop verwijdert, wordt de hoeveelheid verontreinigingen die in het
brandstofsysteem terechtkomen, beperkt.
Als er zich vuil heeft opgehoopt in het brandstoffilter (2), verwijdert u het filter en spoelt u het uit. Laat het
zeefje drogen voordat u het zeefje weer monteert.
Generator - Inspecteren
Start eenmaal per maand de motor en laat hem draaien tot hij de normale bedrijfstemperatuur heeft bereikt
(ongeveer 20 minuten). Sluit een apparaat met snoer aan en zet het apparaat aan om te controleren of de
generator stroom levert. Zodra u hebt gecontroleerd of de generator stroom levert, schakelt u het apparaat
uit en haalt u de stekker uit het stopcontact. Zet vervolgens de generator uit.
Vonkenvanger - inspecteren/schoonmaken/vervangen
Dit toestel heeft een vonkenvanger aan de uitlaat van de uitlaatdemper. De vonkenvanger moet na elke
50 uur of na 3 maanden gebruik worden schoongemaakt met een zachte draadborstel. De vonkenvanger
moet na elke 100 bedrijfsuren of als hij beschadigd is, worden vervangen.
Heet Oppervlak
WAARSCHUWING
Hete onderdelen of hete componenten kunnen brandwonden of persoonlijk letsel veroorzaken. Zorg dat
hete onderdelen of componenten niet in contact komen met uw huid. Gebruik beschermende kleding of
beschermingsmiddelen om uw huid te beschermen.
Voer deze onderhoudsprocedure NIET uit voordat de geluiddemper is afgekoeld.
Bougie - inspecteren/corrigeren/vervangen
Raadpleeg het hoofdstuk Specificaties van deze handleiding om het juiste onderdeelnummer van de
bougie en de bougieopening voor uw product te bepalen.
- 14 -