Herunterladen Inhalt Inhalt Diese Seite drucken

Scheppach 5901223901 Original Bedienungsanleitung Seite 79

Kapp-, zug- und gehrungssäge
Vorschau ausblenden Andere Handbücher für 5901223901:
Inhaltsverzeichnis

Werbung

Verfügbare Sprachen
  • DE

Verfügbare Sprachen

  • DEUTSCH, seite 1
c)
Het werkstuk mag niet kunnen worden bewo-
gen en moet worden vastgeklemd of tegen de
aanslag en de tafel worden aangedrukt. Duw
het werkstuk niet in het zaagblad en zaag het
nooit uit de vrije hand. Losse en bewegende
werkstukken kunnen met hoge snelheid worden
weggeslingerd en letsel veroorzaken.
d)
Beweeg de zaag door het werkstuk. Voorkom
dat u de zaag door het werkstuk trekt. Om een
zaagsnede te maken, moet u eerst de zaagkop
omhoog bewegen en zonder te zagen over
het werkstuk trekken. Schakel vervolgens de
motor in, zwenk de zaagkop naar beneden en
duw de zaag door het werkstuk. Bij een trek-
kende zaagbeweging bestaat het risico dat het
zaagblad bij het werkstuk omhoog komt en de
gebruiker hard door de zaagbladeenheid wordt
geraakt.
e)
Kom nooit met uw hand voorbij de beoogde
zaaglijn, noch voor noch achter het zaagblad.
Het is erg gevaarlijk om het werkstuk met gekru-
iste handen te ondersteunen door het werkstuk
met uw linkerhand rechts van het zaagblad vast
te houden, of omgekeerd.
f)
Kom niet met uw hand achter de aanslag als
het zaagblad draait. Overschrijd nooit de vei-
ligheidsafstand van 100 mm tussen uw hand
en het draaiende zaagblad (dit geldt voor
beide zijden van het zaagblad, bijv. om hou-
tresten te verwijderen). U hebt wellicht niet in
de gaten dat uw hand zich dicht bij het draaiende
zaagblad bevindt, wat ernstig letsel tot gevolg kan
hebben.
g)
Controleer het werkstuk vóór het zagen. Als
het werkstuk gebogen of kromgetrokken is,
moet u het met de naar buiten gekromde zij-
de op de aanslag vastklemmen. Zorg er altijd
voor dat er langs de zaaglijn geen spleet is
tussen het werkstuk, de aanslag en de tafel.
Gebogen of kromgetrokken werkstukken kunnen
verdraaien of verschuiven, waardoor het draai-
ende zaagblad tijdens het zagen kan vastlopen.
In het werkstuk mogen geen spijkers of andere
vreemde objecten zitten.
h)
Gebruik de zaag pas als er geen gereed-
schappen, houtresten en dergelijke meer op
de tafel liggen; alleen het werkstuk mag op
de tafel liggen. Klein afvalresten, losse stukken
hout en andere voorwerpen die met het draaien-
de zaagblad in contact komen, kunnen met hoge
snelheid worden weggeslingerd.
i)
Zaag altijd maar één werkstuk tegelijk. Als er
meerdere op elkaar gestapelde werkstukken wor-
den gezaagd, kunnen ze niet goed vastgeklemd of
vastgehouden worden, waardoor het zaagblad kan
vastlopen of de werkstukken kunnen wegglijden.
j)
Zorg ervoor dat de afkort- en verstekzaag
vóór gebruik op een vlak en stevig werkop-
pervlak staat. Een vlak en stevig werkoppervlak
verkleint het risico op instabiliteit van de afkort-
en verstekzaag.
k)
Plan uw werkzaamheden. Let er bij het instel-
len van de zaagbladhelling of verstekhoek op
dat de verstelbare aanslag correct is afge-
steld en dat het werkstuk wordt ondersteund,
zonder in contact te komen met het zaagblad
of de beschermkap. Simuleer, zonder werkstuk
op de tafel en zonder de machine in te schakelen,
een volledige zaagbeweging met het zaagblad
om te controleren of er geen belemmeringen zijn
en er geen gevaar is dat in de aanslag wordt ge-
zaagd.
l)
Bij werkstukken die breder of langer zijn dan
het tafelblad, moet u voor voldoende onders-
teuning zorgen, bijvoorbeeld met tafelverlen-
gingen of zaagbokken. Werkstukken die langer
of breder zijn dan de tafel van de afkort- en ver-
stekzaag, kunnen omkantelen als ze niet stevig
worden ondersteund. Als een afgezaagd stuk hout
of het werkstuk omkantelt, kan het de onderste be-
schermkap optillen of ongecontroleerd door het
draaiende zaagblad worden weggeslingerd.
m)
Zet geen andere personen in als vervanging
van een tafelverlenging of extra ondersteu-
ning. Bij een instabiele ondersteuning van het
werkstuk kan het zaagblad vastlopen. Ook kan
het werkstuk dan tijdens de zaagbeweging ver-
schuiven, waardoor u of uw assistent in het draai-
ende zaagblad wordt getrokken.
n)
Het afgezaagde deel mag niet tegen het draai-
ende zaagblad worden gedrukt. Als er weinig
ruimte is, bijvoorbeeld bij gebruik van lengteaans-
lagen, kan het afgezaagde deel in het zaagblad
vastklemmen en met geweld worden weggeslin-
gerd.
o)
Gebruik altijd een klem of een geschikte voor-
ziening om ronde voorwerpen zoals staven of
buizen naar behoren te ondersteunen. Staven
hebben de neiging om weg te rollen tijdens het
zagen, waardoor het zaagblad zich vastgrijpt en
het werkstuk met uw hand in het zaagblad kan
worden getrokken.
www.scheppach.com
NL | 79

Werbung

Inhaltsverzeichnis
loading

Diese Anleitung auch für:

Hm305sl

Inhaltsverzeichnis