Herunterladen Inhalt Inhalt Diese Seite drucken

Plaatsen/Vervangen Van De Batterijen - VOLTCRAFT VC-55 LCD Bedienungsanleitung

Zweipoliger spannungsprüfer
Vorschau ausblenden Andere Handbücher für VC-55 LCD:
Inhaltsverzeichnis

Werbung

Verfügbare Sprachen

Verfügbare Sprachen

De volgende symbolen en voorschriften moeten in acht worden genomen:
L1 -
Meetpen voor fase L1, minpotentiaal bij DC
L2 +
Meetpen voor fase L2, enkelpolige fasetest, pluspotentiaal bij DC
V AC DC
V AC = wisselspanning
V DC = gelijkspanning
Indicatie +
Pluspotentiaal aan meetpen L2 +
Indicatie -
Minpotentiaal aan meetpen L2 +
Indicatie + -
Wisselspanning (beide indicaties voor + en - branden)
12/24/50/120
Indicatie van het nominale spanningsbereik in Volt (V)
230/400/690)
Rx
Weergave voor doorgangstest
Elektrische weerstand in kilo-Ohm
f:
Nominaal frequentiebereik van de elektrische spanning
I
Weergave van de meetstroom in mA (milliampère)
W
Elektrische meetlast in Watt
Hz
Elektrische frequentie (Hertz)
Temp °C
Toegestaan bedrijfstemperatuurbereik in °Celsius
ON
Maximale inschakelduur (ED) in seconden (s)
OFF
Minimale bedrijfsonderbreking na een meetcyclus in seconden (s)
Date
Productiejaar
OL
Overloopindicatie Meetbereik overschreden
- - - -
Bedrijfsindicatie op de display
Waarschuwingsindicatie voor gevaarlijke spanning (>38 V/AC, >38 V/DC (werking
ook met lege resp, zonder batterijen mogelijk).
Pictogram voor de waarschuwingszoemer
Apparaat en uitvoering voor het werken onder spanning. Er moeten persoonlijke
beschermende maatregelen worden genomen.
Draaiveldrichtingsindicatie aan geaarde driefasenetten. L = linksdraaiend, R =
rechtsdraaiend
Beschermklasse 2 (dubbele of dikkere isolatie/beschermende isolatie)
Pictogram voor de gebruikte batterijgegevens
2x 1,5 V micro-batterij, LR03, AAA
Indicatie batterijvervanging in de display. Bij het verschijnen van het pictogram
moeten de batterijen direct worden vervangen.
BESCHRIJVING VAN DE AFZONDERLIJKE ONDERDELEN
1
Handgreep meetpen L1 (-)
2
Kunststof beschermhulzen voor CAT III/CAT IV-gebruik
3
4 mm schroefcontacten voor testen van contactdozen aan de
voorkant (contactdoos ingebouwd! CAT II)
4
Meetpen L1 (-)
5
Begrenzing van het greepgebied met bevestigingsbeugel
6
Meetpen L2 (+)
7
LED-meetplaatsverlichting
8
LED-niveau-indicatie voor de spanningsbereiken en polariteit
9
Afgedekte geluidsopening voor waarschuwingszoemer
10 Waarschuwingsindicatie voor gevaarlijke spanning (>38 V/AC,
>38 V/DC (werking ook met lege/zonder batterijen).
Fase-indicatie voor enkelpolige fasetest
11 Rx-indicatie voor doorgangstest
12 Draaiveldrichtingsindicatie (L = linksdraaiend/R = rechtsdraaiend)
13 Begrenzing van het greepbereik
14 LC-display voor nominale spanningsindicatie en pictogram voor
batterijvervanging
15 Toets voor LED-meetpuntverlichting
16 Handgreep meetpen L2 (+)
17 Batterijvak met bajonetsluiting
18 Verbindingskabel
19 Meetpenbescherming

