Inbedrijfstelling; Verhelpen Van Storingen - Siemens RLE162 Installationsanleitung

P-band Y1
Potentiometer 5
De instelling van de potentiometer moet
overeenkomen met het gewenste bereik van het
uitgangssignaal van de regelaar
P-band Y2
Potentiometer 4 De instelling van de potentiometer moet
overeenkomen met het gewenste bereik van het
uitgangssignaal van de regelaar
Verlaging c.q. verhoging van de gewenste waarde
Instelschuif 3 Instellen op gewenste waarde verlaging c.q. verhoging
Gewenste c.q. begrenzingswaarde:
Temperatuur- Instellen na inbedrijfstelling
instelschuif
Bedrijfsweergave
De rode LED geeft de bedrijfstoestand van de regelaar aan:
 De LED brandt: netspanning aanwezig
 De LED knippert: testbedrijf
De lichtdiode is ook bij gemonteerd deksel zichtbaar.

Inbedrijfstelling

Inbedrijfstelling als regelaar
1. Het deksel verwijderen
2. De flexibele kunststofafdekking afnemen; daardoor
worden de instelelementen toegankelijk
3. Instellingen uitvoeren:
werkrichting (schakelaar 1 en 2)

regelgedrag en (bij PI) integratietijd (schakelaar 3

en 4)
testbedrijf: schakelaar 5 =

buitentemperatuurcompensatie (indien

buitentemperatuuropnemer aangesloten is):
schakelaar 6
P-band Y1 (potentiometer 5) en Y2 (potentiometer 4)

verlaging c.q. verhoging gewenste waarde

(instelschuif 3)
4. De flexibele kunststofafdekking weer monteren
5. De bedrijfsspanning van de installatie inschakelen. De
lichtdiode voor de bedrijfsweergave moet knipperen
(testbedrijf)
6. De instelschuif voor de temperatuur eerst op de
minimum waarde instellen, dan op de maximum
waarde: servomotor(en) moet(en) naar de minimale
c.q. maximale stand gaan
► voor een verkeerde reactie wordt verwezen
naar «Verhelpen van storingen»
7. De bedrijfsspanning van de installatie uitschakelen
8. De regelaar omschakelen op normaal bedrijf
(schakelaar 5 op
9. De bedrijfsspanning van de installatie inschakelen. De
lichtdiode voor de bedrijfsweergave moet branden
(normaal bedrijf)
10. Indien aanwezig, aanvullende functies (omschakeling
gewenste waarde, lastafhankelijk schakelcontact enz.)
in bedrijf stellen
11. Als een afstandinstelpotentiometer is aangesloten,
moet de instelschuif op EXT worden gezet
12. De instelschuif voor de temperatuur eerst op de
minimale waarde instellen, dan op de maximale
waarde: de regeling controleren: deze mag noch te
snel, noch te traag reageren
► voor een verkeerde reactie wordt verwezen
naar «Verhelpen van storingen»
13. De gewenste temperatuurwaarde met de instelschuif
instellen
14. Het deksel weer monteren
10/20
zetten)
2015-03-06
Inbedrijfstelling als begrenzer
1. De temperatuurregeling in bedrijf nemen
2. Van de begrenzer het deksel verwijderen
3. De flexibele kunststofafdekking afnemen; daardoor
worden de instelelementen toegankelijk
4. De instellingen van de werkrichting volgens
onderstaande tabel uitvoeren:
Regelaar:
Bedrijfs- Schake-
wijze laar 1 en 2
Verw.
Verw.
5. Verdere instellingen:
regelgedrag: P (schakelaar 3 =

)
testbedrijf: schakelaar 5 =

P-band Y1 op ca. 25 K

6. De flexibele kunststofafdekking weer monteren
7. De bedrijfsspanning van de installatie inschakelen. De
lichtdiode voor de bedrijfsweergave moet knipperen
(testbedrijf)
8. Afhankelijk van de begrenzingswijze als volgt
controleren:
Bij min. begrenzing:
Instelschuif temperatuur
op max. waarde instellen:
De regelaar moet de
temperatuur verhogen
(verw.afsl. moet openen
c.q. koelafsl. moet sluiten)
► voor een verkeerde reactie wordt verwezen
naar «Verhelpen van storingen»
9. De bedrijfsspanning van de installatie uitschakelen
10. Het deksel losmaken van het huis
11. De begrenzer omschakelen naar normaal bedrijf
(schakelaar 5 op
12. De grenswaarde met de instelschuif voor de
temperatuur instellen
13. Het deksel weer monteren

Verhelpen van storingen

Verkeerd resultaat
De afsluiter reageert niet  Niet aangesloten
De afsluiter gaat open
i.p.v. dicht of de afsluiter
gaat dicht i.p.v. open
De afsluiter blijft in een
eindstand staan
De regeling reageert te
langzaam
De regeling is instabiel
CE1G3333xx
Begrenzer:
Begren- Bedrijfs- Schake-laar
zing wijze 1 en 2
Min. Verw.
Max. Koelen
, schakelaar 4 =
Bij max. begrenzing:
Instelschuif temperatuur op
min. waarde instellen:
De regelaar moet de
temperatuur reduceren
(verw.afsl. moet sluiten c.q.
koelafsl. moet openen)
zetten)
Mogelijke oorzaken
 Geen bedrijfsspanning
 Werkrichting verkeerd
ingesteld
 Verkeerde regelklem
bedraad
De instelschuif voor de
temperatuur staat op EXT en
er is geen afstandinstel-
potentiometer aangesloten
 P-band lager instellen
 Bij PI aanvullend kortere
integratietijd kiezen
 P-band hoger instellen
 Bij PI aanvullend langere
integratietijd kiezen
Siemens Building Technologies