Herunterladen Inhalt Inhalt Diese Seite drucken

Briggs & Stratton 400000 Bedienungsanleitung Seite 86

Vorschau ausblenden Andere Handbücher für 400000:
Inhaltsverzeichnis

Werbung

Verfügbare Sprachen
  • DE

Verfügbare Sprachen

  • DEUTSCH, seite 24
3.
Draai de oliedop (B, afbeelding) 17) met uw hand tegen de klok in en verwijder de
oliedop (B).
4.
Trek lichtjes aan het oliefilter (D, afbeelding) 18) van de oliedop (B). Gooi het
oliefilter weg.
5.
Duw het nieuwe filter (D, afbeelding 18) op de oliedop (B) totdat u een klik hoort.
6.
Voeg olie rechtstreeks toe aan het oliehuis (G, afbeelding 19).
7.
Controleer het oliepeil. Zorg ervoor dat de olie op het juiste niveau staat.
8.
Met het oliefilter (D, afbeelding 18) correct bevestigd aan de oliedop (B), installeer
de oliedopmontage (F, afbeelding 19) in het oliefilterhuis (G).
BELANGRIJK: Draai de moer (A, afbeelding 17) rechtsom vast op de oliedop (B) tot
15 lb-ft (20 Nm).
9.
Laat de motor 10 seconden draaien.
10. Stop de motor. Controleer het oliepeil opnieuw. Zorg ervoor dat het oliepeil
bovenaan bij de indicator voor vol staat op de peilstok.
OPGEPAST Het Oil Xtend-filter moet op zijn plaats zitten om de oliedruk te
verhogen. Laat de motor NIET draaien zonder dat het filter is geïnstalleerd. Dit kan
permanente motorschade veroorzaken.
Vervangen van het oliefilter
1.
Tap de olie af. Raadpleeg het hoofdstuk Olie verwijderen.
2.
Verwijder het oliefilter (H, afbeelding 20) en voer het op correcte wijze af.
3.
Smeer de oliefilterpakking lichtjes met schone olie in voordat u het nieuwe oliefilter
plaatst.
4.
Installeer het oliefilter met de hand totdat de pakking contact maakt met de
oliefilteradapter en draai het oliefilter dan een 1/2 of 3/4 slag vast.
5.
Vul olie bij. Raadpleeg het hoofdstuk Olie bijvullen.
6.
Starten en bedienen van de motor. Controleer op olielekkages wanneer de motor
warm is.
7.
Stop de motor. Zorg ervoor dat het oliepeil bovenaan bij de indicator voor vol staat
op de peilstok. Raadpleeg het hoofdstuk Olie bijvullen.
Onderhoud aan het luchtfilter
WAARSCHUWING 
Brandstof dampen zijn ontbrandbaar en explosief. Brand of explosies kunnen
brandwonden of de dood tot gevolg hebben.
De motor niet starten en gebruiken als de luchtreiniger (indien aanwezig) of het
luchtfilter (indien aanwezig) is verwijderd.
OPGEPAST 
Reinig het filter niet met perslucht of oplosmiddelen. Perslucht kan beschadiging aan het
filter tot gevolg hebben en oplosmiddelen lossen het filter op.
Zie het Onderhoudsschema voor het benodigde onderhoud.
Verschillende modellen gebruiken een schuim of een papieren filter. Sommige modellen
kunnen ook uitgerust zijn met een optioneel voorfilter dat kan worden uitgewassen en
opnieuw gebruikt. Vergelijk de illustraties in deze handleiding met het type dat op uw
motor is gemonteerd en voer onderhoud op basis daarvan uit.
Cyclonisch luchtfilter met voorfilter
WAARSCHUWING 
Gasvormige dampen zijn brandbaar en explosief. Brand of explosies kunnen
brandwonden of de dood tot gevolg hebben.
De motor niet starten en gebruiken als de luchtreiniger (indien aanwezig) of het
luchtfilter (indien aanwezig) is verwijderd.
OPGEPAST 
Reinig het filter niet met perslucht of oplosmiddelen. Perslucht kan beschadiging aan het
filter tot gevolg hebben en oplosmiddelen lossen het filter op.
1.
Maak de bevestiging(en) (A, afbeelding 21) los en verwijder de kap (B).
2.
Open de clip (C, afbeelding 21) en verwijder het filter (D).
3.
Verwijder het voorfilter (E, afbeelding 21), indien geïnstalleerd, uit het filter (D).
4.
Om het vuil los te maken tikt u het luchtfilter voorzichtig op een hard oppervlak. Als
het filter vuil is, vervangt u het door een nieuw filter.
5.
Reinig het voorfilter in water met een vloeibaar wasmiddel. Laat het volledig aan de
lucht drogen. Smeer het voorfilter NIET.
6.
Monteer het droge voorfilter (E, afbeelding 21) op het filter (D).
7.