Plaatsen/vervangen van de batterijen

De spanningstester wordt voor zijn basisfunctie als tweepolige spanningstester met spanningsbereikindi-
catie en de extra functies zoals meetpuntverlichting doorgangstest, draaiveldindicatie of „enkelpolige" fas-
etester via batterijen gevoed. Hiervoor zijn twee micro-batterijen (type AAA/LR03, meegeleverd) nodig. Het
gebruiken van oplaadbare accu's is niet toegestaan.
Ga voor het plaatsen/vervangen als volgt te werk:
• Verwijder de spanningstester van alle meetpunten en steek de beschermende afdekking op de meet-
pennen.
• Open het batterijvak (17) door de sluiting met een plat voorwerp (bijv. brede platte
schroevendraaier) met een 90° draaiing tegen de wijzers van de klok in los te
draaien. Aan de zijkant wordt een kleine inkeping zichtbaar, waaraan het batterij-
vakdeksel uit het apparaat kan worden getrokken.
• Plaats de twee nieuwe micro-batterijen (LR03/AAA) in het batterijvak. Op het
batterijvakdeksel kunt u de polariteitsgegevens aflezen. Gebruik indien mogelijk
alkaline-batterijen, omdat deze garant staan voor een langere gebruiksduur.
• Sluit en vergrendel het batterijvak in omgekeerde volgorde. Let er daarbij op dat de
afdichtingsring op het batterijvakdeksel niet wordt afgekneld of wordt beschadigd.
Het batterijvakdeksel past slechts in één positie in het apparaat. De inkeping moet zich aan de rechterkant
bevinden.
Vervang de batterijen wanneer de niveau-indicatie (8) bij de functietest niet meer brandt, het pictogram voor
batterijvervanging in de LC-display verschijnt of er bij het tegengestelde contact de beide meetpennen (4 en
6) geen akoestisch signaal meer geven.
Bij lege batterijen werkt vanaf een testspanning van 38 V/AC en 38 V/DC alleen de waarschu-
wingsindicatie (10) voor "gevaarlijke spanning". Als deze indicatie brandt, de meetcontacten
nooit aanraken.
Het gebruik met geopend batterijvak is niet toegestaan.
Verwijder de batterijen als u het apparaat gedurende langere tijd niet gebruikt om te voorkomen dat het
door lekkende batterijen beschadigd raakt. Om dezelfde reden is het raadzaam lege batterijen onmiddellijk
te verwijderen.
Geschikte alkaline-batterijen zijn te verkrijgen onder het volgende bestelnummer:
Bestelnr. 652303 (2 st. u dient 1x te bestellen).
Gebruik uitsluitend alkaline-batterijen, omdat deze krachtig zijn en een lange gebruiksduur hebben.
Meetpuntverlichting
Het model VC-55 bezit een op batterijen werkende meetpuntverlichting.
Om deze verlichting in en uit te schakelen de toets (15) kort indrukken. De verlichting blijft ca. 130 seconden
ingeschakeld en gaat automatisch weer uit.
Uitvoeren von testwerkzaamheden
De tweepolige spanningstester bestaat uit de beide meetpennen (4 + 6), een verbindingskabel (18) en het
indicatieveld.
Houd de spanningstester altijd zo vast dat u verticaal op het indicatieveld kunt kijken. De verlichtingsindica-
ties kunnen door sterke lichtinval negatief worden beïnvloed.
Bij DC-metingen geeft de meetpen L2+ (6) de pluspool en de meetpen L1- (4) de minpool weer.
De VC-55 schakelt zich bij het begin van de test automatisch in (ingangsniveau >10 V) en na beëindiging
van de test weer uit.
Controleer altijd voor en na elk gebruik de spanningstester op werking. Test op een bekende
spanningsbron (bijv. netspanning 230 V/AC) en controleer de juistheid van de indicaties. Bij
uitval van een of meerdere indicatiebereiken (8) mag de spanningstester niet meer worden
gebruikt.
Indien het meettoestel geen werking toont of afzonderlijke indicatielampjes niet functioneren, de
spanningstester uitzetten. Een defecte spanningstester mag niet worden gebruikt.
De voorschriften om te werken aan elektrische installaties moeten in acht worden genomen.
Gebruik de persoonlijke beschermende uitrusting voor werken aan installaties met gevaarlijke
elektrische spanning.
De maximaal toegestane inschakelduur (ON) bedraagt 30 seconden. Na deze tijd moet een be-
drijfspauze (OFF) van minimaal 240 seconden worden aangehouden. Verschijnt bij enig meet-
punt de uitlezing „Onder spanning" terwijl dat meetpunt elektrisch gescheiden van de installatie
zou moeten zijn? Dan adviseren wij u dringend aanvullende maatregelen te treffen (bijvoorbeeld
door een spanningtester te gebruiken die voorzien is van een omschakelbare impedantie, of
door het scheidingpunt in het elektriciteitnet te schouwen of door de status „Bedrijfsspanning
niet aanwezig" van het te inspecteren deel van de installatie te verifiëren en vast te stellen dat
bij de door de spanningtester getoonde spanning sprake is van stoorspanning.
Verschijnt de uitlezing „Onder spanning" niet? Dan adviseren wij u dringend de aardvoorziening
in te schakelen alvorens u uw werkzaamheden aanvangt.
De volgende testfuncties kunnen uitgevoerd worden.
a) Tweepolige spanningtest
Houd de spanningstester alleen vast aan de daarvoor bestemde handgrepen (1 en 16). Raak de tester nooit
buiten de handgrepen aan (5 en 13).
Breng beide meetpennen aan op de te controleren meetpunten. Het spanningsbereik wordt in de niveau-in-
dicatie (8) en de aanwezige meetspanning in de LC-display weergegeven.
De indicatielampjes (+) en (-) geven de spanningssoort en de betreffende polariteit weer. Indien de indicaties
(+) en (-) tegelijkertijd branden, is wisselspanning (AC) aanwezig. De polariteit wordt nu via de beide LED's
weergegeven.
Vanaf een spanning van ca. 38 V/AC of 38 V/DC klinkt een akoestisch signaal. De draaiveldindicaties "L" en
"R" kunnen bij het meten gaan branden. Dit is een technisch gegeven en heeft geen betekenis resp. invloed
op het meetverloop.
De beide meetpennen L1 en L2 kunnen aan de zijkant via een bevestigingsbeugel aan de greepbegrenzing
van meetpen L1 (5) bij elkaar worden gestoken.
De afstand van de beide meetpennen bedraagt dan 19 mm, en komt overeen met de norm
contactafstand van euro- en geaarde contactdozen.
Worden de 4 meegeleverde 4 mm schroefadapters vastgeschroefd, vergemakkelijkt dit aan-
vullend het contact in de contactdoos. De tweepolige spanningstester kan dan met één hand
worden begeleid.
Let erop dat u met de hand in het greepbereik (16) van meetpen L2 blijft en de
indicatie niet afdekt.

Werbung

Inhaltsverzeichnis
loading

Inhaltsverzeichnis