Wanneer de lading in de accu onder het bruikbare niveau
ligt, gaat de vermogenmeter niet branden en moet de accu
worden opgeladen.
OPMERkIng: De brandstofmeter geeft slechts een indicatie
van de hoeveelheid lading die de accu nog heeft. De meter
geeft geen aanwijzingen over de functionaliteit van het
gereedschap en is onderhevig aan schommelingen afhankelijk
van productcomponenten, temperatuur en de toepassing door
de eindgebruiker.
BEDIENING
Instructies voor gebruik
WAARSCHUWING: Houd u altijd aan de
veiligheidsinstructies en van toepassing
zijnde voorschriften.
WAARSCHUWING: Om het gevaar op ernstig
persoonlijk letsel te verminderen, zet u het
gereedschap uit en ontkoppelt u de accu, voordat
u enige aanpassing maakt of hulpstukken of
accessoires verwijdert/installeert. Het onbedoeld
opstarten kan letsel veroorzaken.
Juiste positie van de handen (Afb. A, F)
WAARSCHUWING: Om het risico op ernstig persoonlijk
letsel te verminderen, dient u ALTIJD de handen in de
juiste positie te hebben, zoals afgebeeld.
WAARSCHUWING: Om het risico op ernstig persoonlijk
letsel te verminderen, houdt u het ALTIJD stevig vast,
anticiperend op een plotseling reactie.
Voor de juiste handpositie zet u één hand op de
4
hoofdhandgreep
.
Schakelaar voor variabele snelheid Aan/Uit
(Afb. A)
U kunt het gereedschap in werking zetten door de Aan/Uit-
1
schakelaar in te knijpen
. U kunt het gereedschap uitschakelen
door de Aan/Uit-schakelaar los te laten. Uw gereedschap is
voorzien van een rem. Het aambeeld stopt wanneer u de Aan/
Uit-schakelaar geheel loslaat. Met de schakelaar voor variabele
snelheid kunt u de beste snelheid voor een bepaalde toepassing
selecteren. Hoe verder u de schakelaar inknijpt, des te sneller
werkt het gereedschap. Gebruik de variabele snelheid alleen als
u begint te boren of schroeven, dat komt de levensduur van het
gereedschap zeer ten goede.
OPMERkIng: U kunt het gereedschap beter niet voortdurend
in het variabele snelheidsbereik gebruiken. Hierdoor kan de
schakelaar beschadigd raken en u kunt het beter vermijden.
Vooruit/Achteruit-regelknop (Afb. A)
Een vooruit/achteruit-regelknop
het gereedschap en doet ook dienst als vergrendel/uit-knop.
U selecteert de draairichting vooruit door de Aan-Uit/schakelaar
los te laten en de vooruit/achteruit-regelknop aan de rechter
zijkant van het gereedschap in te drukken.
2
bepaalt de draairichting van
U selecteert de draairichting achteruit door deAan-Uit/
schakelaar los te laten en de vooruit/achteruit-regelknop aan de
linkerzijde van het gereedschap in te drukken.
De middelste stand van de regelknop vergrendelt het
gereedschap in de uit-stand. Wanneer u de stand van de
regelknop wijzigt, is het belangrijk dat u de aan/uit-knop
niet indrukt.
OPMERkIng: Wanneer u het gereedschap de eerste keer
gebruikt na het wijzigen van de draairichting, zult u bij het
starten misschien een klik horen. Dit is normaal en wijst niet op
een probleem.
Werklicht (Afb. A)
7
Er bevindt zich een werklicht
Het werklicht wordt ingeschakeld wanneer u de aan/uit-
schakelaar indrukt. Wanneer de Aan/Uit-schakelaar wordt
vrijgegeven, blijft het werklicht tot 20 seconden branden.
OPMERkIng: Het werklicht is bedoeld voor het verlichten van
het werkoppervlak in de onmiddellijke nabijheid en het is niet
de bedoeling dat u het gebruikt als zaklantaarn.
Snelheidskeuzeknop (Afb. A)
Uw gereedschap is voorzien van een snelheidskeuzeknop
waarmee u één van de drie snelheden kunt kiezen. Selecteer
de snelheid uitgaande van de toepassing en regel de
snelheid van het gereedschap met de schakelaar voor de
1
variabele snelheid
.
Snelheid 1
Snelheid 2
Snelheid 3
Aambeeld (Afb. B)
WAARSCHUWING: Gebruik alleen slagdoppen. Andere
doppen dan slagdoppen kunnen breken en dat kan leiden
tot een gevaarlijke situatie. Inspecteer het accessoire voor
gebruik zodat u zeker weet dat er geen scheuren in zitten.
VOORZICHTIG: Inspecteer aambeelden, borgpennen en
metalen ringen voorafgaand aan gebruik. Ontbrekende
of beschadigde onderdelen moeten voor gebruik
worden vervangen.
Zet de schakelaar in de vergrendel/uit-stand (midden) of neem
de accu uit, voordat u accessoires vervangt.
Aambeeld met bevestigingspen (Afb. B)
DCF899
U kunt een accessoire op het aambeeld monteren door het gat
opzij van het accessoire tegenover de bevestigingspen
3
het aambeeld te houden
. Druk het accessoire aan totdat de
bevestigingspen vast komt te zitten in het gat. U zult misschien
moeten helpen bij de montage van het accessoire door de
bevestigingspen aan te drukken.
Als u een accessoire wilt verwijderen, drukt u de
bevestigingspen door het gat en trekt u het accessoire los.
nEDERLanDs
in de voet van het gereedschap.
10
0–400 tpm
0–1200 tpm
0–1900 tpm
8
op
71