Zet het filter (D, afbeelding 21) weer terug en sluit de clip (C).
8.
Plaats het deksel (B, afbeelding 21) en sluit de bevestiging(en).
86
Onderhoud aan het brandstofsysteem
WAARSCHUWING 
Brandstof en brandstofdampen zijn ontvlambaar en explosief. Brand of explosies
kunnen brandwonden of de dood tot gevolg hebben.
Houd brandstof uit de buurt van vonken, open vuur, waakvlammen, hitte en
andere ontstekingsbronnen.
Controleer regelmatig de brandstofleidingen, brandstoftank, brandstofvuldop en
aansluitingen op scheuren of lekkages. Vervang beschadigde onderdelen.
Wanneer u het brandstoffilter reinigt of vervangt, moet u eerst de brandstoftank
aftappen of de brandstofafsluitklep sluiten.
Indien brandstof wordt gemorst, wacht tot deze verdampt is voordat u de motor
start.
Vervangende onderdelen moeten identiek zijn aan, en op dezelfde positie
worden geïnstalleerd als, de originele onderdelen. Andere onderdelen kunnen
schade of letsel tot gevolg hebben.
Brandstoffilter, indien geïnstalleerd
1.
Wanneer u het brandstoffilter (A, afbeelding 22) reinigt of vervangt, moet u eerst
de brandstoftank aftappen of de brandstofafsluitklep sluiten. Als de brandstoftank
niet wordt afgetapt, kan brandstoflekkage optreden en brand of een explosie
veroorzaken.
2.
Druk de lipjes (B, afbeelding 22) op de klemmen (C) samen met een tang en
beweeg de klemmen daarna weg van het brandstoffilter (A). Draai en trek de
brandstofleidingen (D) van het brandstoffilter af.
3.
Controleer de brandstofleidingen (D, afbeelding 22) op barsten of lekkage. Vervang
indien nodig.
4.
Vervang het brandstoffilter (A, afbeelding 22) door een origineel vervangingsfilter.
5.
Bevestig de brandstofleidingen (D, afbeelding 22) met klemmen (C).
Onderhoud aan het koelsysteem
WAARSCHUWING 
Tijdens het gebruik worden de motor en de demper heet. Als u een hete motor
aanraakt, kan dit thermische brandwonden veroorzaken.
Brandbaar vuil, zoals bladeren, gras en snoeihout kunnen vlam vatten.
Voordat u de motor of demper aanraakt, stop de motor en wacht twee (2)
minuten. Zorg ervoor dat de motor en de demper veilig zijn om aan te raken.
Verwijder vuil van de demper en de motor.
OPGEPAST 
Gebruik geen water om de motor te reinigen. Water kan verontreiniging van het
brandstofsysteem veroorzaken. Gebruik een borstel en droge doek om de motor te
reinigen.
Dit is een luchtgekoelde motor. Vuil kan de luchtstroom stoppen en ervoor zorgen dat
de motor te heet wordt, wat resulteert in onbevredigende prestaties en een kortere
levensduur van de motor.
1.
Verwijder vuil uit het luchtinlaatgebied met behulp van een borstel of droge doek (A,
afbeelding 23).
2.
Houd verbindingen, veren en bedieningen schoon (B, afbeeldingen 23, 24).
3.
Houd het gebied rond en achter de uitlaat vrij van elk brandbaar vuil.
4.
Zorg dat er geen vuil of rommel op de koelvinnen (C, afbeeldingen 23, 24), (indien
aanwezig) van de spoel zit.
5.
Maak de bevestiging(en) (D, afbeelding 23) los en verwijder de luchtfilterkap (E).
6.
Maak de bevestiging(en) (F, afbeelding 23) los en verwijder de deksels van de
vuilopvangruimte (G, afbeelding 24). Verwijder gras en vuil die op de cilinders is
achtergebleven.
7.
Installeer de deksels van de vuilopvangruimte (G, afbeelding 24) en bevestig deze
met de bevestiging(en) (F, afbeelding 23).
8.
Plaats het luchtfilterdeksel (E, afbeelding 23) en zet het vast met de bevestiging(en)
(D).
Na verloop van tijd kan zich vuil ophopen in de koelribben van de cilinder en ervoor
zorgen dat de motor oververhit raakt. Dit vuil kan niet verwijderd worden zonder de
motor deels te demonteren. Zoals aanbevolen in het Onderhoudsschema, laat een
erkende servicedealer van Briggs & Stratton het luchtgekoelde systeem inspecteren en
reinigen.
Opslag
Brandstofsysteem
Raadpleeg afbeelding:  25.
BRIGGSandSTRATTON.COM

Quicklinks ausblenden:

Werbung

Inhaltsverzeichnis
loading

Diese Anleitung auch für:

440000490000

Inhaltsverzeichnis