Devicor mammotome elite Anleitung Seite 67

om de geïntegreerde coaxiale canule niet opnieuw aan de sonde te bevestigen om letsel tot een minimum
te beperken.
4. Indien nodig kunt u de naaldrotatieknop gebruiken om de positie van de naaldopening aan te passen voordat u de
sonde in de incisie plaatst. Trek de naaldrotatieknop naar buiten om te roteren (zie afbeelding 5, stap 1). Roteer naar
de gewenste klokpositie (zie afbeelding 5, stap 2) en laat los (zie afbeelding 5, stap 3). De openingbegrenzer geeft
de positie van de opening aan.
Afbeelding 5
5. Breng de sonde in door de incisie en plaats de sondetip in het doelgebied met de tip voorbij de laesie. Gebruik de
aangewezen beeldvormingstechniek naar gelang van toepassing.
• Houd uw vingers uit de buurt van de actieve biopsie-knop totdat het doelgebied is bereikt.
6. Druk op de actieve biopsie-knop op de houder om een weefselmonster te nemen. De biopsiecyclus verloopt
automatisch. Er wordt een vacuüm gecreëerd, de binnenste snijcanule van de sonde wordt teruggetrokken, het
weefsel wordt in de naaldopening getrokken en de holle cutter roteert en schuift naar voren terwijl weefsel wordt
uitgesneden. Wanneer de cutter het distale uiteinde van de naaldopening bereikt, stopt de beweging en wordt het
monster door het vacuüm naar de monsterkamer getransporteerd. Het biopsie-indicatorlampje brandt continu
oranje en de motor is hoorbaar tijdens de monsterafname en het weefselverzamelproces. Aan het einde van de
biopsiecyclus, wordt het vacuüm uitgeschakeld en het biopsie-indicatorlampje blijft continu groen branden.
• U mag de monsterkamer niet verwijderen tijdens de weefselverzameling.
• De biopsiecyclus kan worden onderbroken om onnodig letsel te voorkomen
of de locatie van de opening via beeldvorming (echo) te visualiseren.
• Druk slechts één maal op de actieve biopsie-knop om de biopsiecyclus te starten. Om de biopsiecyclus te
onderbreken, drukt u nogmaals op de biopsie-knop als de cutter wordt teruggetrokken van positie 1 naar
3 (zie afbeelding 6) of wanneer de cutter naar voren schuift van positie 3 naar 2. Wanneer de biopsiecyclus
wordt onderbroken, wordt de cutter teruggetrokken naar positie 3. Het biopsie-indicatorlampje knippert
oranje. Om de biopsiecyclus te voltooien, drukt u op de biopsie-knop.
Afbeelding 6
LET OP:
Zodra de sonde is ingebracht in het weefsel en de monsterafnamecyclus is gestart, mag u DE NAALD NIET
OPNIEUW PLAATSEN totdat de monsterafnamecyclus is beëindigd.
7. Roteer de opening, door middel van rotatie van de houder en de sonde, voor de volgende monsterafname en
herhaal stap 6 indien nodig om aanvullende monsters te verzamelen.
• Om buigen van de naald te voorkomen, dient u geen overmatige druk uit te oefenen bij het plaatsen in de
borst.
• Controleer de verzameling van het gewenste monster indien nodig met behulp van postbiopsie-
beeldvorming van de patiënt.
8. Als u verdergaat ZONDER gebruik van een marker van de biopsielocatie, verwijdert u het instrument en verzorgt u
de incisieplaats zoals gebruikelijk nadat het laatste weefselmonster is verzameld. Ga door naar stap 10.
9. Als u verdergaat MET gebruik van een marker van de biopsielocatie, koppelt u de geïntegreerde coaxiale canule
los nadat het laatste biopsiemonster is verzameld en verwijdert u de sonde, waarbij de canule op zijn plaats blijft,
door de coaxiale ontgrendelknop in te drukken (zie afbeelding 7) om plaatsing van de marker in de biopsieholte te
vergemakkelijken.
360°
2 mm
67