Inbedrijfstelling; Frequentie Hz; Vulhoeveelheid Reinigingsmiddel- Ml; Frekvens Hz - Kärcher RCW 5 Bedienungsanleitung

Tankdop
24
Tank met filterelement
25
Opbergaccessoires
26
Opname reinigingsrobot
27
Laadcontact station
28
Ventielcontact station
29
Ventiel station
30
Laadbus
31
Reinigingseenheid
32
Microvezeldoek
33
Opname reinigingsdoekje
34
Atreklip aandrijfwiel
35
Aandrijfwiel
36
Beschermingsfilter
37
Afdekking
38
Zuignap
39
Hoofdafdichting
40
Reinigingsborstel
41
Bots- en randsensor
42
Ventiel reinigingsrobot
43
Oplaadcontact reinigingsrobot
44
Ventielcontact reinigingsrobot
45
®
* Bluetooth wireless technology
Functie en werking
Het apparaat bestaat uit drie units: de accugevoede rei-
nigingsrobot, het station en het beveiligingssysteem.
De KÄRCHER-microvezel-reinigingsdoekjes en het
KÄRCHER RM 506-reinigingsmiddel zijn ook vereist
voor gebruik.
Reinigingsrobot
De reinigingsrobot is ontworpen voor de reiniging van
verticale glazen oppervlakken met een kozijn. Voer de
reiniging uit met een reinigingsborstel en een microve-
zeldoek die continu wordt bevochtigd met reinigings-
middel.
De reinigingsrobot hecht zich door zelf gegenereerde
onderdruk aan het te reinigen glazen oppervlak en be-
weegt hier zelf overheen. Met de KÄRCHER Home &
Garden-app kan de gebruiker het apparaat indien nodig
zelf bedienen of meerdere keren over sterk vervuilde
gebieden laten rijden.
De reinigingsrobot wordt gevoed door een ingebouwde
accu. Met een acculading kan het apparaat tot 50 min
lang of 20 m² Reinig het glazen oppervlak.
Station
De accu van de reinigingsrobot wordt in het station op-
geladen en de tank wordt gevuld met reinigingsmiddel.
Het laad- en vulproces wordt automatisch geactiveerd,
als de reinigingsrobot in het station wordt geplaatst.
De reinigingsrobot en de accessoires (beveiligingssy-
steem, reinigingsdoeken, oplader) kunnen in het station
worden opgeborgen wanneer ze niet in gebruik zijn.
50
Een goed geïnstalleerd veiligheidssysteem kan voorko-
men dat de reinigingsrobot ongecontroleerd naar bene-
den valt bij een storing of een ongeval.
Het veiligheidssysteem bestaat uit het oprolmechanis-
me met veiligheidslijn en karabijnhaak en een zuignap
voor bevestiging op gladde oppervlakken. De haspel
moet ook worden vastgezet met een veiligheidsriem.
Reinigingsprogramma's
Er zijn vier reinigingsprogramma's beschikbaar:
1 Volledige reiniging
De reinigingsrobot reinigt het hele glazen oppervlak
en vervolgens het hele randgebied een keer.
2 Gedeeltelijke reiniging
De reinigingsrobot reinigt alleen het onderste, vaker
vervuilde deel van het glazen oppervlak, b.v. op bal-
kon- of terrasdeuren.
3 Intensieve reiniging
(activeerbaar via de KÄRCHER Home & Garden-
app) De volledige of gedeeltelijke reiniging wordt 2
keer uitgevoerd.
4 Handmatige reiniging
(activeerbaar via de KÄRCHER Home & Garden-
app) Het pad van de reinigingsrobot kan zelf worden
gekozen om bijv. om bijzonder vuile bereiken afzon-
derlijk of meerdere keren te reinigen.
1. Plaats het station op een horizontale, vlakke plaats.
Afbeelding B
LET OP
De locatie mag zich niet in de buurt van een warmtebron
(radiator, open haard etc.) bevinden en mag niet wor-
den blootgesteld aan direct zonlicht. Anders wordt de
effectiviteit van het reinigingsmiddel verminderd.
1. De afsluiting van de reinigingsmiddelfles losschroe-
ven.
Afbeelding C
2. Open de tankdop en giet het reinigingsmiddel in de
tank van het station, let op de MIN- en MAX-marke-
ringen.
LET OP
Zorg er voor het vullen voor dat het filterelement in de
tank is geplaatst, anders kunnen het station en de reini-
gingsrobot worden beschadigd.
Instructie
Voor een optimaal reinigingsresultaat en veilig rijgedrag
adviseren we uitsluitend het KÄRCHER-reinigingsmid-
del RM 506 te gebruiken. Als er andere reinigingsmid-
delen (bijv. spiritus) worden gebruikt, kan dit leiden tot
functionele beperkingen.
3. Sluit de tankdop en druk deze aan.
Instructie
Als het vulpeil de MIN-markering bereikt, het vulproces
herhalen.
1. Sluit de oplader aan op een geschikt stopcontact.
Afbeelding D
Instructie
Als de reinigingsrobot langdurig niet wordt gebruikt, de
oplader uit het stopcontact nemen.
2. Steek de laadstekker in de laadbus van het station.
Nederlands
Veiligheidssysteem

Inbedrijfstelling

Station plaatsen
Station vullen
Oplader aansluiten