Herunterladen Inhalt Inhalt Diese Seite drucken

EINHELL KSE 1435 Bedienungsanleitung Seite 34

Elektrokettensäge
Inhaltsverzeichnis

Werbung

Verfügbare Sprachen
  • DE

Verfügbare Sprachen

  • DEUTSCH, seite 1
Anl. KSE 1435,1635,1640
31.10.2001 7:56 Uhr
NL
5. Transport van de kettingzaag
Vóór het transport van de kettingzaag de netstekker
uittrekken en de kettingkast over rail en ketting schui-
ven. Wanneer meerdere sneden met de kettingzaag
worden uitgevoerd, moet de zaag tussen de sneden
worden uitgeschakeld.
6. Voor inwerkingstelling
De spanning van de stroombron moet overeenko-
men met de gegevens vermeld op het kenplaatje van
de machine. Telkens voor werkbegin de kettingzaag
controleren op correcte werkwijze en voorgeschre-
ven bedrijfszekere toestand. Vóór werkbegin de fun-
ctie van de kettingsmering en het oliepeil controleren
(zie fig. 9). Wanneer de olie ± 5 mm boven de onder-
ste rand staat (in de illustratie door "min" geken-
merkt), moet olie worden bijgevuld. Boven dit peil
werkt u in een veilig gebied. Kettingzaag inschakelen
en boven helder grond houden. Opgelet! De ketting
mag de grond niet raken; daarom een veiligheidsaf-
stand van ± 20 cm houden. Als zich nu een toene-
mend oliespoor vertoond, werkt de kettingsmering
correct. Als zich geen oliespoor vertoond, eventueel
olie-uitloopkanaal (4), de bovenste kettingspanboring
(14) en het oliekanaal schoonmaken of de klanten-
service consulteren. (Gelieve hiervoor zeker ook de
alinea "Kettingolie ingieten en kettingsmering" lezen).
Kettingspanning controleren en zo nodig naspannen
(zie alinea "Spannen van de zaagketting"). Werking
van de kettingrem controleren (zie ook alinea
"Loszetten van de kettingrem").
7. Montage van de leirail en zaagketting
De netstekker mag niet in het stopcontact gestoken
zijn. Let op! De voorste handbescherming (2) moet
zich altijd in de bovenste (verticale) positie bevinden.
De leirail en de zaagketting worden los meegeleverd.
Voor de montage eerst de bout met veerring (16a+b)
afschroeven en de afdekking (15) van de remkast
verwijderen. De kettingspanbout (13) moet zich cen-
traal in de geleiding (5) bevinden. Schroef zo nodig
de kettingspanbout na met behulp van de kettings-
panschroef (6). Ter voorkoming van verwondingen
door de scherpe snijkanten is het dragen van hand-
schoenen aan te raden bij de montage alsook tijdens
het spannen en bij de eindcontrole. Vooraleer u nu
de leirail samen met de zaagketting monteert, moet u
de snijrichting van de tanden in acht nemen! De
draairichting is op de afdekking (15) gekenmerkt
door een pijl. De zaagketting eventueel omdraaien
(7) om de snijrichting te bepalen. Leirail (8) met de
top verticaal omhooghouden en de zaagketting (7)
opleggen, beginnend aan de top van de rail. Monteer
dan de leirail samen met de zaagketting als volgt:
34
Seite 34
Leirail met zaagketting op de geleiding (5) resp. ket-
tingspanbout (13) plaatsen. Zaagketting rond het ket-
tingwiel (12) plaatsen, controleren, of de ketting cor-
rect is gemonteerd (zie fig. pos. 7), afdekking (15)
aanzetten en met veerring + schroef (16a + b) wat
aanhalen. Daarna moet u de zaagketting correct
spannen:
8. Spannen van de zaagketting
Telkens netstekker uit het stopcontact trekken alvor-
ens aan de machine te beginnen werken!
Veiligheidshandschoenen dragen!
Let erop dat de zaagketting (7) in de leisleuf van de
rail (8) ligt! Kettingspanschroef (6) met kruis-
kopschroevendraaier naar rechts draaien in de
richting van de wijzers van de klok tot dat de zaag-
ketting correct gespannen is. Daarna moet de leirail
tijdens het aanhalen van de schroef (16a) omhoog
worden gedrukt. De spanning van de ketting opnieuw
controleren (zie fig. 10). De zaagketting niet te hard
spannen. U moet de ketting in koude toestand in het
midden van de leirail met ± 5 mm kunnen opheffen.
Schroef (16a) goed aanhalen.
De ketting zet uit als ze warm wordt en hangt slap.
Het gevaar bestaat dat de zaagketting afspringt. Zo
nodig, naspannen. Als de ketting in warme toestand
vaster wordt gespannen, moet ze aan het eind van
de zaagwerkzaamheden zeker worden ontspannen.
Anders zouden er zich tijdens het afkoelen hoge
spanningen voordoen door samentrekken van de
zaagketting. Een nieuwe zaagketting heeft een inlo-
optijd van ± 5 minuten nodig. Daarbij is een voldoen-
de kettingsmering uiterst belangrijk! Na het inlopen
kettingspanning controleren of naspannen.
9. Kettingolie bijvullen
Olietankkap (3) vóór het openen schoonmaken om te
voorkomen dat vuil in de tank terechtkomt. De
inhoud van de olietank tijdens het zaagwerk aan het
oliepeilglas (21) in het oog houden. Olietankkap (3)
goed sluiten en eventueel overgelopen olie afkuisen.
10. Kettingsmering
Ter voorkoming van bovenmatige slijtage moeten de
zaagketting en de leirail tijdens het werken regelma-
tig worden gesmeerd. De smering gebeurt automa-
tisch. Nooit zonder kettingsmering werken! Bij droog
draaiende ketting wordt de hele snij-inrichting binnen
korte tijd zwaar beschadigd.
Daarom telkens vóór werkbegin de kettingsmering
en het oliepeil controleren (fig. 9).
De zaag nooit in werking stellen als zich het oliepeil
onder het Minimum-merkteken bevindt (fig. 9).

Quicklinks ausblenden:

Werbung

Inhaltsverzeichnis
loading

Diese Anleitung auch für:

Kse 1635Kse 1640

Inhaltsverzeichnis