Herunterladen Inhalt Inhalt Diese Seite drucken

Hach CL17sc Bedienungsanleitung Seite 193

Vorschau ausblenden Andere Handbücher für CL17sc:
Inhaltsverzeichnis

Werbung

Verfügbare Sprachen
  • DE

Verfügbare Sprachen

  • DEUTSCH, seite 27
Hoofdstuk 4 Configuratie
4.1 Stap 10: De analyser configureren
Stel de analysernaam, het signaalgemiddelde, het type gemeten chloor, de bubbelafwijzing en de
instelpunten voor het chlooralarm in.
1. Druk op menu en selecteerSONDE SETUP > [selecteer analyser] > CONFIGUREREN.
2. Selecteer en configureer elke optie.
Optie
WIJZIG NAAM
GEM. SIGNAAL
METING
BELLEN
HOGE CL-
ALARMEN
LAGE CL-ALARMEN
(alarm laag Cl)
SENSORINFO
STD-INSTELLINGEN
SERVICE
4.2 Systeemconfiguratie
Raadpleeg de documentatie van de controller voor de systeemconfiguratie, de algemene instellingen
voor de controller en de instellingen voor uitgangen en communicatie.
4.3 Gebruikersnavigatie
Raadpleeg de documentatie van de controller voor een beschrijving van het toetsenpaneel en voor
informatie over het navigeren.
Druk meerdere keren op de pijltoets naar RECHTS op de controller om meer informatie weer te
geven op het beginscherm en om een grafisch display weer te geven.
Beschrijving
Hiermee stelt u de naam van de analyser in. De naam van de analyser wordt
weergegeven op het display van de controller en in de logbestanden.
Hiermee stelt u het aantal metingen in dat wordt gebruikt voor het berekenen van de
gemiddelde meetwaarde die op het display wordt weergegeven. Opties:
1 (standaard), 2, 3 of ONREGELMATIGE WAARDE.
Wanneer GEM. SIGNAAL is ingesteld op 1, wordt signaalmiddeling uitgeschakeld.
Wanneer GEM. SIGNAAL is ingesteld op 2 of 3, wordt een gemiddelde waarde
weergegeven op het display. De meting op het display is bijvoorbeeld gelijk aan de
laatste plus de vorige meting gedeeld door twee wanneer GEM. SIGNAAL is
ingesteld op 2.
Wanneer GEM. SIGNAAL is ingesteld op ONREGELMATIGE WAARDE, weigert de
analyser een waarde die ongewoon hoger of lager is dan de laatste waarden.
Wanneer een meetwaarde wordt afgewezen, wordt de laatste goede meetwaarde op
het display weergegeven en opgeslagen in het gegevenslogboek. Er worden niet
meer dan drie opeenvolgende metingen afgewezen.
Het signaalgemiddelde corrigeert voor onjuiste meetschommelingen die worden
veroorzaakt door luchtbellen en/of grotere deeltjes in het monster.
Hiermee stelt u het type gemeten chloor in. Als de buffer- en indicatorflessen "Free
Chlorine" (vrij chloor) op het label hebben, selecteert u VRIJ CHLOOR (standaard).
Als de buffer- en indicatorflessen "Total Chlorine" (totaal chloor) op het label hebben,
selecteert u TOTAAL CHLOOR.
Hiermee schakelt u de bubbelafwijzing in of uit (standaard). Stel BELLEN in op AAN
(aan) om ruis als gevolg van luchtbellen in het monster te verminderen. Luchtbellen
in het monster kunnen ertoe leiden dat de waarden niet stabiel zijn.
Hiermee stelt u de instelwaarde voor de chloorconcentratie van het alarm voor hoog
chloorgehalte in—0,00 tot 10,00 mg/L (standaard: 4,00 mg/L).
Hiermee stelt u de instelwaarde voor de chloorconcentratie van het alarm voor laag
chloorgehalte in—0,00 to 10,00 mg/L (standaard: 0,20 mg/L).
Toont het serienummer van de analyser, de softwareversie, de bootversie en de
driverversie.
Selecteer JA om de configuratie-instellingen terug te zetten naar de
fabrieksinstellingen.
Alleen voor servicedoeleinden
Nederlands 193

Werbung

Inhaltsverzeichnis
loading

Inhaltsverzeichnis